Rabobank Nederland

MKB-bouwbedrijven moeten op zoek naar onderscheidend vermogen

Gemeenschappelijke marktstudie Rabobank en BouwNed

29 november 2004

Na een periode van stagnatie en krimp zal de omzet in de burgerlijke en utiliteitsbouw in 2005 naar verwachting weer licht groeien. Door overcapaciteit is er in dit marktsegment, waar vooral middelgrote en kleine bedrijven actief zijn, sprake van een scherpe prijsconcurrentie. Bedrijven die niet alleen op prijs willen concurreren, zullen duidelijke strategische keuzes moeten maken en op zoek moeten gaan naar hun onderscheidend vermogen. Dit blijkt uit een vanmiddag in het Rabobank Auditorium gepresenteerde gezamenlijke marktstudie door Rabobank en RRBouw, de onderzoeksstichting van BouwNed. De groei in de burgerlijke en utiliteitsbouw komt hoofdzakelijk voor rekening van onderhoud van de bestaande woningvoorraad en kantoorpanden. Hoewel de economie zich voorzichtig lijkt te herstellen, zijn bedrijven terughoudend met investeringen in huisvesting. Bouwbedrijven hebben bovendien te maken met toegenomen concurrentie, nieuwe schaarste aan vakmensen, en verschuivingen in het krachtenveld van leveranciers en complementaire bedrijven. Door overcapaciteit is de concurrentie scherp. MKB-bouwbedrijven die niet enkel op prijs willen concurreren, zullen op zoek moeten gaan naar hun onderscheidend vermogen. Dit vraagt niet alleen om een strategische heroriëntatie, maar ook om een beter begrip van de vraag vanuit de markt.

Twee opties denkbaar
Voor een bouwonderneming zijn er volgens de samenstellers van de studie grofweg twee strategische opties denkbaar: die van conceptaanbieder voor bepaalde markten, of als capaciteitsaanbieder. Een conceptaanbieder legt zich toe op activiteiten in eerdere fasen van het bouwproces, zoals ontwikkeling en ontwerp. Daarbij richt het bedrijf zich vooral op de eindgebruiker. Het onderscheidend vermogen zit vooral in de toegevoegde waarde in het uiteindelijke product. De Rabobank en RRBouw zien voor de meeste MKB-bouwbedrijven een rol weggelegd als capaciteitsaanbieder. Een capaciteitsaanbieder specialiseert zich in lastig te kopiëren vaardigheden en activiteiten. Deze bedrijven richten zich op zowel concept-aanbieder als eindgebruiker. Een capaciteitsaanbieder kan zich onderscheiden op het vlak van efficiency, bijvoorbeeld door een strakke planning.

Succesfactoren
Factoren die bepalend zijn voor het succes zijn: ondernemerschap, flexibiliteit, bekendheid met de lokale markt, vakbekwaamheid en voldoende tijd nemen om visie te ontwikkelen. Daarnaast zijn er ook nog succesfactoren die samenhangen met de rol van conceptaanbieder of capaciteitsaanbieder afzonderlijk.

Andersoortig personeel
De succesfactoren voor de conceptaanbieder zijn: persoonlijk contact met de eindklant, het betrokken zijn bij de totale realisatie, de trots die dat met zich meebrengt en de mogelijkheid om kleine series te bouwen, een brede bedrijfskundige kennis en goed opgeleid personeel. Dit betekent dat veel MKB-bedrijven andersoortig personeel moeten aantrekken. Voor het goed vervullen van de rol van conceptaanbieder zijn vaak dure competenties nodig en moet er geïnvesteerd worden in product- en technologieontwikkeling en projectontwikkeling. Dat laatste vraagt om voldoende financiële slagkracht.

Faalkosten aanpakken
Voor de capaciteitsaanbieder komt het vooral aan op flexibiliteit in operationele zin, vakkundig personeel en kosteneffectiviteit in het uitvoeringsproces. Faalkosten zijn in de bouw nog een veelvoorkomend probleem. Voor de capaciteitsaanbieder ligt hier een uitdaging. Als laatste succesfactor noemen de samenstellers de aansturing van de onderaannemers. Dit vormt voor met name kleinere MKB aannemers een probleem, zeker wanneer de eigen organisatiegraad laag is. Hierdoor treedt er inefficiëncy op in het uitvoeringsproces.

Kerngegevens
De hele sector bouw bestaat uit ongeveer 69.100 MKB-bouwbedrijven, verdeeld over diverse branches. De bouw is daarmee goed voor 12 % van alle MKB-bedrijven. Procentueel is de bouw de sterkst groeiende sector. Met een groei van 14% in 2001 tot 2003, laat de bouw zelfs de zakelijke dienstverlening, met een groei van 7%, achter zich. Voor de Rabobank is de bouw een belangrijke sector waarin zij 51% marktaandeel heeft.