Amsterdammers willen af van benoemde burgemeester
24 maart 2005 - O+S
De gekozen burgemeester komt er voorlopig niet. Als het aan de
Amsterdammers ligt zouden zij wel meer zelf willen bepalen wie in 2006
de leiding heeft over het bestuur van hun stad, hetzij indirect (36%)
door de burgemeester door de gemeenteraad te laten kiezen, hetzij
direct (38%) in een rechtstreekse verkiezing. Slechts 24% wil alles
bij het oude laten en houdt vast aan de benoemde burgemeester, 3%
heeft geen mening. Dat blijkt uit een onderzoek van O+S in opdracht
van AT5, voorafgaand aan het debat in de Eerste Kamer.
In vergelijking met eerder onderzoek is de steun voor een rechtstreeks
gekozen burgemeester aanzienlijk gedaald: in 2003 had deze variant met
59% nog een ruime meerderheid.
In de discussie over burgemeestersverkiezingen duiken voor Amsterdam
drie namen steeds op: de huidige burgemeester Job Cohen (PvdA) en de
voormalige wethouders Rob Oudkerk (PvdA) en Frank de Grave (VVD). Van
de drie is Cohen veruit het populairst: hij zou zeker mogen rekenen op
de stem van 41% van de Amsterdammers. Voor Oudkerk (7%) en De Grave
(5%) liggen die percentages aanmerkelijk lager. Opmerkelijk is verder
dat het aantal mensen dat zegt zeker niet op Oudkerk te zullen stemmen
(50%) groter is dan bij de anderen (Cohen 9%, De Grave 39%). Andere
kandidaten zien Amsterdammers niet: desgevraagd noemt 19% een andere
kandidaat. Aboutaleb en Van Poelgeest worden enkele keren genoemd.
Henk Bakker senior, die officieel heeft laten weten ook kandidaat te
zijn, heeft nagenoeg geen steun: niemand in de steekproef zegt zeker
wel op hem te stemmen, 2,5% zegt waarschijnlijk wel; 78% zeker niet.
Amsterdammers huiverig voor rechtstreekse verkiezing burgemeester
Overigens is in de opvatting van Amsterdammers meer terughoudendheid
over de gekozen burgemeester waar te nemen. Nog steeds wil een zeer
grote meerderheid af van de benoemde burgemeester, maar tegelijkertijd
wordt het aandeel dat rechtstreekse verkiezing als de meest wenselijke
variant ziet kleiner. Begin 2003 bleek 17% voorstander te zijn van een
benoemde burgemeester, 24% was toen voorstander van een door de
gemeenteraad gekozen burgemeester en 59% wilde toen de burgemeester
rechtstreeks kiezen.
Mogelijk zijn onder invloed van de discussie in politiek Den Haag en
de aandacht die het onderwerp daardoor heeft gekregen de meningen
veranderd. Ook kunnen de gebeurtenissen rond de moord op Van Gogh tot
meer terughoudendheid hebben geleid: onzekerheid is in die opvatting
aanleiding (al te grote) risico's die haast per definitie met
verandering gepaard gaan uit te sluiten.
In ieder geval speelt de vrees dat bij rechtstreekse verkiezingen
uiterlijkheden en presentatie zwaarder tellen dan inhoudelijke
bekwaamheid een rol: 51% van de Amsterdammers deelt die vrees van de
tegenstanders van een rechtstreeks gekozen burgemeester; 34% is
daarvoor niet bang. Terughoudendheid is er ook op het punt van de
bevoegdheden: alleen voorstanders van een rechtstreeks gekozen
burgemeester wensen in meerderheid tegelijkertijd meer zeggenschap
over de politie; de rest wenst in meerderheid de bevoegdhedenverdeling
onveranderd te laten, ook als de gemeenteraad de burgemeester zou
kiezen.
Stadsdelen geen thema
In de enquête is naar aanleiding van de recent weer opgelaaide
discussie over het functioneren van stadsdelen ook gevraagd naar de
tevredenheid van Amsterdammers over hun stadsdeel. Dan blijkt dat iets
meer dan de helft van de bewoners (heel) tevreden is (54%); 22% is
(heel) ontevreden. Geplaatst voor de keuze de stadsdelen af te
schaffen of te handhaven, kiest 58% voor handhaven; 38% ziet de
stadsdelen liefst verdwijnen, de rest heeft geen uitgesproken mening.
De discussie over de schaal van de stadsdelen lijkt niet erg te spelen
bij Amsterdammers: 53% wil de schaal niet veranderen, 27% heeft geen
mening. De bewoners lijken ook tevreden over de omvang van hun
stadsdeel: bewoners van Amsterdam-Noord, Oud Zuid, Centrum en
Zuidoost, ieder met zo'n 80.000 inwoners, opteren maar zelden voor
kleinere stadsdelen: 7%. Omgekeerd willen de bewoners van de kleinere
stadsdelen ook zelden een groter stadsdeel: 11%.
Periodieke peiling: winst voor linkse oppositie
Als er nu verkiezingen voor de gemeenteraad zouden worden gehouden,
zouden de linkse oppositiepartijen GroenLinks en SP stemmen winnen.
Het CDA raakt twee zetels kwijt en de PvdA een zetel. De VVD lijkt
zich te herstellen van de invloed van de Groep Wilders en blijft in
zeteltal gelijk. Met uitzondering van Amsterdam Anders/De Groenen
lijken de zetels van alle kleine fracties in de raad bedreigd.
Peiling verkiezingen Gemeenteraad (GR), maart 2005
Peiling maart (21 Kb)
Referendum Europese grondwet
Verreweg de meeste Amsterdammers weten dat er in juni een referendum
plaatsvindt over de Europese grondwet: 86% is hiervan op de hoogte.
Tegelijkertijd blijkt dat de meeste kiezers (60%) nog niet weten of
zij voor of tegen de grondwet zullen stemmen. Bij degenen die al wel
een standpunt hebben zijn meer voor- dan tegenstanders van de
grondwet: 26% tegen 16%. Nadere analyse leert dat in alle partijen,
los van het partijstandpunt, het aandeel voor- en tegenstanders
ongeveer even groot is. Kiezers volgen dus niet automatisch het
standpunt van de partij van hun voorkeur, maar vatten het onderwerp op
als 'vrije kwestie'. Dat betekent dat alle partijen in de campagne
serieus aan de slag moeten om hun electoraat te overtuigen van hun
standpunt.
© Gemeente Amsterdam
Gemeente Amsterdam