College van Beroep voor het bedrijfsleven


Niet tijdige ziekmelding van enig werknemer (directeur). Tot datum ziekmelding geen ziekengeld

Betrokkene, enig werknemer/directeur van een BV heeft op 9 mei 2001 gemeld dat zij vanaf 12 maart 2001 arbeidsongeschikt was wegens zwangerschap en dat zij op 26 maart 2001 was opgenomen in het ziekenhuis. Het Uwv heeft beslist dat op grond van artikel 38a, lid 2, ZW ziekengeld wordt geweigerd tot 9 mei 2001, omdat de werkgever de ongeschiktheid van de werknemer uiterlijk op de vierde dag dient te melden. De Raad heeft de in artikel 38a, derde lid, ZW neergelegde dwingendrechtelijke meldingsplicht in zijn uitspraak van 24 september 2002 (LJN AF8109) in zoverre genuanceerd dat indien pas na enige tijd duidelijk is dat de ziekmelding zijn oorzaak vindt in zwangerschap, een redelijke wetsuitleg meebrengt dat de verplichting tot tijdige ziekmelding ontstaat op het moment dat de werkgever redelijkerwijs duidelijk kan zijn dat de werknemer aanspraak op ziekengeld kan maken. In onderhavige zaak doet deze situatie zich volgens de Raad niet voor. Op betrokkene als vertegenwoordiger van de werkgever bestond de verplichting de arbeidsongeschiktheid te melden. Nu dit niet tijdig is gebeurd is de in artikel 38a, derde lid, ZW neergelegde meldingsplicht overtreden, zodat terecht tot de datum van ziekmelding geen ziekengeld is uitbetaald.

LJ Nummer

AR4202