Socialistische Partij
`Uit strijd tegen extremisme kan krachtiger eenheid voortvloeien'
11-11-2004 * Vandaag vindt in de Tweede Kamer een debat plaats over de
moord op Theo van Gogh, de terreurdreiging en de brandstichtingen in
moskeeën, kerken en scholen. Namens de SP voert Jan Marijnissen het
woord. Hij gaat onder meer in op de rol van de vrije meningsuiting,
het ontsporen van de dader, de racistische aanslagen op gebouwen en
wat ons te doen staat om voor de toekomst Nederland beter te maken.
Lees hier de bijdrage van Jan Marijnissen in de eerste termijn.
Het land is ontzet
Het land is in verwarring
De mensen vrezen escalatie
De mensen vragen zich af: wat nu?
Het is pas negen dagen geleden dat Theo van Gogh op lafhartige wijze
werd vermoord. Negen dagenhet lijkt wel 'n eeuwigheid.
De moord op Theo van Gogh was een daad van terrorisme. Het ging immers
om het met voorbedachte rade vermoorden van iemand om wat hij vindt en
zegt om zo iedereen die hecht aan het vrije woord angst aan te jagen.
Tegen de dictatuur van het geweld is geen mensenlijf opgewassen.
Politieke moord is in een democratie een daad van terrorisme. Een
andere typering is gewoon niet te geven.
Ik heb Theo vaak gesproken, al of niet voor de camera, al of niet in
de kroeg. Hij was typisch zo'n voorbeeld van ruwe bolster, blanke pit;
wars van dikdoenerij en met een enorme hekel aan huichelarij. Zeker:
hij was een mens en dus feilbaar. Zeker: hij maakte fouten, zoals wij
allemaal. Hij wás soms te grof, hij wás soms onnodig kwetsend.
Hij maalde er niet om wanneer mensen zijn ironie niet begrepen. Hij
was immers `n columnist. Dus het was zijn taak om de ruimte waarbinnen
het recht op vrijheid van meningsuiting gepraktiseerd kan worden
maximaal op te rekken. Dat zag hij als zijn taak, en daarom ging het
er soms hard aan toe, soms te hard.
Met zijn aanpak heeft hij vrienden gemaakt, maar ook vijanden. Maar
hoe dan ook: hij stond voor wat hij vond! En die karaktereigenschap
heb ik altijd bijzonder in `m gewaardeerd. Nooit bang, laf, of
afwezig. Altijd áánwezig om de degens te kruisen. Wat hij voor
zichzelf opeiste, gunde hij de ander evenzeer: vrijheid van
meningsuiting.
Onze mening heeft alles te maken met ons geweten. Is het niet zo dat
onze mening over iets altijd gevormd wordt door de feiten in
combinatie met ons geweten. De interpretatie van de feiten is mede
afhankelijk van onze positie ten opzichte van de feiten. Ons geweten
vormt zich in onze dagelijkse strijd om het bestaan en door dat wat
ons verteld / geleerd wordt. En, het geweten is vrij. Niemand anders
dan wijzelf zijn baas over ons geweten en onze gedachten.
En, de kern van het democratische proces is dat we op elk moment en op
elke plaats kond mogen doen van wat er zich binnen ons aan gedachten
en meningen ontwikkelt. Zodat bij onze gezamenlijke zoektocht naar de
waarheid niemand ongewild overgeslagen wordt.
Zo goed als democratie niet kan zonder het vrije woord, veronderstelt
het ook de afwezigheid van angst en taboes. Angst is altijd een
slechte raadgever en taboes maken dat we niet vrijelijk kunnen spreken
omdat dan immers de vooroordelen spreken. Grenzen aan de vrijheid van
spreken worden gesteld door het strafrecht, èn door het vrije woord
van de ander.
Theo van Gogh is niet meer: hij is vermoord, afgeslachtop een bijna
rituele wijze.
De brief die de moordenaar op het lijk heeft achtergelaten getuigt van
een zieke geest geobsedeerd met bloed, wraak en de dood. Je vraagt je
af: Hoe heeft zo'n geest in dit land geboren kunnen worden en
opgroeien? Ik denk dat we hier raken aan één van de grote gebreken van
de makkelijke, moderne tijd.
Makkelijk omdat we - de goeden niet te na gesproken - liever wegkijken
dan spreken, omdat we liever negeren dan engageren. Deze jongen heeft
niet van het ene op het andere moment besloten te doen wat hij gedaan
heeft. Dat is een proces geweest. En, zoals het er naar uitziet, heeft
hij daar ook met anderen over gesproken. Niemand heeft `m in zijn
denkrichting effectief gecorrigeerd.
-
Het is een misvatting te denken dat we ons land veiliger kunnen maken
met alleen meer politie en meer AIVD. Nederland wordt pas veiliger als
wij asociaal gedrag en niet-rationeel handelen terug kunnen dringen.
In het onderwijs zouden we veel goeds kunnen verrichten. Maar kinderen
worden onvoldoende onderwezen in onze geschiedenis, onvoldoende in de
totstandkoming van onze waarden en de rechten van de mens, onvoldoende
in levensbeschouwing en wereldbeschouwing.
Maar niet alleen het onderwijs is hier van belang. We zullen ons
ideologische erfgoed - ons besef van beschaving - vooral elkaar moeten
bijbrengen. Dat stelt de grenzen aan de vrije meningsuiting, maar het
voorkomt vooral doorgeslagen fanatisme, maniakkaal gedrag, en helpt
ons niet te zwichten voor de verleiding van het simplisme van de
ongenuanceerde overzichtelijkheid.
Levend in een democratie zijn `de vrijheden' van essentieel belang.
Maar vrijheden brengen in een volwassen democratie ook
verantwoordelijkheden met zich mee. Geen vrijheid zonder
verantwoordelijkheid dus. Verantwoordelijkheid veronderstelt ook het
afleggen van verantwoording. Wel, dat lijkt in onze samenleving steeds
minder voor te komen: het afleggen van verantwoording. U zult zich
misschien afvragen: `Aan wie dan?' Wel, aan iedereen die erom vraagt.
Is dat niet ook de essentie van opvoeding en opleiding? Is dat niet de
enige, effectieve manier waarop we in staat zijn gezamenlijk te bouwen
aan een gezamenlijk referentiekader?
-
Emotie die niet eerst gaat door het filter van de ratio is
levensgevaarlijk. Iedereen heeft de vrijheid van het geweten, iedereen
mag geloven wat hij wil, maar in de openbare ruimte hebben we 'n
referentiekader nodig. De belangrijkste elementen zijn: de ratio, het
algemeen belang en het besef dat elk individu van ultieme waarde is.
De moordenaar van Theo van Gogh is een voorbeeld van waar haat in
combinatie met een - in zijn ogen - vergoelijkende religie toe kan
leiden.
Vorige week is van de kant van de regering gesproken over een `oorlog'
tegen het Islamextremisme. Ik zou zo'n woord als `oorlog' niet zo snel
gebruiken. Als echter bedoeld wordt dat de uitgangspunten van de
politieke Islam een onoverbrugbare tegenstelling vormen met de basis
van onze samenleving, dan kan ik er mee instemmen. Het woord `oorlog'
als metafoor.
Toch lijkt het me beter dat woord niet meer te gebruiken. Zeker als je
ziet hoe de zaak na de moord op Van Gogh is geëscaleerd. Zoals zo
vaak: als ze de kans krijgen komen de ratten uit de riolen 20
Aanslagen zijn er de afgelopen dagen gepleegd op scholen en
gebedshuizen. In Uden werd een school in de as gelegd. NB in dezelfde
nacht dat werd herdacht dat in 1938 de Kristalnacht plaats vond. Over
deze misdaden moet dezelfde veroordeling worden uitgesproken als over
de moord op Theo van Gogh. Het is hetzelfde extremisme, het komt voort
uit dezelfde haat, het is dezelfde mentaliteit die blijk geeft van
gebrek aan respect voor de medemens.
-
Het land is in verwarring en vreest voor escalatie.
Wat moet er gebeuren?
Ik heb de brief van het kabinet gelezen. Naar aanleiding daarvan is er
nog veel te zeggen en te vragen omdat veel voorstellen nog niet zijn
uitgewerkt. De analyse in het stuk wordt door mijn fractie gedeeld. Ik
wil me in dit debat van vandaag beperken tot wat de SP-fractie
minimaal van het kabinet verwacht.
Allereerst zal het kabinet eensgezind leiderschap moeten tonen.
Het kabinet zal naast de mensen moeten gaan staan die nu angstig zijn.
Het kabinet moet alles doen om de veiligheid van mensen te bevorderen.
Het kabinet zal alles moeten doen om extremistische elementen te
isoleren.
Het kabinet zal alle mensen die oproepen tot haat en geweld in kaart
moeten brengen en vervolgen.
Maar er moet meer gebeuren:
Het integratiebeleid zal nu keihard ter hand genomen moeten worden.
Het belang van onderwijs hierbij kan niet overschat worden.
Samen naar school! Geen witte en zwarte scholen meer! Kinderen horen
samen naar school te gaan en niet apart. Onderwijs dat ingaat op de
wordingsgeschiedenis van ons land en onze beschaving.
In het onderwijs zal kinderen in onderlinge harmonie en met respect
voor elkaar moeten worden geleerd welk referentiekader wij hanteren.
We moeten geen uitval meer accepteren.
Ook de segregatie als het gaat om wonen zal moeten worden aangepakt:
Geen witte en zwarte wijken meer.
We moeten zorgen dat er werk is, vooral voor de jongeren.
Discriminatie moet worden aangepakt.
Tot slot.
In de strijd tegen het extremisme dat de democratie wil uithollen en
vernietigen kan het kabinet het niet alleen. Iedereen in dit land
heeft 'n verantwoordelijkheid. De cultuur van wegkijken moeten we
achter ons laten. Want, die cultuur staat haaks op de nu zo
noodzakelijke waakzaamheid en weerbaarheid. Zonder die twee elementen
kunnen we de strijd tegen het extremisme - van welke kant ook - nooit
winnen.
Daarom is het zo hoopval dat overal in het land mensen bij elkaar
komen om de situatie te bespreken, en om in actie te komen. Onder het
motto `vóór het vrije woord, tégen geweld' vinden er dezer dagen
overal in het land manifestaties plaats.
Misschien zijn we wel te nonchalant geweest, te naïef als het gaat om
onze erfenis achter de dijken, hebben te veel mensen gedacht dat alles
vanzelfsprekend was geworden. Laten we dan voor eens en voor altijd
ontwaken zijn uit die droom.
Onze beschaving en onze vrijheden zijn het resultaat van strijd, laten
we dat nooit vergeten. Zonder strijd geen vooruitgang. Wanneer we nu
de strijd aanbinden met gedachten die waarlijk een fremdkörper genoemd
moeten worden in onze samenleving, kan daar een nieuwe, krachtiger
eenheid uit voortvloeien.
Daar wil ik me graag voor inzetten.