Rijksuniversiteit Groningen

036 - Hersenaandoening hoeft rijbewijs niet in de weg te staan

Datum: 5 april 2005

Ouderen met een hersenaandoening kunnen hun rijbewijs toch vaak houden. Meestal passen ze hun rijgedrag zelf al aan. Lukt dat niet, dan kunnen ze met een training of technisch hulpmiddel misschien toch veilig leren autorijden. Dat zei de hoogleraar Verkeersgeneeskunde en Verkeersneuropsychologie prof. dr. Wiebo Brouwer op 5 april in zijn oratie aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Door de vergrijzing neemt het aantal ouderen in het verkeer sterk toe. In 2040 telt Nederland ongeveer 2 miljoen inwoners van 75 jaar en ouder. Minstens 80 procent van hen heeft een rijbewijs. Brouwer wil met zijn onderzoek en onderwijs bevorderen dat ouderen verantwoord aan het verkeer kunnen blijven deelnemen. `De auto is voor veel ouderen een noodzakelijk vervoermiddel. Zonder rijbewijs raken ze gemakkelijk in een sociaal isolement.'

Vage regelgeving

Hersenaandoeningen komen op oudere leeftijd veel voor. Het gaat daarbij om ziekten als beroertes, dementie en de ziekte van Parkinson. Er is nog weinig bekend over de gevolgen van deze aandoeningen voor de rijgeschiktheid. De regels die het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) moet toepassen bij het beoordelen van de rijgeschiktheid zijn daarom noodgedwongen vaag. Keuringsartsen en
-psychologen kunnen er nog vele kanten mee op. Dat kan betekenen dat sommige ouderen hun rijbewijs verliezen, terwijl ze nog prima kunnen autorijden. Om deze regels aan te kunnen scherpen is meer onderzoek nodig.

Handicap compenseren

Brouwer vindt dat het wetenschappelijk onderzoek zich niet alleen moeten richten op selectie, maar ook op het vaststellen van de revalidatiemogelijkheden. Mogelijk kunnen ouderen hun beperkingen compenseren met een training of technische hulpmiddel. Hij illustreert dat ondermeer met een lopende studie bij mensen met een halfzijdige gezichtsvelduitval of hemianopie. Zij missen door een beschadiging van de oogzenuw een deel van hun blikveld. Brouwers afdeling onderzoekt in een rijsimulator of dit gemis verholpen kan worden met een kijktraining. Daarbij leren ze het blinde gebied `in te vullen' met aangepaste oog- en hoofdbewegingen.

Combinatie van kwalen

Veel ouderen lijden aan meer kwalen tegelijk. Bij 75-plussers is dat zelfs eerder regel dan uitzondering. Deze zogeheten co-morbiditeit vormt volgens Brouwer een onderschat probleem. `Een enkele aandoening hoeft niet te betekenen dat je geen auto meer kunt rijden. Het is vaak de combinatie met andere ouderdomskwalen die een probleem vormt. Je kunt een lichte visuele beperking bijvoorbeeld nog compenseren door een andere kijkstrategie aan te leren. Maar dat kost wel meer tijd. Bij veel ouderen neemt de snelheid waarmee de hersenen informatie verwerken echter af.'

Ingewikkelde kruisingen

Uit de ongevalsstatistieken blijkt dat de kans dat 75-plusser door een ongeval overlijden of ernstig gewond raken groter is dan bij bestuurders van middelbare leeftijd. Dat komt vooral door de grotere kwestbaarheid van ouderen; bij een vergelijkbaar ongeluk zullen ze eerder gewond raken. Ook de omstandigheden van het ongeval zijn vaak anders. Ouderen krijgen vaker een ongeluk op ingewikkelde kruisingen dan door te snel rijden. Volgens Brouwer moeten ergonomische benaderingen zich daarom richten op complexe verkeerssituaties. Hij denkt daarbij aan een sprekende boordcomputer die oudere bestuurders over ingewikkelde kruisingen loodst.

Curriculum vitae

Prof.dr. W.H. Brouwer (Tjimahi, Indonesië, 1949) werd in 2004 benoemd tot de eerste hoogleraar Verkeersgeneeskunde en Verkeersneuropsychologie in Nederland. Zijn leerstoel aan het Universitair Medisch Centrum Groningen is ingesteld door het CBR te Rijswijk. Daarvoor was Brouwer, die psychologie studeerde aan de RUG, al bijzonder hoogleraar Gerontologie bij de faculteit Psychologische, Pedagogische en Sociologische wetenschappen van de RUG en hoofd van de afdeling neuropsychologie van het UMCG. Hij promoveerde in 1985 op het proefschrift Limitations of attention after closed head injury. Brouwer werd in 2004 tevens benoemd tot voorzitter van de International Traffic Medicine Association. Hij is een toonaangevend expert op het gebied van vraagstukken over medische rijgeschiktheid, met name wat betreft de gevolgen van hersenletsel en veroudering.

Noot voor de pers

Meer informatie: prof.dr. W.H. Brouwer, via Eddy Brand, wetenschapsvoorlichter, Bureau Voorlichting UMCG, tel. (050) 361 40 15 / 22 00, e-mail e.c.brand@bvl.umcg.nl . De volledige tekst van de oratie staat op www.umcg.nl onder `nieuws'.