Partij van de Arbeid


Den Haag, 9 maart 2005


PvdA, VVD en D66 halen discriminatie uit de wet voor homostellen


Ook homostellen moeten voortaan de kans krijgen om kinderen vanuit het buitenland te adopteren. De Kamer heeft al eerder aangegeven een einde te willen maken aan discriminatie van homostellen in de wet. De motie van der Laan c.s., die dit bepleitte werd door minister Donner tot op heden niet uitgevoerd. Om dit toch mogelijk te maken gaat de Partij van de Arbeid, samen met de fracties van de VVD en D66, een initiatiefwetsvoorstel indienen.


Op dit moment komen homostellen niet in aanmerking voor adoptie uit het buitenland. Dit komt door een bepaling in de wet waarin expliciet staat dat adoptiefouders echtgenoten zijn van verschillend geslacht. Nebahat Albayrak (PvdA), Ruud Luchtenveld (VVD) en Lousewies van der Laan (D66), de indieners van het wetsvoorstel, zijn van mening dat een dergelijke achterstelling niet gewenst is. Voor adoptie binnen Nederland bestaat die discriminerende regel nu al niet meer. Door de wet te wijzigen krijgen homostellen de erkenning dat ook zij als ouders in staat zijn om buitenlandse kinderen op te voeden. Bovendien is de wetswijziging nodig om de positie van de kinderen die opgroeien bij paren van gelijk geslacht te verbeteren.


In de motie O.P.G.Vos c.s. is in 2000 voorgesteld de erfrechtelijke positie van kinderen uit het huwelijk van een lesbisch stel gelijk te stellen met de positie van kinderen uit een heterohuwelijk. Dit voorstel is nog niet in de wet verwerkt. De initiatiefnemers willen dat de tweede (niet-biologische) moeder van een lesbisch het kind kan erkennen. Minister Donner houdt vast aan het argument dat de biologisch en de juridische werkelijkheid samen moet vallen. Mannen kunnen immers wel een kind erkennen, vrouwen kunnen dat niet in een dergelijke situatie.


Voorts willen de indieners in het wetsvoorstel de maximumleeftijd om te kunnen adopteren verhogen of loslaten. Het verhogen of loslaten van de leeftijd hoeft niet per se te leiden tot een sterke toename van het aantal aspirant adoptiefouders dat tegen de 50 loopt. Dit wijzen de cijfers in Finland en Engeland uit. Het schept wel de mogelijkheid voor paren waarvan de leeftijd van 42 (van de oudste) al is bereikt om alsnog een kind te adopteren als mocht blijken dat het ouderpaar geschikt is. De minister lijkt geen rekening te houden met de positie van jonge werkende vrouwen die er bewust voor kiezen om op latere leeftijd kinderen te nemen.