D66

D66 wil een nieuw sociaal contract. Dat heeft D66-leider Boris Dittrich gesteld in zijn toespraak op het D66-congres in Arnhem. Volgens Dittrich vraagt de pluralistische samenleving om beperkte, maar heldere afspraken en een sterke overheid die deze bewaakt.

Dittrich: 'Het gaat erom samen van een versplinterde, naar een pluralistische samenleving te gaan. Dat betekent dat heel duidelijke afspraken moeten maken over wat we in de openbare ruimte en het maatschappelijke verkeer wél, en wat we niet van elkaar accepteren. Dat zijn waarden waarin iedereen gelooft, ongeacht afkomst, religie of wat dan ook: geen fysieke agressie. Geen discriminatie. Gelijke behandeling. De vrijheid je eigen keuzes te kunnen maken. Dat vraagt ook om een krachtige overheid die deze afspraken bewaakt. Een overheid die wérkt, en op zijn minst levert wat mensen ervan verwachten, in plaats van dikke beleidsnotas en vage, verre toekomstvisioenen'.


---

Lees hieronder de volledige toespraak van Boris Dittrich op het D66-congres:

Van Versplintering En Verharding Naar Participatie En Pluralisme

Zouden er in ons land nog véél mensen zijn, die individualisering een positief begrip vinden?

Ik vermoed van niet.
Noties als persóónlijke vrijheid, het recht te dóen en te laten wat je wilt, zijn niet zo populair, in deze tijd.

Boris Dittrich Want de samenleving, zo lijkt het wel, is van níemand meer.
Niet van de tweede-generatie Marokkaan, die zich niet thuis voelt in Nederland en ook niet meer in Marokko.
Níet van het middenklasse gezin in Almere, dat zich bedreigd voelt, en in de steek gelaten door de politiek.
Níet van de bewoner van de grote stad, die het verval en de agressie om zich heen probeert buiten te sluiten, door weg te kijken.

Bijzonder is wel dat de meeste mensen tevreden zijn met hun eigen leven, achter hun eigen voordeur.
Maar over wat zich daarbúiten afspeelt, heerst een gevoel van teleurstelling en onbehagen.
En dat geldt zeker voor de politiek, én voor het falen van de overheid.

Mensen in Nederland zijn verweesd geraakt.
Verweesd van elkaar, en verweesd van de gemeenschap. Er is geen bindmiddel meer, geen gevoel van samen zijn, geen gevoel van het samen moeten dóen.

Dat onbehagen van mensen zit diep en in alledaagse dingen: de luidruchtige buurman tegen wie niemand optreedt. Agressie in de trein, in het ziekenhuis of op het pleintje om de hoek.

De verloedering van de openbare ruimte. De verruwing in de omgangsvormen.

En dat gevoel van dat het niet goed gaat in Nederland is versterkt door de komst van honderdduizenden migranten de afgelopen decennia.

Een klein deel van vooral - Marokkaanse moslims is overtuigd van het eigen religieuze gelijk en keurt moderne, Westerse ontwikkelingen als ontkerkelijking, emancipatie van homos en vrouwen, en individuele keuzevrijheid af. Bij hen heerst er geslotenheid, angst om de vuile was buiten te hangen, een gebrek aan open debat over de Islam, een gebrek aan zelfkritiek, en een gebrek aan respect voor andersdenkenden.

Dat is een omgeving die vindt dat afwijkende ideeën afkeurenswaardig of zelfs gevaarlijk zijn.
In dat klimaat kan extremisme wortel schieten.

Want elke vorm van extremisme is de uiterste consequentie van een absoluut geloof in het eigen gelijk.
Of het nu milieufanatici, neonazis of moslimterroristen zijn: allemaal vinden ze een voedingsbodem en een beschermende omgeving in een kring van mensen om hen heen die misschien hun agressieve methoden afkeurt, maar die wél de juistheid van hun idealen en waarden deelt.

We zijn terechtgekomen in een samenleving waarin we onderling zeer grote verschillen van opvatting zijn gaan koesteren. In het zo ontstane klimaat gaat iedereen uit van het eigen individuele gelijk en erger nog probeert iedereen het eigen gelijk ook op te leggen aan de ander.
Men vindt elkaar niet meer, begrijpt elkaar niet meer, en wil dat ook eigenlijk niet meer.
We voeren een onvolwassen debat van doven, waarvan het uiterste gevolg een politieke moord is.
Een milieuterrorist vermoordde Fortuyn; een moslimfundamentalist vermoordde Van Gogh.

Is dit een somber beeld? Ja.

Maar er staat óók iets tegenover.
Want in de afgelopen weken is óók gebleken, hoe veerkráchtig en saamhórig Nederland kan zijn als het er écht op aan komt.

Denk aan de spontane, en massale uitingen van afkeur, over de laffe moord op Theo van Gogh.
De kabaaldemonstratie op de Dam.
Ouders, die hand in hand rond bedreigde islamitische scholen staan. De fietstocht van Marokkaanse jongeren tegen geweld. De protestmars van dúizenden mensen in Uden.
De buurtcomités die dóórgaan om mensen bij elkaar te brengen.

Het is goed dat er nu een uitgebreid debat wordt gevoerd over wát onze kernwaarden zijn, de grondbeginselen die ons binden.

Vrijheid. Gelijkheid. Verdraagzaamheid.

Nederland is kráchtig.
Mensen eisen een pósitieve toekomst op voor zichzelf, én voor elkaar. En ze verwachten, dat de politiek daadwerkelijk iets dóet aan waar het schurkt en schuurt in de Nederlandse samenleving.

Wat ik zeg gaat dan ook voorál over hóóp.
Een sociaal-liberaal verhaal, dat perspectief biedt.

De recente gebeurtenissen geven alle aanleiding tot reflectie. Het is goed om te beséffen, dat de problemen al éérder zijn ontstaan.

Want de versnippering en verharding van de Nederlandse samenleving werden al zichtbaar, toen de oude, maatschappelijke zuilen instortten.

Dáár ligt het begin van het probleem.
En daar ligt dus ook het begin van een antwoord. Een antwoord dat al veel te lang is uitgebleven.

Wie na deze woorden een zwaarwichtig pleidooi verwacht voor herstel van de oude normen en waarden komt bedrogen uit. Ik pleit niet voor herstel van de strak georganiseerde verbanden die het verzuilde en langs scherpe lijnen verdeelde, voorbije Nederland kenmerkten.
Wij willen geen terugkeer naar de jaren vijftig van de vorige eeuw.

Want een sociaal-liberaal antwoord dat past bij de maatschappij van nu, dat houdbaar is voor het Nederland van de 21e eeuw, begint niet bij de áfbraak van de individualisering, maar juist bij de voltóóiing ervan.
En bij het besef, dat bij persoonlijke vrijheid, ook persoonlijke verantwóórdelijkheid hoort.

Immigratie, maar vooral ook ontzuiling en individualisering, zijn belangrijke oorzaken van de huidige versnippering van de Nederlandse samenleving.
Het proces van ontzuiling is eigenlijk nog niet voltooid. Weliswaar zijn mensen vrijgemaakt, maar een nieuw bindmiddel, een nieuw verband dat de maatschappij tot een echte gemeenschap maakt, is nog niet voor handen.

Als in de voorbije weken één ding is gebleken, dan is het dit: Iedereen, íedereen wil het ánders, en béter in dit land.

Juist D66 heeft de plicht om een antwoord te formuleren. Want ontzuiling en individualisering stonden óók op de sociaal-liberale agenda, en zijn daarmee ook ónze overwinningen. Ze hebben geleid tot vrijheid. Mensen mogen nu hun eigen keuzes maken, hun eigen mening hebben.
Ze hebben geleid tot emancipatie, tot een verbod op discriminatie. Het kunnen inrichten van je eigen leven, zoals jou dat goeddunkt, zonder inmenging door wie dan ook, is een groot goed. Maar ontzuiling en individualisering hebben ook ongewenste neveneffecten gehad.

Het sociaal-liberalisme staat voor de taak om de gewonnen vrijheid te verdedigen, en tegelijkertijd een nieuwe samenlevingsvorm te vinden, waarin de vrijheid, van zoveel verschillende mensen met zoveel verschillende ideeën en opvattingen, kan gedijen.

De oplossing voor dit sociale vraagstuk waar Nederland voor staat, begint bij het individu.
Wij vinden dat het individu als uitgangspunt van beleid moet worden genomen.
De tijd dat we mensen in groepen konden indelen, is voorbij. De allochtoon bestaat niet. Net zo min als De grote stadsbewoner. Dit besef heeft gevolgen op allerlei terreinen.

Bijvoorbeeld als het gaat om de vrijheid van meningsuiting. Conflicten tussen zoveel verschillende opvattingen zijn onvermijdelijk in de samenleving van nu.
Mensen moeten leren met die verschillen om te gaan, en ze alleen met woorden te bestrijden.

CDA-Minister Donner van Justitie zocht een antwoord op de spanningen in de samenleving door het in onbruik geraakte artikel van godslastering aan te willen scherpen..
In de Kamer heeft Lousewies van der Laan aangegeven niet éénzijdig partij te willen kiezen, door mensen die gekwetst worden vanwege hun geloofsovertuiging, een uitzonderingspositie te bieden. Je mag ook geen mensen beledigen omdat ze vrouw zijn, homo of een donkere huidskleur hebben.
De wettelijke grenzen gelden namelijk voor iedereen gelijk.

Daarom wil D66 het artikel over godslastering niet afstoffen, maar afschaffen.

Natuurlijk vinden ook wij dat je niet alles hoeft te zeggen, wat je mag zeggen. Maar dat is de persoonlijke verantwoordelijkheid van mensen zélf. Het is een kwestie van fatsoen.
Het is aan de overheid om de grenzen van de grondrechten te bewaken. Want in de sociaal-liberale visie op de samenleving zijn de vrijheidsrechten geen obstakel, maar juist een absolute voorwaarde voor vreedzaam samenleven.

Het gaat erom samen van een versplinterde, naar een pluralistische samenleving te gaan.

Daarbij hoort een nieuw sociaal contract. Wat D66 betreft gaat dat sociaal contract over twee dingen:

Ten eerste: een beperkt aantal, maar wel heel duidelijke afspraken over wat we in de openbare ruimte en het maatschappelijke verkeer wél, en wat we niet van elkaar accepteren. waarden waarin iedereen gelooft, ongeacht afkomst, religie of wat dan ook: geen fysieke agressie. Geen discriminatie. Gelijke behandeling. De vrijheid je eigen keuzes te kunnen maken.

Ten tweede: een krachtige overheid die deze afspraken bewaakt. En: een overheid die wérkt, en op zijn minst levert wat mensen ervan verwachten, in plaats van dikke beleidsnotas en vage, verre toekomstvisioenen.

Want mensen wíllen helemaal geen afspraak met de toekomst. Mensen willen gewoon de afgesproken veiligheid. Een goede school om de hoek. Gezondheidszorg die bereikbaar en betaalbaar is. Een overheid die je steunt, in plaats van afstoot.

Het gaat dus om waarden die we allemaal al lang kennen. Om behoeftes die al lang bestaan, en waar D66 al lang voor strijdt.

Maar de overheid is vertrokken, zonder dat er nieuw gezag voor in de plaats is gekomen.
D66 wil dus een sterke overheid.

Daarom ben ik ook blij met de inzet van Thom de Graaf voor het Grote-steden beleid, en met zijn aanpak van de Andere Overheid.

Tegen diegenen die denken dat het D66 alleen gaat om een gekozen burgemeester of een ander kiesstelsel, zeg ik:
Laat je toch niets wijsmaken.
Onze agenda is veel breder dan dat.
We willen een overheid die luistert, modern is georganiseerd, naast de mensen staat en als serviceverlener werkt, en niet als bureaucratische tegenstander.

Vraag het aan de ouders die problemen met hun kind hebben, die van het kastje naar de muur worden gestuurd als ze hulp willen. Vraag het aan de ondernemer die een vergunning nodig heeft en van loket naar loket wordt verwezen.
Mensen willen een sterke, ánders werkende overheid.

Congres,

D66 stapte in dit kabinet, omdat we een kans zagen om een aantal lang gekoesterde idealen te realiseren.
Een anders werkende overheid, meer ruimte voor het onderwijs; een beter zorgstelsel; een slimme economische hervorming, een milieubewust en Europees gericht beleid en democratische vernieuwing.

Eén ding over de gekozen burgemeester.
Het sociaal-liberale gedachtegoed leeft niet alleen binnen D66. Ook in andere politieke partijen en daarbuiten zijn mensen actief, die staan voor individuele vrijheid en sociale rechtvaardigheid.

Laat D66-ers in het hele land in de aanloop naar de burgemeestersverkiezingen contact zoeken met andere sociaal-liberalen om bij de verkiezingen van 2006 gezamenlijk een kandidaat-burgemeester van sociaal-liberale kleur te presenteren.

De D66-fractie zal die samenwerking van harte steunen.

Democraten,
Dit congres staat in het teken van de vraag : Wat doet D66 in het kabinet?

Ik ga in op een aantal onderwerpen, die te maken hebben met het kabinetsbeleid, en met de positie van de D66-fractie als controleur van het regeringsbeleid. En als waakhond van de afspraak die we met zijn allen in mei 2003 op ons congres in Rotterdam gemaakt hebben.

De Nederlandse economie staat onder druk van de vergrijzing. Over zon 15 jaar zijn er bijna 4 miljoen mensen ouder dan 65 jaar. Zij hebben recht op een goede oudedagsvoorziening en op betaalbare gezondheidszorg. Maar als we ook de jongeren van nu perspectief willen blijven bieden, dan zullen we de bakens echt moeten verzetten. Anders zijn voor de jongeren van nu de lasten later niet op te brengen en stort het stelsel dat we in Nederland hebben opgebouwd, in elkaar.

Het gaat ons dus om de solidariteit tussen de generaties. Die solidariteit moet wel van twee kanten komen.

Hoe doe je dat? Door vergroting van de arbeidsparticipatie. Er moeten méér mensen aan het werk om de collectieve lasten te kunnen blijven dragen. En inderdaad : geen belastinggeld meer betalen aan oudere mensen die vervroegd met werken op willen houden. Dat belastinggeld steken we liever in een kwaliteitsverbetering van het onderwijs.

Het sociaal-economisch beleid moet worden gericht op het activeren van mensen die nu nog, geheel of ten dele, buiten het arbeidsproces staan.

Daarom willen we een betere WAO. En natuurlijk een betere kinderopvang om vrouwen in de gelegenheid te stellen om, als ze dat willen, te gaan werken.
D66 heeft altijd gezegd dat ménsen kánsen moeten worden geboden, ook op werk.
En dat de sociale zekerheid er alleen moet zijn voor hen die écht niet zonder steun kunnen.
Dit kabinet werkt in onze lijn. Daarom steunen we het. Goed dat er een sociaal akkoord gekomen is, dat de hoofdpunten van ons beleid overeind houdt.

Tegen iedereen die dat beleid rechts noemt en die vindt, dat D66 daaraan part noch deel zou moeten hebben, zeg ik twee dingen:

kijk ook eens naar Duitsland dat kampt met dezelfde problemen en waar de linkse, rood-groene, coalitie veel verdergaande maatregelen neemt.

Bedenk ook eens dat D66 niet staat voor behoudzucht, maar voor houdbare innovatie. Wij zijn hier in de politiek op aarde om Nederland toekomstbestendig te maken. Daarom durven we ook knopen door te hakken. En blijven we niet aan de zijlijn staan om te roepen dat het allemaal zo snel gaat en zo veel tegelijk.

D66 lift niet mee op het economisch beleid van CDA en VVD. D66 is niet aan het verrechtsen. Wij staan zelfbewust in deze coalitie en volgen onze eigen koers.

Want D66 houdt niet van besluiten die per se links, of per se rechts zijn. Wij nemen besluiten met kwaliteit. Op basis van een heldere analyse.

D66 is een vrijzinnige, sociaal-liberale partij. We zijn kritisch als dat terecht is. Dat mag u en mogen onze kiezers ook van ons verlangen.

Wat kan dit kabinet beter doen?
Ik noem slechts een paar onderwerpen.

De maatregelen voor duurzame ontwikkeling schieten tekort. Zo vinden we dat de Europese afspraken over het milieu moeten worden aangescherpt.

Eén van de grootste uitdagingen, zowel economisch als ecologisch, is de ontwikkeling van nieuwe schone brandstoffen. Europa zou de eerste volledig geïntegreerde waterstof-economie moeten worden, maar van dat plan hebben we weinig meer gehoord. Deze nieuwe technologieën zijn geen vorm van hobbyisme. Ze leveren banen, een schoner milieu en economische groei op. Als we andere grootmachten economisch willen inhalen, dan zal Europa haar ambities naar boven moeten bijstellen.
We moeten veel ambitieuzer inzetten op duurzaamheid als bron van economische groei.
Balkenende II moet in Europa een voortrekkersrol gaan vervullen.

We pakken als fractie ook de handschoen op om de middeninkomens te ondersteunen. De samenleving wordt door hen gestut. De politieman, de verpleger, de ICT-manager. Mensen met een gewone baan, die hard werken en vaak de dupe worden van politieke lafheid. In de politiek is namelijk veel aandacht voor de minima, en de hogere inkomens. Maar het zijn de hardwerkende middengroepen die de sociale voorzieningen aankleden, en de politiek kleedt hen vervolgens vaak weer uit. Dat gaan wij veranderen de komende jaren.

Meer ruimte voor goed onderwijs met goed opgeleide en goed toegeruste leraren.
Weg van de Haagse regelzucht. Meer eigen verantwoordelijkheid voor scholen zelf, met nauwe betrokkenheid van ouders. We willen méér daadkracht van Minister Van der Hoeven.

We willen een betere jeugdzorg.
Veel ouders zijn prima in staat hun kind goed en zonder geweld op te voeden. Maar sommigen lukt dat niet.
Hier heeft de overheid een verantwoordelijkheid bij het ondersteunen van ouders die het moeilijk hebben met hun opvoedingsplicht, en van kinderen die buiten de boot dreigen te vallen. Soms moet de privacy van het gezin wijken voor het belang van het kind. Met professor van Dantzig die het congres vanmorgen toesprak zeg ik : de jeugdzorg schiet tekort.

Het gaat erom ouders en kinderen centraal te stellen in de aanpak. En de jeugdzorg daar zó omheen te organiseren, dat het doel wordt bereikt: een goede opvoeding, die van kinderen vrije en verantwoordelijke volwassenen maakt.
Kabinet, doe daar wat aan en kom met oplossingen die zichtbare verbetering brengen!

D66 zal het debat met de regering niet schuwen als het gaat om deze onderwerpen. En over nog veel meer.
Want toekomstgerichtheid en sociale rechtvaardigheid vereisen méér dan beperken en bezuinigen.

Het gaat voor D66 om radicale hervorming.
Om de keuzevrijheid van mensen.
Om een politiek en een overheid die verantwoordelijkheid nemen, resultaten behalen en verantwoording afleggen.
Zó gaan we naar een maatschappij die mensen vrijlaat, maar een sociaal vangnet biedt voor hen die dat nodig hebben.

Congres, blijf ons kritisch volgen! Daar worden we sterker van.

20-11-2004 17:24