Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Directie Voorlichting en Communicatie

Toespraak van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Clémence Ross ­ Van Dorp, ter gelegenheid van het 60 jarig bestaan van de Stichting 1940 ­ 1945.
Amsterdam, 13 oktober 2004

Dames en heren,

De Stichting 1940 - 1945 viert vandaag haar verjaardag: zestig jaar! Wellicht moet ik zeggen: pàs zestig jaar.

Allereerst wil ik de jarige uit het diepst van mijn hart feliciteren. Wat De Stichting de afgelopen zestig jaar voor elkaar heeft gekregen, de bergen werk die zijn verzet, de aandacht die is uitgegaan naar de tienduizenden mensen die bij De Stichting hebben aangeklopt, verdient bewondering en gelukwensen. U hebt dat met elkaar en voor elkaar gedaan en blijft dat doen. U bent nog vol levenslust en kijkt vol vertrouwen naar de toekomst. Vijftig jaar geleden werd daar nog anders over gedacht. In 1955 vond er een grote landelijke collecte voor De Stichting plaats. Er werd toen genoeg geld opgehaald om het werk nog enkele jaren te kunnen voorzetten. En dat, zo dacht men toen, moest voldoende zijn om het werk af te maken en uiteindelijk De Stichting op te heffen.

Hieruit blijkt duidelijk dat het moeilijk is om de toekomst te voorspellen. Ik zal me daar dan ook niet aan wagen.

Liever kijk ik terug naar een aantal zaken dat mij bij De Stichting de afgelopen decennia, en nog steeds, opvalt en aanspreekt. En, wie weet, misschien valt daar iets voor de toekomst uit af te leiden.

Eén van de dingen die mij het meeste aanspreekt binnen De Stichting 1940 - 1945 is de sterke saamhorigheid.

Al vanaf het moment dat De Stichting werd opgericht, was de doelstelling glashelder: we gaan er met elkaar voor zorgen dat mensen en hun gezinnen of nabestaanden, die tijdens de oorlog hebben bijgedragen aan het binnenlandse verzet, ondersteund worden als dat nodig is. Zowel financieel als moreel en geestelijk. Samengevat was de doelstelling: 'Wij zorgen voor Toespraak Parnassusplein 5 Doorkiesnummer Hebt u 's avonds of in het weekend dringend Postbus 20350 (070) 340 60 00 een voorlichter nodig, belt u dan met het 2500 EJ DEN HAAG Fax (070) 340.62.92 ministerie, telefoon (070) 340 79 11. Daar Telefoon (070) 340 79 11 regelt men dat u wordt teruggebeld.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2 -

de jouwen'. Dat getuigt van een eigen verantwoordelijkheid en solidariteit die ik heel bijzonder vind.

Een klein voorval waaruit blijkt dat die saamhorigheid nog steeds springlevend is, is jaarlijks waar te nemen rond de kerstdagen. Dan is de hal van uw gebouw, volledig behangen met kerstkaarten. Er hangen er honderden, misschien wel duizend. Die kaarten symboliseren voor mij de onderlinge verbondenheid van al die mensen die een relatie hebben met De Stichting.
Ik vind dat indrukwekkend.

Maar ook al is die eigen verantwoordelijkheid en onderlinge solidariteit erg sterk, dat heeft er niet toe geleid dat De Stichting een naar binnen gekeerde organisatie is geworden. Want dat gevaar ligt dan natuurlijk altijd op de loer. Dat is gelukkig niet gebeurd.
Dat blijkt ook duidelijk uit hoe u zich op de toekomst voorbereid.

We kunnen er niet omheen dat na 60 jaar velen niet meer onder ons zijn. De groep mensen die de oorlog hebben meegemaakt wordt steeds kleiner. De vraag dringt zich dan op hoe je voor een steeds kleiner wordende groep mensen op een goede manier invulling kunt blijven geven aan de basisbeginselen: het invullen van de bijzondere solidariteit en de ereschuld. Dat is een vraag voor zowel de overheid als voor een organisatie als de uwe.

Het uitgangspunt in mijn beleid is dat wij onverkort door blijven gaan met de uitvoering van de wetten en de hulpverlening.

Wel zien we dat de instanties die de pensioenen uitkeren en hulpverlening bieden steeds kleiner worden. Dat betekent dat we waakzaam moeten zijn dat de kwaliteit hieronder niet gaat lijden. We willen niet dat de doelgroep van 40.000 mensen hier last van krijgt. Daarom is het noodzakelijk acties te ondernemen. Bijvoorbeeld samenwerking met andere instanties.

Wat voor het Rijk geldt, kritisch kijken hoe je de kwaliteit voor de groep kunt behouden, geldt ook voor de partijen in het veld. De Stichting is hiervan een goed voorbeeld.
De laatste jaren is de organisatie sterk ingekrompen. Om toch nog als organisatie goed te kunnen functioneren, is gekozen voor een bestuurlijke fusie met het Centrum '45. Naar alle verwachting vindt dat volgende maand Toespraak plaats.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 3 -

Ik weet dat er onder u mensen zijn die het hier moeilijk mee hebben. Voor velen van u leeft de angst of De Stichting nog wel herkenbaar zal blijven als zelfstandige stichting.
Ik twijfel daar niet aan.
Juist door de gekozen constructie van een bestuurlijke fusie, zal De Stichting zelfstandig herkenbaar blijven. Dat door de fusie er andere namen in de organisatie komen, zoals een Raad van Toezicht, doet hier niets aan af.

De herkenbaarheid van De Stichting is naar mijn idee gegarandeerd. En zeker zo belangrijk is dat De Stichting door de fusie haar taken kan blijven doen en haar rol kan blijven uitvoeren.
Het initiatief om over te gaan tot deze vorm van samenwerking is prijzenswaardig en getuigt van visie en durf. En dát past in de traditie van de Stichting.

Door samen te werken met andere organisaties blijft de opgedane kennis voor de groep zelf behouden én kan het worden ingezet voor andere groepen.
In dit verband wijs ik graag op een ander initiatief van De Stichting: het onderbrengen van het maatschappelijk werk bij Algemeen Maatschappelijke Werk instellingen. Door deze actie kan de doelgroep blijvend worden geholpen én kan de kennis worden ingezet voor andere geweldsgetroffenen. Dit initiatief wordt dan ook door mij ondersteund. Ook wordt ervoor gezorgd dat het Maatschappelijk Werk blijvend van actuele kennis en methodes op haar terrein wordt voorzien. Vanaf 1 januari is er een nieuw kenniscentrum dat hiervoor gaat zorgen: Cogis. Cogis is een samenwerkingsverband tussen ICODO - dat ophoudt te bestaan - het Centrum 45 en het Sinai centrum. Het heeft als ambitie een brede instelling te worden voor oorlogs- en geweldsgetroffenen. Ook dit initiatief wordt door mij ondersteund.

U ziet dat een aantal organisaties met elkaar wordt verbonden. Zodat het werk niet stopt, maar voor de doelgroep door blijft gaan. En bovendien is het duidelijk dat het werk niet eindigt bij de doelgroep uit de Tweede Wereldoorlog, maar ook ingezet kan worden voor slachtoffers van andere oorlogen.
Zodat er een diepere betekenis gegeven wordt aan de zorg voor de jouwen. Toespraak

Het is vanuit die betekenis ook belangrijk dat uw oorlogsverhaal wordt overgedragen aan nieuwe generaties. U hebt tijdens de oorlog moeten kiezen

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 4 -

tussen twee uitersten: ga ik in het verzet met alle mogelijke gevolgen van dien, of niet. Er was geen tussenweg. U koos voor betrokkenheid bij de ander, zelfs in een vreselijk moeilijke situatie.

Voor de jeugd zult u daardoor altijd een groot voorbeeld blijven. Mijn beleid is er daarom ook op gericht om uw verhaal blijvend aan de volgende generaties te vertellen. Via het jeugdvoorlichtingsbeleid wordt op scholen, in musea en herinneringscentra continu nieuwe vormen aangeboden om dit verhaal bij de jeugd over te brengen.

Dames en heren,

Zoals ik al zei, ik waag me niet aan toekomstvoorspellingen. Maar desondanks durf ik er toch van uit te gaan dat de Stichting 1940 - 1945 nog vele verjaardagen kan vieren.
De Stichting heeft in haar bestaan duidelijk gemaakt een hechte organisatie te zijn waarin saamhorigheid de boventoon voert. Bovendien heeft De Stichting duidelijk gemaakt geen navelstaarder te zijn. U zoekt samenwerking met anderen om zo de eigen positie voor de toekomst veilig te stellen.

Nu we nog maar een half jaar verwijderd zijn van de dag waarop we zestig jaar bevrijding vieren, vind ik het een geruststellende gedachte dat De Stichting 1940 -1945 samen met haar nieuwe partner klaar is voor de 21e eeuw.

Tot slot wil ik nog graag uw aandacht voor het volgende. Er is binnen De Stichting 1940 - 1945 één persoon geweest die zich de laatste jaren zo bijzonder heeft ingezet, dat ik hem graag even naar voren wil roepen en een persoonlijk woord tot hem wil richten.

Klaas Wierenga, wil je even naast me komen staan.

Al sinds 1991 werk je voor De Stichting 1940 - 1945. Aanvankelijk als bestuurslid van het district Utrecht, maar ook al snel als landelijk bestuurslid.
En van daaruit nam je spoedig de stap naar het vice-voorzitterschap en uiteindelijk, sinds 2000, het voorzitterschap van het landelijk bestuur van De Stichting. Toespraak Hoewel je zelf twee jaar ouder bent dan De Stichting, kun je niet zeggen dat je de oorlog bewust hebt meegemaakt. Maar je weet wel uit persoonlijke ervaring wat de gevolgen van een oorlog kunnen zijn.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 5 -

Jouw vader is vanwege verzetswerk gefusilleerd tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij liet toen een gezin met jonge kinderen achter. Een gezin dat vanaf het einde van de oorlog tot lang daarna financiële steun van De Stichting 1940 ­ 1945 ontving. De stichting was daardoor een bekend begrip bij jullie thuis.
Zo sterk zelfs dat jij ­ zo heb ik gehoord ­ heel lang hebt gedacht dat er in Nederland maar één stichting was!

Maar anderzijds heeft de kennismaking op jonge leeftijd met De Stichting jou juist zo geschikt gemaakt voor het werk als voorzitter. Hier kwam je duizenden mensen tegen die een soort gelijk lot hadden ondergaan. Mensen die jij begreep en mensen die jou begrepen. Om een goed voorzitter van de Stichting te zijn, is dat onontbeerlijk.

Maar jouw kwaliteiten en verdiensten als voorzitter reiken verder. Je hebt een voortrekkersrol gespeeld in de bestuurlijke fusie met het Centrum '45. Jij begreep als geen ander dat een fusie noodzakelijk was om het werk van De Stichting te kunnen voortzetten, óók zestig jaar na de oprichting ervan.
Dat was geen gemakkelijke weg. Je moest mensen overtuigen van de noodzaak van de fusie en dat de Stichting ook na de fusie nog herkenbaar zou zijn.
Dat is jou gelukt. En dat is een buitengewone prestatie. En dat is niet alles.
Waar je de tijd vandaan haalde weet ik niet, maar je was ook nog eens voetbal- en volleybalscheidsrechter, vrijwilliger bij de Drentse Rijwielvierdaagse en de TT in Assen, official bij de Zwembond, diaken, ouderling, voorzitter van het Protestants Christelijk Basis Onderwijs in Dalfsen, voorzitter van de Stichting Monument De Woeste Hoeve en voorzitter van het CDA, afdeling Leusden. Dit is slechts een selectie. De lijst is langer! Gelukkig deed je niet alles te gelijk. Beste Klaas, ik wil jou graag voor al jouw werkzaamheden en in het bijzonder voor wat je voor De Stichting betekent, onderscheiden. En met deze onderscheiding wil ik ook graag de hele Stichting eren.

Klaas Wierenga, het heeft Hare Majesteit de Koningin behaagd om jou te benoemen tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau!


-0-0-0- Toespraak


---- --