Den Haag, 21 oktober 2004
Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
over de toegankelijkheid van de zorg voor asielzoekers
1. Hebt u kennisgenomen van het feit dat het OM onderzoek instelt naar de dood van een Iraanse asielzoekster in Appelscha, na aangifte van haar man, die een viertal huisartsen en vier verpleegkundigen dood door schuld verwijt?
2. Is het correct dat bij de betreffende asielzoekster te laat borstkanker is geconstateerd, als gevolg waarvan de behandeling niet meer mogelijk was?
3. Kunt u aangeven op welke argumenten het verwijt van de man van het slachtoffer van onthouding van noodzakelijke medische zorg en het haar in hulpeloze toestand achterlaten is gebaseerd? Wat vindt u van deze beschuldiging aan het adres van een viertal huisartsen en vier verpleegkundigen?
4. Wat vindt u van de opmerking van één van de huisartsen, zoals door de advocaat van de man van het slachtoffer wordt aangehaald, dat hij asielzoekers alleen de hoogst noodzakelijke medische hulp verleent? Hoe verklaart u de terughoudende houding van huisartsen bij de behandeling van asielzoekers en wat gaat u doen om dit te verbeteren?
5. Is het correct dat de dokters geen enkele keer bij een bezoek van de betreffende asielzoekster een tolk hebben ingeschakeld? Zo ja, kunt u aangeven wat u hiervan vindt en welke oorzaken eer volgens u aan ten grondslag liggen dat er geen tolken voor handen zijn, dan wel niet worden ingezet?
6. Wat vindt u van het feit dat huisartsen in de regio van het asielzoekerscentrum steeds beurtelings verantwoordelijk zijn voor de medische zorg voor asielzoekers? Bent u het eens met de stelling dat asielzoekers hierdoor niet de mogelijkheid krijgen om een vertrouwensband op te bouwen met een huisarts en dat huisarts hierdoor niet optimaal in staat kan zijn om klachten van medische aard van asielzoekers te beoordelen?
7. Hoe verklaart u dat het Openbaar Ministerie de zaak lange tijd heeft laten rusten en pas bij herhaalde oproep van de advocaat van de man van het slachtoffer aanleiding zag de zaak voor te leggen aan de Officier van Justitie?
8. Gaat de Inspectie voor de Volksgezondheid onderzoek verrichten naar deze specifieke situatie? Kunt u aangeven wanneer de Inspectie komt met het vervolgonderzoek toegankelijkheid van huisartsenzorg van asielzoekers ?
9. Is het correct dat de Inspectie reeds bezig was met een onderzoek in het betreffende asielzoekerscentrum? Zo ja, welke aanleiding heeft Inspectie al eerder gehad om onderzoek in te stellen naar de kwaliteit van zorg in het asielzoekerscentrum te Appelscha?
10. Wat gaat u concreet op korte termijn ondernemen om de huisartsenzorg te verbeteren in het AZC in Appelscha, teneinde een dergelijke situatie in de toekomst te voorkomen?
11. Kunt u aangeven wat, naar aanleiding van de vele constateringen dat de kwaliteit van de huisartsenzorg aan asielzoekers te wensen overlaat, door u is ondernomen om tot verbeteringen te komen? Wat gaat u ondernemen om in algemene zin de kwaliteit van de huisartsenzorg voor asielzoekers te verbeteren?
De Volkskrant d.d. 20 oktober 2004, OM onderzoekt dood asielzoekster , en Trouw d.d. 20 oktober 2004, Onderzoek naar dood asielzoekster
Motie-Arib (29484, nr. 6) over een onderzoek naar de toegankelijkheid van medische zorg aan asielzoekers
Zie onder andere de schriftelijke vragen van het lid Arib (PvdA) over de mogelijk hoge sterfte onder asielzoekers (6 maart 2003), schriftelijke vragen van de leden Arib en Middel (PvdA) over de dood van een baby in het asielzoekerscentrum van Leusden (11 februari 2002) en de schriftelijke vragen van het lid Arib (PvdA) over gezondheidszorg in asielzoekerscentra (28 december 2000)