Gemeente Breda

Bestemmingsplan Binnenstad herzien



De functie van de binnenstad van Breda is veranderd. Nieuwe lokale en landelijke ontwikkelingen vragen nieuw beleid. Na bijna 10 jaar gebruik van het huidige bestemmingsplan zijn er voldoende aanleidingen om tot een herziening over te gaan.

Een herzien, door de provincie goedgekeurd, bestemmingsplan binnenstad, moet op 4 juli 2006 van kracht zijn. Een projectdefinitie is een eerste stap in de aanpak. Het college van burgemeester en wethouders heeft de projectdefinitie op 8 november vastgesteld.

In de afgelopen jaren is de functie van de binnenstad in de stad langzamerhand veranderd. In 1995 was de binnenstad nog hét concentratiepunt op het gebied van cultuur, detailhandel en vermaak. Op dit moment is een belangrijk deel van de grootschalige detailhandel verspreid over de Meubelboulevard en Steenakker. Daarnaast hebben ook andere centrumfuncties buiten de binnenstad een plaats gevonden. De binnenstad is van hét centrum van de stad, nu één van de centra geworden. Het blijft echter wel het belangrijkste- en een uniek centrum: het historisch hart van Breda met een grote menging van functies voor de hele stad en voor de regio. Door deze wijziging van de positie van de binnenstad is herziening van het bestemmingsplan nodig.

Nieuw beleid
In de afgelopen 10 jaren is veel nieuw lokaal en landelijk beleid ontwikkeld. De consequenties van dit nieuwe beleid zullen moeten worden verwoord in het nieuwe bestemmingsplan. Enkele voorbeelden zijn:

- nieuw detailhandelsbeleid, met name voor de grootschalige detailhandel,

- de actualisering van het horecabeleidsplan,
- parkeren en verkeer,
- de ontwikkelingen op de Westflank met betrekking tot de terugkeer van water,

- de ontwikkelingsvisie Via Breda en Centraal Breda,
- evenementen en toerisme,
- welstand en cultureel erfgoed,
- uitbreiding Beschermd Stadsgezicht - waterbeleid Waterschap,
- Flora & Fauna wetgeving,
- wet op de Archeologische Monumentenzorg,
- actualisering Structuurplan Binnenstad; nota het Goud van Breda.
- categorisering van horeca-inrichtingen

Ontwikkelingen
Daarnaast is er een aantal ontwikkelingen dat om nieuw beleid vraagt en mogelijk voor het nieuw op te stellen bestemmingsplan consequenties heeft. Onder meer:

- de toename van het aantal bel-, grow, en smartshops met name in de inlopers,

- mengvormen van horeca en detailhandel,
- hernieuwde aandacht voor de inlopers (met name de Boschstraat) en het zogenaamde dwaalmilieu rond het kernwinkelapparaat,
- de toenemende druk op de openbare ruimte in de binnenstad, met name vanwege evenementen.

De eigenaren van vastgoed, ondernemers en projectontwikkelaars hebben belang bij een actueel bestemmingsplan: een maatschappelijk gedragen en een afgewogen ruimtelijke en functionele grondslag voor hun handelen, een integrale bouwsteen voor nieuwe ontwikkelingen. Een actueel bestemmingsplan voorkomt een groot aantal artikel 19 Wro procedures.

Bewoners, hun organisaties, belangenverenigingen en ondernemers hebben vaak sterke behoefte aan bescherming van hun activiteiten en de ruimtelijke kwaliteit van de binnenstad. Bescherming van het cultureel erfgoed staat soms op gespannen voet met ontwikkelingsmogelijkheden en aanpassingen aan de eisen van de tijd. Het bestemmingsplan zal deze ruimtelijke en functionele belangen moeten afwegen.

Vanwege de begrenzing van het bestemmingsplan vallen de Spoorbuurt en het Stationskwartier niet onder het bestemmingsplangebied binnenstad. Voor de Spoorbuurt en het Stationskwartier zijn bestemmingsplannen in ontwikkeling. Het ontwerp bestemmingsplan Spoorbuurt is onlangs goedgekeurd door de Provincie. Voor het Stationskwartier is sprake van een ambtelijk concept.

Communicatie
In het begin staat d enoodzaakvaneennieuwbestemmingsplancentraal. Gaandeweg wordt de inhoud belangrijker en uiteindelijk zal de communicatie bestaan uit inspraak op het voorontwerp bestemmingsplan en de formele WRO procedure. Het betrekken van belanghebbenden in een vroeg stadium is van groot belang. Met behulp van een goede communicatie met een brede vertegenwoordiging dient zo veel mogelijk draagvlak bereikt te worden. Het is belangrijk dat er ook ruimte is voor betrokkenen om zelf informatie in te kunnen brengen.

Breda, 15 november 2004.