Ministerie van Buitenlandse Zaken


- Aan de Voorzitter van de

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag


- Directie Azië en Oceanië

Afdeling Zuid-Oost Azië en Oceanië

Bezuidenhoutseweg 67

2594 AC Den Haag

Nederland


Datum


- 28 oktober 2004

Auteur


- drs. P.W. vd Logt


Kenmerk


- DPZ-448/04

Telefoon


- 070-348 5012


Blad


- 1/3

Fax


- 070-348 5323


Bijlage(n)


- 3


Betreft


- Verslag bezoek van Minister van Buitenlandse Zaken aan Hanoi van 7-9 oktober: ASEM-top, EU-Zuid-Korea-top, informele bijeenkomst Vietnam en EU-China ministeriële trojka.


-

Van 8-9 oktober 2004 vond in Hanoi, Vietnam, de vijfde ASEM-top plaats. De Top werd bijgewoond door regeringsleiders en staatshoofden van dertien Aziatische landen, 25 Europese landen en de Europese Commissie. Minister-president Juncker van Luxemburg trad op als voorzitter van de Europese Unie bij afwezigheid van premier Balkenende. De verplichtingen van premier Balkenende als regeringsleider van Nederland in ASEM zijn door mij waargenomen. En marge van de ASEM-top vond een ministeriële trojka ontmoeting plaats met China en een informele bijeenkomst met Vietnam. Na afloop van de ASEM-top vond, eveneens in Hanoi, de tweede EU-Zuid-Korea-top plaats.

De regeringsleiders bespraken tijdens de ASEM-top een grote verscheidenheid aan onderwerpen van gemeenschappelijk belang onder het overkoepelende thema: 'Revitaliseren en verstevigen van het Aziatisch Europese partnerschap'. In een aantal gesloten sessies werd gesproken over recente regionale ontwikkelingen, recente internationale ontwikkelingen, economische samenwerking en culturele samenwerking. Voorts werd de toekomst van ASEM als proces besproken. De voorzitterschapsverklaring van Vietnam over de ASEM-top is bijgevoegd.

Het toegenomen wederzijds belang tussen Azië en de EU werd bevestigd door de grote hoeveelheid aan onderwerpen die tijdens de Top is besproken. Door de Europese en Aziatische leiders werd daarbij opnieuw bevestigd dat verbeterde samenwerking en coördinatie tussen Azië en Europa bij internationale en regionale uitdagingen en bedreigingen van essentieel belang zijn. Dit geldt niet alleen voor onderwerpen als terrorisme, instabiliteit, proliferatie, milieu, massavernietigingswapens, AIDS en armoede, maar ook voor regionale ontwikkelingen, zoals Korea en Birma. ASEM vormt hierbij als overkoepelend samenwerkingsverband tussen EU en Azië een zeer nuttig instrument. De Top en de vele projecten die plaatsvinden onder ASEM op uiteenlopende terreinen, boden de mogelijkheid om vanuit een breed perspectief over een grote verscheidenheid aan onderwerpen te discussiëren.

Birma werd tijdens de Top niet vertegenwoordigd op het niveau van staatshoofd of regeringsleider, maar door staflid van staatshoofd Than Shwe, minister van arbeid Tin Win. De Birmese delegatie gaf tijdens het werkdiner dat volgde op de ceremonie een uiteenzetting van de ontwikkelingen in Birma. Een aantal Europese leiders alsmede ikzelf hebben daarop aan Birma kenbaar gemaakt dat de ontwikkelingen niet voldoende zijn. Bij Birma is erop aangedrongen zich meer in te zetten voor een voorspoedig en eerlijk verloop van de nationale conventie. Ik heb daarbij aangegeven dat Birma op zijn minst de belangrijkste oppositiepartij, de National League for Democracy (NLD), in staat zou moeten stellen deel te nemen aan dit proces en Aung San Suu Kyi en alle politieke gevangen moet vrijlaten. De ontwikkelingen die door de Birmese minister werden gepresenteerd, gaven geen aanleiding voor de EU om af te zien van de voorgenomen aanscherping van het gemeenschappelijk standpunt jegens Birma. Tijdens de EU-Raad voor Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 11 oktober 2004 is derhalve besloten tot een aanvullend pakket maatregelen tegen Birma (zie ook het verslag van de RAZEB dat u op 18 oktober jl. toeging).

De economische samenwerking binnen ASEM werd nieuw leven ingeblazen middels de verklaring over 'Closer Economic Parnership'. De verklaring zal als basis dienen voor verdere besprekingen tussen ministers van Economische Zaken en Ministers van Financiën om de banden tussen de Aziatische lidstaten en de EU op deze terreinen aan te halen. Ook met betrekking tot de culturele pijler werd een verklaring aangenomen, waarin een aantal prioriteiten is vastgelegd met betrekking tot verdergaande culturele samenwerking, zoals op het gebied van kennisoverdracht en culturele uitwisselingsprojecten.

De trojka-bijeenkomst van ministers van Buitenlandse Zaken met China stond vooral in het teken van de aanstaande Top met China in Den Haag op 8 december en het wapenembargo. Over de mogelijke resultaten voor de Top bestond op hoofdlijnen overeenstemming. Ik heb ten aanzien van het wapenembargo de stand van zaken en de voorgenomen discussie in de RAZEB toegelicht. Voorts heb ik gewezen op het belang van mensenrechten in de EU-China relatie. Minister Li zette ten aanzien van mensenrechten de Chinese positie uiteen, waarbij hij inging op de mensenrechtendialoog, het bezoek van UNHCR rapporteur over marteling en de wijzigingen in de Chinese grondwet. Tenslotte heb ik China verzocht zijn invloed aan te wenden om positieve ontwikkelingen in Birma te bewerkstelligen. Minister Li stelde dat China groot belang hechtte aan positieve ontwikkelingen in Birma. China is bereid ook andere Aziatische landen aan te sporen om positieve ontwikkelingen in Birma te bespoedigen, al is volgens Li veel geduld nodig en dienen de beginselen van soevereiniteit en geen inmenging in interne aangelegenheden te worden gerespecteerd.

Eveneens en marge van de ASEM-top vond een korte informele bijeenkomst plaats tussen de EU en Vietnam. De EU werd hierbij vertegenwoordigd door de Luxemburgse minister-president Juncker, Europese Commissievoorzitter Prodi en mijzelf. Tijdens de bijeenkomst werd de goede relatie tussen Vietnam en de EU herbevestigd. Minister-president Juncker en ik hebben aandacht gevraagd voor de mensenrechtensituatie in Vietnam waarbij een lijst met individuele gevallen is overhandigd. Vietnam bepleitte de spoedige afsluiting van de onderhandelingen over toetreding tot de WTO. Deze onderhandelingen zijn de daaropvolgende middag afgerond. In de bijlage is de persverklaring opgenomen die naar aanleiding van deze bijeenkomst is uitgegaan.

Na afloop van de ASEM-top vond de EU - Zuid-Korea-top plaats. De EU-delegatie was dezelfde als bij de informele bijeenkomst met Vietnam. President Roh leidde de Zuid-Koreaanse delegatie. Na een uitwisseling over met name de economische ontwikkelingen in Zuid-Korea en algemene ontwikkelingen in de EU werd de wens uitgesproken de samenwerking op gebieden als wetenschap en technologie, concurrentie, ICT, transport en ontwikkelingssamenwerking te versterken (zie de bijgesloten persverklaring). Daarnaast werd uitgebreid stilgestaan bij de ontwikkelingen in Noord-Korea, met name ten aanzien van de nucleaire kwestie en ten aanzien van de mensenrechtensituatie in het land. President Roh herhaalde het 'engagement'-beleid van Zuid-Korea ten aanzien van Noord-Korea. President Roh was evenals in zijn speech tijdens de ASEM-top redelijk positief over de situatie op het Koreaanse schiereiland. De situatie was stabiel, aldus de president. Via economische ontwikkelingen zullen naar zijn mening hervormingen tot stand komen.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

===