Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Utrecht, 27 oktober 2004

Kabinet neemt eigen doelen niet serieus

Niet bezuinigingen op biologische landbouw

Met de voorgestelde bezuinigingen wordt niet bereikt dat in 2010 tien procent van het landbouwareaal biologisch is. Dat stelt Stichting Natuur en Milieu in reactie op de Nota Biologische Landbouw 2005-2007 van minister Veerman van Landbouw. Voor de beoogde groei van deze gezonde en milieu- en diervriendelijke vorm van landbouw is jaarlijks minstens 30 miljoen euro nodig, in plaats van 20 miljoen zoals Veerman voorstelt.

In 2001 heeft de regering vastgesteld dat in 2010 tien procent van het landbouwareaal biologisch moet zijn. Jaarlijks trok de regering daar dertig miljoen euro voor uit. In de nieuwe nota wordt dat teruggebracht tot twintig miljoen euro, een bezuiniging van ruim dertig procent. Met dit lagere bedrag moeten zeer ambitieuze doelen gehaald worden, zoals groei van de consumentenvraag met dertig procent per jaar, terwijl de groei de afgelopen jaren gemiddeld 6,5 procent was. Natuur en Milieu juicht de doelen toe, maar dan is wel een budget van dertig miljoen euro nodig, liever nog veertig miljoen euro. Natuur en Milieu vindt dat onder andere de omschakelsubsidie voor boeren niet mag worden afgeschaft. Dat is een tegemoetkoming voor boeren die in de periode dat zij omschakelen van gangbare naar biologische landbouw al een lagere productie hebben, maar nog niet gecertificeerd zijn en dus nog geen hogere prijs voor hun product kunnen vragen. De nieuwe voorzettingspremie voor al gecertificeerde biologische boeren en tuinders is wel een goede zaak.

Het grote prijsverschil tussen gewone (gangbare) en biologische producten is een hoge drempel voor de consument. Omdat de vraag niet hard groeit, blijft ook de groei van de biologische landbouw nog beperkt. De regering wil deze cirkel doorbreken met experimenten met consumentenkortingen en subsidies op biologische producten. Natuur en Milieu vindt dat dergelijke financiële maatregelen in deze kabinetsperiode algemeen moeten worden ingevoerd. Het beste is een subsidie aan de detailhandel die wordt doorgesluisd naar de consument. Dat blijkt uit een nieuw rapport van het Landbouw Economisch Instituut (LEI).