Time : 4:08:30 PM
Date : Tuesday, November 23, 2004
Sender Name: Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen

Twijfel over noodzaak herziening afkoppelingsbeleid

Milieu en rechtszekerheid mogen niet in gedrang komen

Momenteel bereidt Vlaams minister Kris Peeters een herziening voor van de omzendbrief over het lozen van bedrijfsafvalwater in de collectieve waterzuiveringsinstallaties. De MiNa-Raad ziet echter niet onmiddellijk inhoudelijke redenen om de omzendbrief van 2001 te herzien. Maar de Raad verzet zich niet tegen het initiatief indien mocht blijken dat het de toepassing van het beleid bevordert en geen nieuwe problemen creëert. Voor de MiNa-Raad blijven de gelijkwaardige bescherming van het milieu en het behoud van de rechtszekerheid primordiaal.

Basisprincipes

De nieuwe omzendbrief mag niet raken aan de basisprincipes die de MiNa-Raad in eerdere adviezen onderschreef. Heel belangrijk is het principe van de bronbenadering. Vervuilende bedrijven moeten in principe zelf instaan voor de zuivering van hun afvalwater omwille van de moeilijke voorspelbaarheid van de evoluties die bedrijven doormaken, specifieke kenmerken van bedrijfsafvalwater en omwille van de meest correcte toepassing van het principe 'de vervuiler betaalt'.

De Raad pleit daarbij voor de correcte afbakening van de groep van bedrijven die in aanmerking komen voor zelfzuivering. Maar de bronbenadering is geen doel op zich. In sommige omstandigheden kunnen bedrijven die onder de categorie 'zelfzuiverend' vallen, toch opgenomen worden in het zuiveringspakket van de rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's). Daartoe bestaan zuiveringstechnische, natuurtechnische, economische en planologische motieven. Uiteraard moet de collectieve infrastructuur over de technische mogelijkheden beschikken en mag het bedrijfsafvalwater noch te verdund zijn, noch gevaarlijke stoffen bevatten. Bedrijven die van deze gunst genieten moeten bovendien inspanningen leveren om de principes van integraal waterbeleid na te leven: minder water vervuilen, hergebruik, scheiding van regen- en afvalwater, ... De Raad pleit dan wel voor een uniforme behandeling. Vergelijkbare bedrijven moeten op een vergelijkbare manier behandeld worden. Naleven nieuwe Europese regelgeving

De Europese Kaderrichtlijn Water voorziet de kostenterugwinning voor waterdiensten. De watergebruiksectoren moeten een redelijke bijdrage leveren. Daarom vraagt de MiNa-Raad om de herziening te toetsen aan de Kaderrichtlijn.

Betrekken meerdere actoren

De hele problematiek van de optimalisatie van het gebruik van de collectieve infrastructuur is niet enkel de zaak van bedrijven, VMM en Aquafin. Tal van andere actoren zoals beheerders van afvoerleidingen en beheerders van waterlopen zijn soms betrokken partij. Om te vermijden dat problemen eindeloos doorgeschoven worden, vraagt de MiNa-Raad meer overleg tussen alle betrokkenen.

Bezorgdheden

De herziening mag evenmin ten koste gaan van de bescherming van het leefmilieu. Dit blijft de absolute prioriteit.
De herziening mag evenmin leiden tot rechtsonzekerheid. Bedrijven die (nog) geen inspanningen leverden, mogen daarvoor niet beloond worden.

Het beleid moet voorspelbaar zijn en uniformiteit in ruimte maar ook in tijd nastreven.

________________________________________

Meer info:
Dirk Uyttendaele - tel. 02/558.01.37 - dirk.uyttendaele@minaraad.be Ignace Decancq - tel. 02/558.01.32 - ignace.decancq@minaraad.be

Bijlage: het integrale advies (zie www.pressreleases.be)

URL: http://www.minaraad.be
Picture: (None)
Attachments: ignace_20041123_161043_60_Att_1.doc