ChristenUnie


Bijdrage debat Begroting Justitie onderdeel vreemdelingenzaken

Woensdag 3 November 2004 - 21:08

André Rouvoet: Voorzitter. Ik heb een aantal korte opmerkingen over het asielbeleid. Normaal gesproken had ik die gisteren betrokken in mijn bijdrage.

Officieel is het terugkeerbeleid gebaseerd op de vraag of het land waar naartoe iemand moet terugkeren, al dan niet veilig is. Bij de uitvoering ervan vraagt men zich af of het al dan niet verantwoord is om een persoon uit te zetten. In de praktijk is er natuurlijk sprake van een breed grijs gebied daartussen. Zo wordt Liberia in de stukken erkend als onveilig land, maar wordt er ten aanzien van onderdanen van dat land geen categoriaal beleid gevoerd. De rest van de Europese Unie doet dat namelijk ook niet. Dat is natuurlijk geen inhoudelijk criterium. Daarom is het goed om inzicht te krijgen in wat er gebeurd nadat iemand is teruggekeerd. Die vraag moet toch bij de afwegingen worden betrokken?

In de zogenoemde Polen-discussie in verband met het vrije verkeer van werknemers binnen de Europese Unie heeft mij al gestoord dat wij niet of nauwelijks aandacht schenken aan de reeds in ons midden beschikbare kennis in de vorm van goed opgeleide asielzoekers. Ik ken heel wat voorbeelden van medisch goed opgeleide asielzoekers van wie het asielverzoek wordt afgewezen waardoor zij vervolgens geen kans hebben om het arbeidsmarktcriterium in stemming te brengen. Wil de minister daar nog eens op reageren? Wij houden deze discussie graag open.

Ik wil nog iets zeggen over de harmonisatie van het asielbeleid in Europees verband. Die moet in 2010 zijn voltooid. Deze harmonisatie lijkt vooral een race naar de bodem te zijn. Nederland speelt daar in de ogen van de fractie van de ChristenUnie een niet al te positieve rol in. Neem bijvoorbeeld het in de begroting genoemde motief terzake van opvang en asieltoetsing in de regio. Dit onderwerp houdt ons al zeer lang bezig. Daarin wordt uitsluitend genoemd dat het bedoeld is om de asielinstroom terug te dringen. Natuurlijk kan dat motief meespelen.

Maar het eerste motief moet toch zijn het oplossen van het wereldvluchtelingenvraagstuk, of in ieder geval het leveren van een bijdrage daaraan. Ik verwijs nog maar eens naar de motie van mijn hand die indertijd door nagenoeg de gehele Kamer werd aangenomen. Die heeft daarop betrekking en daarin wordt het laatste motief uitdrukkelijk genoemd. Graag wil ik een reactie van de minister daarop.

De aantallen asielzoekers die zich hier melden, zijn sterk afgenomen. Ik vraag mij af of dit niet een gevolg moet hebben voor het aantal uitgenodigde vluchtelingen per jaar. Dat aantal mag dan naar mijn idee wel wat hoger zijn.

Wij zijn blij met de bezinning op beter op de doelgroepen toegespitst beleid inzake het verblijf op religieuze of levensbeschouwelijke gronden. Zonodig, komt mijn fractiegenote mevrouw Huizinga, daarop zeker terug.
Op dit moment plaats ik de kanttekening dat de interim-circulaire die een jaar wordt verlengd feitelijk alleen op oude gevallen van toepassing is. Nieuwe gevallen kunnen daarop dus niet een beroep doen. Vorige week kwam mij nog een concreet geval ter ore. Ik vraag de minister of daaraan iets te doen is.

---