Ministerie van Buitenlandse Zaken

Verslag van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 2 november 2004

Deel Algemene zaken
Voorbereiding Europese Raad 4-5 november

Ter voorbereiding van de Europese Raad besprak de Raad de ontwerpconclusies. Slechts t.a.v. het JBZ-terrein werden opmerkingen gemaakt die meer inhoudelijk nadere discussie in de Europese Raad vergen. Voorts werden de externe ER-onderwerpen uitgebreid besproken.

Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ)

Op het terrein van Justitie en Binnenlandse zaken zijn flinke vorderingen gemaakt die concreet vorm krijgen in het Haagse Programma. Lidstaten maakten een aantal opmerkingen aangaande het Programma en de conceptconclusies daarover. Het voorzitterschap zal deze gebruiken bij de voorbereiding van de bespreking in de Europese Raad.

Er lijkt overeenstemming te bestaan om in 2005 over te gaan naar besluitvorming bij gekwalificeerde meerderheid met het asiel- en migratiebeleid, uitgezonderd het terrein van legale migratie.

Separate conclusies zijn vastgesteld over 'bescherming in de regio'. Afgesproken is dat samen met landen in de regio van herkomst en de UNHCR naar manieren moet worden gezocht om meer vluchtelingen in een zo vroeg mogelijk stadium en zo dicht mogelijk bij huis bescherming te bieden. Versterking van bescherming in de regio is daarmee een Europees streven geworden. De overgrote meerderheid van vluchtelingen bevindt zich in Afrika en Azië. Harmonisatie van Europees asielbeleid moet daarom samen gaan met een Europees beleid voor vluchtelingen die zich buiten Europa bevinden, in de regio van herkomst.

Externe onderwerpen

Irak

De Raad bevestigde de bereidheid van de Unie een bijdrage te leveren aan de politieke, sociale en economische wederopbouw van Irak ter ondersteuning van de implementatie van VNVR-resolutie 1546 van juni jongstleden. De Raad bereikte overeenstemming over een pakket van concrete EU-steunmaatregelen dat aan de bij de Europese Raad aanwezige Iraakse premier Allawi zal worden aangeboden. Dit aanbod omvat onder meer financiële en technische ondersteuning van de verkiezingen, de bereidheid tot een financiële bijdrage aan de bescherming van de VN, een politieke intentie-verklaring voor het aanknopen van betrekkingen met de EU, waaronder het perspectief op een Handels- en Samenwerkingsakkoord, politieke dialoog en de opening van een Commissie-delegatie in Bagdad met in achtnememing van de veiligheidssituatie.

Voorts nam de Raad kennis van de rapportage van de EU-verkenningsmissie die in oktober Irak en enkele buurlanden bezocht. De missie had tot doel de eerder geïdentificeerde mogelijke civiele crisisbeheersingsactiviteiten op het gebied van politietraining, 'rule of law' en civiele administratie nader uit te werken. De Raad stelde vast dat de EU een nuttige bijdrage aan de wederopbouw en de ontwikkeling van een stabiel, veilig en democratisch Irak zou kunnen leveren door middel van een geïntegreerde politie- en 'rule of law'-operatie. Deze zou zich met name kunnen richten op criminaliteitsbestrijding en de versterking van het strafrechtssysteem in Irak. De Raad besloot in dit verband tot het uitzenden van een expert team - nog voor de geplande verkiezingen van januari 2005 - om de modaliteiten, met name de veiligheidsarrangementen, van een dergelijke operatie verder uit te werken.

Soedan / DarfurDe Raad sprak zijn grote zorg uit over de in de afgelopen weken verslechterde veiligheidssituatie in delen van de westelijke provincie Darfur, als gevolg van schendingen van het staakt-het-vuren door alle partijen. De Soedanese regering is vele van zijn verplichtingen niet nagekomen, waaronder neutralisering en ontwapening van de Janjaweed-milities. Aande andere kant gaan de rebellen in toenemende mate over tot aanvallen. De Raad wenste de druk op alle partijen te handhaven en sloot daarbij het gebruik van sancties niet uit. De Raad veroordeelde de aanvallen op de burgerbevolking, in het bijzonder de aanhoudende verkrachtingen, en herhaalde dat verantwoordelijken op alle niveaus zich zullen moeten verantwoorden voor schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht. In dit kader herbevestigde de Raad zijn volledige steun aan de VN-commissie die ter zake onderzoek verricht, incl. de vraag of genocide is gepleegd.

De Raad verwelkomde het besluit van de Afrikaanse Unie (AU) om haar waarnemersmissie in Darfur (AMIS) uit te breiden tot 3320 waarnemers en beschermingstroepen. De Raad bevestigde zijn voortgezette steun aan de AU en zijn bereidheid om de gevraagde assistentie en expertise te verlenen aan AMIS. De EU zal 80 miljoen Euro bijdragen aan AMIS uit de 'Africa Peace Facility'. Daarnaast wil de EU planners en technici leveren aan de AU, alsmede advies en assistentie verlenen op het gebied van politiewerk.

De Raad nam met waardering kennis van de hervatting van de Naivasha-onderhandelingen inzake het Noord-Zuid vredesproces en riep de partijen op een alomvattend vredesakkoord voor het einde van het jaar te ondertekenen. Een dergelijk akkoord is essentieel voor het vinden van een alomvattende oplossing van het conflict in Darfur.

De Raad toonde zich bezorgd over de afhankelijkheid van éénderde van de bevolking van Darfur van humanitaire assistentie en het nog steeds toenemende aantal ontheemden. De internationale gemeenschap dient urgent aandacht te besteden aan het verlenen van additionele humanitaire hulp. De Raad riep daartoe alle VN-leden op om genereus te reageren op verzoeken van de VN en internationale humanitaire organisaties tot additionele bijdragen.

Midden-OostenDe Raad besprak recente ontwikkelingen in het Midden-Oosten, waaronder de instemming door het Israëlisch parlement met ontruiming van nederzettingen in de Gaza-strook en deel van de Westelijke Jordaanoever, alsook het vertrek van president Arafat uit Ramallah voor medische behandeling in Frankrijk. Hierbij was sprake van een breed gedragen opvatting dat zich thans een belangrijk moment voordeed om het proces concreet vooruit te helpen. Hoge Vertegenwoordiger Solana bepleitte een versnelling in het politieke proces en de ondersteuning hiervan. Zoals aangekondigd tijdens de vorige Raad op 11 oktober jongstleden presenteerde Solana een aantal voorstellen voor aanvullende EU-maatregelen voor de korte en langere termijn. Deze voorstellen concentreren zich op ondersteuning van de Palestijnse Autoriteit, op de terreinen van veiligheid (steun aan de Palestijnse civiele politie), lokale verkiezingen (politieke en financiële steun), hervormingen (impuls aan bestaande hervormingsproces) en de economische situatie. De voorstellen zullen nader besproken worden bij de Europese Raad en vervolgens ook met andere direct betrokken partijen.

Deel Externe betrekkingen
EU-Rusland

De Raad sprak over de voorbereidingen van de EU-Rusland Top op 11 november aanstaande in Den Haag. De onderhandelingen over de uitwerking van de vier Gemeenschappelijke Ruimten (economisch; externe veiligheid; interne veiligheid, vrijheid en rechtvaardigheid; onderzoek, onderwijs en cultuur) zijn nog in volle gang. Het Nederlandse Voorzitterschap blijft zich inspannen om hierover vóór de Top overeenstemming met Moskou te bereiken. De EU blijft hierbij vasthouden aan de formele afronding van de vier Ruimten als één alomvattend pakket, waarin de EU-belangen voldoende worden gereflecteerd. Andere kwesties die tijdens de Top aan bod zullen komen zijn o.a. samenwerking op het gebied van terrorismebestrijding en het belang van regelmatige consultaties over mensenrechten (inclusief Tsjetsjenië). Daarnaast zal de EU de recente ratificatie door de Doema van het Kyoto protocol en van het uitbreidingsprotocol van de Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst verwelkomen. In de Raad was sprake van brede steun voor de aanpak van het Voorzitterschap in de aanloop naar de Top.

Diversen

Tot slot hoorde de raad interventies aan van een aantal lidstaten over Somalië, de Grote Meren-regio, Guinee-Bissau en Belarus.

===