Ministerie van Buitenlandse Zaken

Conform mijn toezegging tijdens het AO RAZEB van 10 maart jl. en in reactie op de vragen van Kamerlid Haverkamp (CDA) met kenmerk 2040510930, ingezonden 23 maart 2005, bied ik u hierbij een eerste appreciatie aan van de op 14 maart jl. in China van kracht geworden anti-afscheidingswet. Als bijlage treft u aan de wetstekst en de EU-verklaring die naar aanleiding van de wet is uitgegeven.

De anti-afscheidingswet, die tijdens het tiende 'National People's Congress' (NPC) werd aangenomen, bevat naast positieve elementen ook elementen die de relatie tussen China en Taiwan onder druk zetten. Belangrijke elementen zijn: het eenzijdige karakter van deze stap en het juridisch vastleggen van de mogelijkheid niet-vreedzame (lees: militaire) middelen in te zetten. Het uiteindelijke effect op de relatie tussen beide partijen zal sterk afhangen van de concrete invulling van de wet en de reactie op de wet vanuit Taiwan. Ik zal er bilateraal en via de EU bij beide partijen op blijven aandringen de weg van het vreedzame overleg na te streven. Onderstaand zal ik de inhoud van de wet kort uiteenzetten en aangeven welke reactie namens de EU reeds is afgegeven naar aanleiding van de wet. Daarna zal ik een beoordeling geven van een aantal elementen uit de wet.

Inhoud en vorm van de wet
De anti-afscheidingswet is een wet die beschrijft hoe China om zal gaan met de kwestie Taiwan. Het is voor het eerst dat China dit beleid vastlegt in een wet. China zegt daarover dat de motivatie achter het formuleren van deze wet is gelegen in de toegenomen neiging van Taiwan onafhankelijkheid na te streven. De wet zou tot doel hebben de afscheidingssentimenten in Taiwan af te schrikken en Taiwan te bewegen om met China toe te werken naar vreedzame hereniging. De wet herhaalt het één-China-principe als basis voor eventuele bespreking over hereniging, maar zegt ook dat consultaties 'op basis van gelijkheid' kunnen plaatsvinden. Daarmee lijkt Taiwan een hogere onderhandelingsstatus toegekend te worden dan bijv. Hong Kong of Macao.

De wet bevat naast dreigende taal aangaande het gebruik van niet-vreedzame middelen ook een aantal positieve stappen. Zo wordt gesteld dat uitwisseling van personen en de samenwerking op terreinen als technologie, gezondheid en economie moeten worden bevorderd. Ook spreekt de wet van het verwezenlijken van directe handels, post- en scheepvaartverbindingen (artikel 6).

Het deel van de wet aangaande de mogelijke inzet van niet-vreedzame middelen door China is vervat in de artikelen 8 en 9. De wet voorziet in een drietal redenen voor het gebruik van deze niet-vreedzame middelen:
1) wanneer de "Taiwan independence secessionist forces" afscheiding van Taiwan van China bewerkstelligen,
2) wanneer "major incidents" plaatshebben die afscheiding tot gevolg hebben of
3) de mogelijkheden voor vreedzame hereniging volledig uitgeput zijn. Met name de tweede en derde reden zijn niet scherp geformuleerd en daarmee vatbaar voor verschillende uitleg. Ten aanzien van de besluitvorming en interpretatie van de wet schrijft de wet voor dat de State Council samen met de Central Military Commission kan besluiten tot de inzet van niet-vreedzame middelen. Het Standing Committee van het NPC hoeft pas achteraf geïnformeerd te worden.

Reactie Taiwan
Taiwan heeft reeds aangegeven dat deze eenzijdige wijziging van het beleid, en daarmee de status quo, niet bijdraagt aan de stabiliteit in de regio. Het principe van gelijkheid in de onderhandelingen, dat de wet wel onderschrijft, wordt volgens Taiwan met de eenzijdige eisen en dreiging van tegenmaatregelen ondergraven. Taiwan is zeer bezorgd over de mogelijke gevolgen van de wet die het de militairen toestaat in te grijpen op basis van vaag geformuleerde criteria.

Reactie EU
Op 14 maart jl. heeft de EU een verklaring uitgegeven waarin o.a. wordt aangedrongen op een vreedzame oplossing via constructieve dialoog tussen China en Taiwan en het vermijden van unilaterale acties die de spanningen in de regio kunnen verhogen; voorts uit de EU bezwaar tegen elke vorm van geweld. Tijdens het bezoek van de Chinese Minister van Buitenlandse zaken Li Zhaoxing aan Brussel op 17 maart hebben zowel Hoge Vertegenwoordiger Solana als President van de Commissie Barroso en Commissaris Mw. Ferrero-Waldner in duidelijke bewoordingen hun bezorgdheid over de wet aan minister Li Zhaoxing overgebracht.

Nederland en de EU hebben steeds benadrukt -en zullen dit blijven doen bij zowel China als Taiwan- dat de oplossing is gelegen in een constructieve dialoog tussen beide partijen met als doel het bereiken van een vreedzame en duurzame oplossing.

Reactie derde landen (VS, Japan)
Vanuit Washington en Japan is met bezorgdheid gereageerd op de wet. Beide landen spreken zich uit tegen mogelijk gebruik van geweld en bepleiten, evenals de EU, een vreedzame oplossing.

Beoordeling
De anti-afscheidingswet verwoordt geen nieuw beleid van China aangaande de kwestie Taiwan maar kan, met name als gevolg van de gecreëerde juridische basis voor de inzet van niet-vreedzame middelen als alle andere middelen zijn uitgeput, negatieve gevolgen hebben voor het proces van toenadering tussen China en Taiwan. Dit zou ook de flexibiliteit uit het politieke proces kunnen halen. Aan de andere kant machtigt de wet de Chinese regering positieve acties te ondernemen ter bevordering van de cross-Straits betrekkingen, op het gebied van economische samenwerking, uitwisseling van personen, het verwezenlijken van directe verbindingen op het gebied van luchtvaart, scheepvaart, post en handel en samenwerking op onderwijs- en wetenschappelijk gebied en de bestrijding van misdaad. Daarbij worden geen voorwaarden vooraf gesteld aan Taiwan, hetgeen in het verleden wel het geval was. De wet heeft mogelijk gevolgen voor de discussies binnen de EU over de invulling van de strategische relatie met China inclusief de discussie over opheffing van het wapenembargo. Goedkeuring van de wet is dan ook voor de EU aanleiding geweest het standpunt te benadrukken dat de kwestie Taiwan via vreedzame weg moet worden opgelost en dat partijen zich dienen te onthouden van unilaterale acties die de spanning kunnen opvoeren. Deze positie zal naar beide partijen krachtig worden uitgedragen. De precieze effecten van de wet zijn op dit moment moeilijk in te schatten. Beide partijen hebben inmiddels aangegeven niet uit te zijn op een toename van spanning. Wat Nederland en de EU betreft, zal worden ingezet op het bevorderen van een constructieve dialoog tussen partijen en de afwijzing van het gebruik van geweld.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot


---- --