Ministerie van Buitenlandse Zaken

http://www.minbuza.nl/20041220-170908-A

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Juridische Zaken

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 20 december 2004

Behandeld


- mr E.E. Gillissen


Kenmerk


- DJZ/BR 1106/2004

Telefoon


- +31 (0)70 3484185


Blad


- 1/4

Fax


- +31 (0)70 3484398


Bijlage(n)


- - edo.gillissen@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen vanhet lidKoenders over het zeegrensgeschil tussen Guyana en Suriname

Graag - bied iku hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - het lid- Koendersover - het zeegrensgeschil tussen Guyana en Suriname. Deze vragen werden ingezonden op - 18 november 2004met kenmerk - 2040503470.


- De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister vanBuitenlandse Zaken, op vragen van het lid Koenders over het zeegrensgeschil tussen Guyana en Suriname.

Vraag 1
Bent u ervan op de hoogte dat het zeegrensgeschil inzake de afbakening van het continentaal plat tussen Guyana en Suriname, dat teruggaat tot de periode vóór de onafhankelijkheid van Suriname, is voorgelegd aan een ad hoc internationaal arbitrage-tribunaal in het kader van het VN-Verdrag inzake het Recht van de Zee? 1)


1) Zie o.a. Dagblad Suriname van 23 april jl. en Financieel Dagblad van 26 april jl.

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Hebt u kennisgenomen van het schriftelijk antwoord van de Britse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, Bill Rammell, van 20 oktober 2004 jl., waaruit blijkt dat de Britse regering zich in dit geschil neutraal opstelt en zowel Guyana als Suriname gelijke toegang tot relevante archieven verleent? 2)


2) Zie: House of Commons, Written answer to questions, 20 oktober 2004.

Antwoord
Ja.

Vraag 3
Bent u eveneens bereid om beide partijen gelijk te behandelen en hen gelijke toegang tot de archieven te verschaffen? Welke competenties hebben de Surinaamse respectievelijk de Nederlandse regering inzake toegang tot archiefstukken die dateren van vóór de onafhankelijkheid van Suriname?

Antwoord
De Nederlandse archieven die betrekking hebben op het zeegrensgeschil zijn van belang voor de bij de in vraag 1 bedoelde arbitragezaak betrokken staten, te weten Suriname en Guyana. Vanwege het feit dat Suriname tot zijn onafhankelijkheid in 1975 deel uitmaakte van het Koninkrijk der Nederlanden, bevatten de archieven in Nederland Koninkrijksstandpunten die zien op de begrenzing van Suriname. Tegen deze achtergrond en gezien het feit dat Suriname is betrokken bij genoemd grensgeschil heeft Nederland niet gewild zonder consultatie van Suriname te beslissen over de toegang tot de archiefstukken, ook al ligt de beslissing omtrent het ter beschikking stellen van Nederlandse archieven van voor de onafhankelijkheid uiteindelijk bij Nederland.

Op 7 december 2004 heeft Suriname verzocht Guyana geen toegang te verlenen tot de relevante Nederlandse archieven. Hierbij is gerefereerd aan zowel het hoger genoemde zeegrensgeschil, alsook aan het bestaande landgrensgeschil met Guyana. Gezien het verzoek van de Surinaamse regering van 7 december jongstleden, alsmede de bijzondere bilaterale relatie tussen Nederland en Suriname, heb ik besloten Guyana geen toegang tot de betreffende archieven te verlenen.