Gemeente Utrecht

Gezamenlijk persbericht van gemeente Utrecht en Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden

Waterschap en gemeente willen woonboten en grachtenpanden aansluiten op riolering:

Geen poep meer in de gracht

Er moet definitief een einde komen aan afvallozingen op grachten en kanalen van de stad Utrecht. Om huiseigenaren en woonbootbewoners te ondersteunen bij het nakomen van de wettelijke verplichting om lozingen te beëindigen hebben de gemeente Utrecht en het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden een gezamenlijke aanpak ontwikkeld. Het project, waar enkele miljoenen euro's mee gemoeid zijn, gaat van start zodra de gemeenteraad van Utrecht en het algemeen bestuur van het waterschap hun goedkeuring hebben gegeven.

In de stad Utrecht zijn nog 98 woonboten en 188 (grachten)panden niet aangesloten op de riolering. Dat is circa 0,3 % van het totaal aantal panden binnen de bebouwde kom van Utrecht. Zij lozen water uit toilet, douche, gootsteen en wasmachine nog op de Utrechtse grachten en kanalen. De reden dat ze nog steeds niet aangesloten zijn op de riolering, is dat dit een technisch gecompliceerde zaak is. Het gaat veelal om ijzeren woonschepen en om grachtenpanden waarvan het afvoerpunt heel laag ligt ten opzichte van de riolering.

Het Lozingenbesluit Wvo (Wet verontreiniging oppervlaktewateren) huishoudelijk afvalwater schrijft voor dat per 1 januari 2005 alle lozingen op oppervlaktewater beëindigd moeten zijn. De eigenaren van woonboten en panden zijn volgens de wet zelf verantwoordelijk voor de beëindiging van de lozing - in het stedelijk gebied veelal door aansluiting op de riolering.

Start inventarisatie
Gemeente en waterschap willen de eigenaren van 67 woonboten op water, in beheer bij De Stichtse Rijnlanden, en 188 panden in de bebouwde kom van Utrecht ondersteunen bij het beëindigen van hun lozingen. Een toekomstige projectorganisatie start met het inventariseren van de maatregelen die nodig zijn om de 255 objecten aan te sluiten. Immers, de technische oplossingen en de kosten voor aansluiting zullen van pand tot pand en van boot tot boot verschillen.

De eigenaren van woonboten en panden moeten de kosten van de aanpassingen in hun eigen boot of pand betalen. Hoe hoog die zijn, is nog niet bekend, dit moet duidelijk worden uit de inventarisatie. Uitgangspunt voor gemeente en waterschap is, dat de totale kosten voor de eigenaren nooit hoger uitvallen dan 5000 euro per aansluiting. Gemeente en waterschap samen nemen de kosten voor aansluiting buiten de boten en panden en eventueel noodzakelijke pompen voor hun rekening. Voor het project brengen gemeente en waterschap samen 2,5 miljoen euro bij elkaar. In 2006 moet het resultaat zichtbaar zijn. Geen poep meer in de gracht!

Overigens vallen nog 31 woonschepen "buiten de boot"omdat zij op water in beheer bij Rijkswaterstaat (Merwedekanaal) en Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (Vecht) liggen. Beide partijen doen (nog) niet mee met de regeling.

Besluitvorming

Op 9 november adviseren de leden van de commissie Stedelijke Ontwikkeling over het voorstel. De uiteindelijke besluitvorming staat gepland voor de gemeenteraadsvergadering van 2 december en de vergadering van het algemeen bestuur van het waterschap van 15 december 2004.

Houten/Utrecht, 28 oktober 2004



Gemeente Utrecht