Rijksuniversiteit Groningen

127 - Betere afstemming nodig bij vergunningen

Datum: 7 december 2004

Wie meerdere vergunningen nodig heeft voor een project, raakt al snel verdwaald in een woud van bestuursorganen, procedures en beslistermijnen. Het komt zelfs voor dat alle reeds toegekende vergunningen opeens waardeloos zijn en het hele project niet doorgaat, omdat één vergunning wordt geweigerd. Volgens juriste Maike Beerten zou meer onderlinge afstemming en synchronisatie van procedures moeten leiden tot een transparantere en efficiëntere afstemmingsregeling. Beerten promoveert op 16 december aan de Rijksuniversiteit Groningen.

De wet schrijft voor welke bevoegdheden verschillende bestuursorganen hebben. Het ene orgaan mag milieuvergunningen verlenen, het andere bouwvergunningen. Bestuursorganen voeren hun bevoegdheden binnen strakke, wettelijke kaders uit. Op deze manier voorkomt de overheid dat er teveel macht komt te liggen bij één bestuursorgaan.

Tijdrovend en frustrerend

Doordat vergunningen echter moeten worden aangevraagd bij verschillende bestuursorganen, is het vaak onduidelijk welke vergunningen nodig zijn en hoe lang het duurt. Na het aanvragen van een serie vergunningen kan men opeens te horen krijgen dat er nog één nodig is. Dat kost dan weer extra tijd. Het komt ook voor dat één vergunning wordt afgewezen, waardoor het hele project niet doorgaat. Burgers begrijpen niet waarom de overheid niet in een eerder stadium laat weten dat de hele zaak niet kan doorgaan wegens één aspect. Een project uitvoeren waarvoor vergunningen nodig zijn van verschillende instanties is dus een tijdrovende en soms frustrerende bezigheid.

Afstemmingsregeling

Dat moet eenvoudiger kunnen, redeneert Beerten. Zij stelt een afstemmingsregeling voor om de procedures efficiënter te laten verlopen en inhoudelijke tegenstrijdigheden zoveel mogelijk uit te bannen. Beerten: "Het begint allemaal met duidelijke informatie. Ik heb voorgesteld dat het eerste bestuursorgaan waar iemand aanklopt voor een vergunning verplicht is om de burger zo volledig mogelijk in te lichten. Dat orgaan moet dus duidelijk maken welke vergunningen nog meer nodig zijn en hoe en waar deze kunnen worden aangevraagd. Ik vind dat je mag verwachten van bestuursorganen dat ze de capaciteit en het inzicht hebben om burgers zo volledig mogelijk voor te lichten."

Synchronisatie

Ook stelt Beerten voor de besluitvormingsprocedures te synchroniseren. "Als burgers weten welke vergunningen ze nodig hebben, is het belangrijk dat ze deze allemaal tegelijkertijd of in ieder geval binnen zes weken aanvragen. De besluitvorming bij alle betrokken organen kan dan tegelijk beginnen, zodra de laatste vergunningsaanvraag is ingediend. Als alle procedures tegelijk lopen, is er namelijk tijd voor inhoudelijk overleg. Organen kunnen dan onderling informatie uitwisselen over aanvragen en alle belanghebbenden gezamenlijk `horen'. Je voorkomt zo dat er tegenstrijdige beslissingen worden genomen."

Cultuuromslag bij ambtenaren

Deze manier van afstemmen vraagt een behoorlijke cultuuromslag van ambtenaren. Beerten: "Ze kunnen zich niet meer beperken tot hun eigen deel, maar zullen over schotjes moeten kijken naar wat anderen doen. Wat je bijvoorbeeld wilt voorkomen is dat een horecaondernemer dubbel glas nodig heeft om een milieuvergunning te krijgen en enkel glas vanwege de veiligheid." Afstemming is overigens niet altijd mogelijk. "Organen hebben natuurlijk te maken met wettelijke voorschriften waarvan ze niet mogen afwijken. De burger kan dan bezwaar aantekenen en de zaak voor de rechter laten komen. Ik vind dat organen in ieder geval verplicht zouden moeten zijn om uit te leggen waarom ze niet in staat zijn om onderling tot een goede afstemming te komen."

Gelijke termijnen

Om synchronisatie van de procedures te vergemakkelijken zouden alle beslistermijnen even lang moeten zijn. Beerten: "De totale termijn gaat dan in zodra de laatste aanvraag is ingediend. Op dit moment variëren termijnen van zes tot soms zelfs dertien weken. Ik heb voorgesteld om de langste termijn als uitgangspunt te nemen. Dan duurt het voor sommige vergunningen langer, maar alles bij elkaar zou het efficiënter moeten worden. Zeker als burgers zelf actief meewerken door alle vergunningen in één keer aan te vragen." Dit is ook voor omwonenden een goede zaak, vindt ze. "Als alle vergunningen tegelijk bekend worden gemaakt, is het voor de buren veel duidelijker wat ze kunnen verwachten. En op grond van de afstemmingsregeling is het voor hen gemakkelijker om in één keer, bij één bestuursorgaan bezwaar aan te tekenen of bij één rechter beroep in te dienen."

Tweede Kamer

Beerten zou graag zien dat overheidsorganen haar afstemmingsvoorstel gaan gebruiken. Op dit moment ligt er een voorontwerp in die richting bij de Tweede Kamer, maar dat gaat volgens haar niet ver genoeg. "De burger kan in dit voorstel alleen zelf om afstemming verzoeken als de vergunningen afkomstig zijn van hetzélfde bestuursorgaan. Juist als de vergunningen afkomstig zijn van verschillende bestuursorganen heeft de burger behoefte aan afstemming. Mijn voorstel komt aan die behoefte tegemoet door ook voor die situatie de burger de mogelijkheid te geven om afstemming van vergunningen te verzoeken."

Curriculum Vitae

Maike Beerten (Lichtenvoorde, oktober 1969) studeerde Nederlands Recht en Juridische Bestuurswetenschappen aan de RUG. Zij voerde haar promotieonderzoek uit bij de vakgroep Bestuursrecht en Bestuurskunde van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Zij is inmiddels werkzaam als advocaat bij Sluyter Advocaten te Assen. Beerten promoveert op 16 december 2004 tot doctor in de Rechtgeleerdheid. Promotores zijn professor dr. J. de Ridder en professor dr. L.J.A. Damen. De titel van haar proefschrift luidt: Afstemming van besluiten, een onderzoek naar een algemene afstemmingsregeling voor samenhangende besluiten. Handelsuitgave: Boom Juridische Uitgevers, ISBN 90-5454-492-9, prijs 49,00 euro.