Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken
en WerkgelegenheidDirectie
Communicatie

23 december 2004

Nr. 04/275

Grote bedrijven actief met arbeidsomstandigheden

Ondernemingen met meer dan 200 werknemers zijn over het algemeen vrij actief op het gebied van arbeidsomstandigheden. Een aanzienlijk deel van deze bedrijven lijkt meer aan arbobeleid te doen dan wettelijk wordt voorgeschreven.

Dit blijkt uit het rapport Arbobeleid of preventiecultuur? van Research voor Beleid dat staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft aangeboden aan de Tweede Kamer. Het rapport geeft inzicht in de manier waarop grote ondernemingen omgaan met arbeidsomstandigheden. Voor het rapport zijn 150 grote bedrijven geënquêteerd.

Vrijwel alle ondervraagden (92 procent) noemen de gezondheid en het behoud van hun werknemers de belangrijkste redenen voor het voeren van arbobeleid. Verder spelen verplichtingen op grond van wetgeving of CAO (36 procent) en economische motieven (23 procent) een belangrijke rol. In 85 procent van de grote ondernemingen is een arbocoördinator of een afdeling personeelszaken betrokken bij het arbobeleid. Verder houdt bij ongeveer de helft van de bedrijven de ondernemingsraad, een speciale arbocommissie of in iets mindere mate de directie zich bezig met arbeidsomstandigheden.

Een grote meerderheid van de ondervraagden (83 procent) heeft beleid ontwikkeld om problemen door werkhouding, repeterende bewegingen en beeldschermgebruik te voorkomen. Ruim driekwart heeft maatregelen genomen om ongewenste omgangsvormen tegen te gaan. Verder bestrijdt ruim de helft van de bedrijven zwaar en gevaarlijk werk, lawaai, gevaarlijke stoffen en werkdruk. Vrijwel alle ondervraagde bedrijven geven voorlichting over arbeidsomstandigheden aan nieuwe medewerkers. Bijna alle werkgevers registreren bedrijfsongevallen en ongeveer driekwart houdt ook de bijna-ongevallen bij. Deze informatie wordt vaak gebruikt bij maatregelen om nieuwe risico s tegen te gaan.

Meer dan driekwart van de ondervraagde bedrijven heeft maatregelen genomen om een gezonde leefwijze van werknemers te bevorderen. Zo worden onder meer cursussen gegeven om mensen te laten stoppen met roken of een gezonde werkhouding aan te leren. Ook lichaamsbeweging en de deelname aan sport worden gestimuleerd.

Staatssecretaris Van Hoof concludeert dat uit het onderzoek een beeld naar voren komt van bedrijven die over het algemeen het interne arbobeleid actief ter hand nemen en daar ook een goed toegeruste interne organisatie voor hebben. Zoals aangegeven in de onlangs aan de Sociaal-Economische Raad voorgelegde adviesaanvraag voor een nieuwe Arbowet, vindt Van Hoof dat de overheid zich terughoudender moet opstellen tegenover deze bedrijven. Leidraad moet volgens de staatssecretaris zijn dat stevig wordt geïnspecteerd bij hoge risico s en bij bedrijven waar weinig wordt gedaan aan naleving van de regels, terwijl beperkt wordt gecontroleerd waar sprake is van lage risico s.