Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Home - Openbaar Bestuur - Interbestuurlijke betrekkingen - Persberichten - Overeenkomst voor de jeugd

Overeenkomst voor de jeugd

11 april 2005
Dertien gemeenten, vier provincies/stadsregio's en het Rijk hebben op vrijdag 8 april 2005 de Jong overeenkomst getekend. Namens het Rijk hebben de ministers van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties, Financiën, Justitie, Onderwijs Cultuur en Wetenschap, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Vreemdelingenzaken en Integratie en de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport getekend.

Het aantal gemeenten is met twee Brabantse gemeenten - Cuijk en Haldeberge - verhoogd naar 13, om juist ook ervaring op te kunnen doen in kleinere gemeenten. Tevens hebben de provincies Noord-Brabant en Overijssel en de stadsregio's Amsterdam en Rotterdam mee getekend. De gemeenten zullen een jaar lang in de praktijk bekijken hoe door betere samenwerking van instanties kan worden voorkomen dat jongeren in de knel komen en uitvallen.

Adoptie
De bij Operatie Jong betrokken bewindspersonen adopteren gedurende de looptijd van de Jong-overeenkomst een of enkele gemeenten. Dit houdt niet alleen in dat de lokale en regionale bestuurders de bewindspersonen direct kunnen benaderen, maar ook dat de bewindspersonen op werkbezoek gaan in de door hen geadopteerde gemeenten. De 13 gemeenten zijn gekozen omdat zij bewezen hebben dat ze voortvarend aan de slag zijn op het jeugdbeleid en zij hebben ook zelf eigen speerpunten afgesproken in de overeenkomst. De adopterende bewindspersonen willen de bestaande verkokering in het jeugdbeleid aanpakken en willen de samenhang tussen rijk en medeoverheid versterken.

De 13 deelnemende gemeenten zijn als volgt geadopteerd:

Almelo (minister mw. Van der Hoeven)
Amsterdam (minister Zalm)
Borne (minister mw. Van der Hoeven)
Breda (minister Zalm)
Cuijk (staatssecretaris mw. Ross-van Dorp)
Eindhoven (minister De Geus)
Enschede (minister mw. Verdonk)
Halderberge (staatssecretaris mw. Ross-van Dorp)
Helmond (minister mw. Verdonk)
Hengelo (minister Donner)
's Hertogenbosch (minister mw. Van der Hoeven)
Rotterdam (staatssecretaris mw. Ross-van Dorp)
Tilburg (minister Donner)

Rode Telefoon
Voor gemeenten en provincies/stadsregio's is gedurende de looptijd van de Jong-overeenkomst, een meldpunt (Rode Telefoon) beschikbaar bij de Commissaris voor het jeugd- en jongerenbeleid voor specifieke en concrete knelpunten.

Jong-overeenkomst
Doel van de Jong-overeenkomst is om in het afgesproken jaar in de praktijk te komen tot een resultaatgerichte samenwerking om uitval van jongeren te voorkomen. Problemen die bestaan in de jeugdketen en hindernissen die resultaatgericht samenwerken verhinderen, zullen worden benoemd. Afgesproken is dat de oplossingsvoorstellen die de gemeenten formuleren, ook voor andere gemeenten en provincies/stadsregio's beschikbaar zijn.

De partijen van de Jong-overeenkomst willen de voorzieningen voor jeugdigen en hun opvoeders toegankelijker en herkenbaar positioneren. De ervaringen die worden opgedaan, dienen als basis voor verbetervoorstellen ten aanzien van wet- en regelgeving. Na een jaar worden de uitkomsten geëvalueerd en oplossingen voor de knelpunten landelijk worden uitgerold.