Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Bakker over de vergoeding van Omacor. (2040502100)

1
Is het waar dat u een vergoedingsaanvraag hebt afgewezen voor het geneesmiddel Omacor, omdat het voor hartinfarctpatiënten geen therapeutische meerwaarde zou hebben? 1)

2
Is u bekend dat uit het wetenschappelijke GISSI-onderzoek naar het effect van Omacor bij patiënten die een hartinfarct gehad hebben, is gebleken dat het risico op overlijden door cardiale oorzaak met 30% wordt verminderd, en de kans op plotse hartdood met 45% wordt verlaagd door een toevoeging van Omacor aan de standaardbehandeling? 2) Zo ja, waarom bent u dan van mening dat Omacor geen therapeutische meerwaarde heeft?

6
Bent u bereid, gezien de overtuigend aangetoonde informatie over de therapeutische meerwaarde van Omacor, uw besluit te heroverwegen?

1,2 en 6
De Commissie Farmaceutische Hulp (CFH), een commissie van klinisch - farmacotherapeutische experts van het College voor zorgverzekeringen, heeft mij op 24 juni 2004 het volgende medegedeeld. In het kader van geldende voedingsadviezen, bijvoorbeeld door de consumptie van vette vis, kunnen Omega-3 vetzuren (de actieve stof van Omacor) een bijdrage leveren aan vermindering van het aantal doden als gevolg van hart- en vaatziekten. Dit in het bijzonder als er sprake is van een reeds doorgemaakt hartinfarct. Na een hartinfarct is een onderdeel van de standaardbehandeling een dieet. Volgens de CFH is niet aangetoond, ook niet uit het GISSI-onderzoek, dat toevoeging van Omacor aan zo'n dieet een therapeutische meerwaarde heeft.
Daarnaast vind ik het de eigen verantwoordelijkheid van de patiënt om de heilzame werking van omega-3 vetzuren, in het kader van de voedingsadviezen bij de standaardtherapie, te halen uit zijn voeding.
Ik heb daarom besloten om het geneesmiddel Omacor niet op te nemen in het ziekenfondspakket. Indien in de toekomst de fabrikant wel met overtuigende nieuwe informatie komt over de therapeutische meerwaarde van Omacor, dan zal ik op dat moment de CFH opnieuw om advies vragen en mijn beslissing heroverwegen.

3
Is u bekend dat er geen ander vergelijkbaar geneesmiddel met deze uitkomst beschikbaar is?

3
De CFH heeft inderdaad geconcludeerd dat omega-3 vetzuren niet onderling vervangbaar zijn met enig ander geneesmiddel.

4
Is u bekend dat onderzoek met Omacor heeft geleid tot toevoeging van deze actieve stof aan de internationale behandelprotocollen, en dat de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie deze protocollen onderschrijft? 3)

4
Nee. Uit ondermeer de richtlijn van de European Society of Cardiology komt naar voren dat de richtlijn aanbeveelt dat alle patiënten geadviseerd moet worden om een Mediterraan dieet te volgen dat weinig verzadigde vetzuren bevat, veel onverzadigde vetzuren en veel fruit en groenten.
Verder worden in de paragraaf 'Diet and dietary supplements' de resultaten beschreven van een onderzoek van Burr en van het GISSI-onderzoek. Dit leidt echter in deze richtlijn niet tot een concreet advies om visoliesupplementen of vette vis te gebruiken.

5
Is u bekend dat in de ons omringende landen, zoals het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, het product Omacor wel wordt vergoed?

5
Elk EU-land kent zijn eigen stelsel van sociale ziektekostenverzekering en dus zijn eigen vergoedingsvoorwaarden. Omacor wordt weliswaar in het Verenigd Konkrijk en Duitsland vergoed, maar daar staat tegenover dat Omacor in vele EU-landen niet in het vergoedingspakket is opgenomen. Onlangs nog heeft ook mijn Belgische collega op soortgelijke gronden besloten om Omacor niet te vergoeden.

1) Uw brief met kenmerk GMT/ G 2519116, 27 september jl. 2) GISSI-Prevenzione Investigators. Dietary supplementation with n-3 polyunsaturated fatty acids and vitamin E after myocardial infarction: results of the GISSI-Prevenzione trial. Lancet 1999; 354:447-455
3) Cardiologen overtuigd van heilzame visolie, De Telegraaf, 19 juni jl.


---- --