FNV Bouw

Vroegpensioen bouw kost géén 28 procent

Hoe komen werkgevers toch aan de berekening dat het vroegpensioen in de bouw 'onbetaalbaar' is omdat het 28 procent premie gaat kosten?! John Kerstens, eerste onderhandelaar voor de CAO bouw&uta, legde het op 18 april in de landelijke sectorraad uit. Voor de huidge regelingen voor ouderdoms- en vroegpensioen wordt nu 19,04 procent premie afgedragen. Volgens een in het verleden al gemaakte afspraak stijgt deze premie per 1 januari 2006 tot 20,5 procent. Vervolgens is berekend wat het 'nieuwe vroegpensioen' gaat kosten: 21,9 procent. FNV Bouw gaat uit van maximaal 23 procent. En wel omdat de bond iets extra's wil doen voor de groep werknemers die nu 55 jaar en ouder is; verder houdt de bond er rekening mee dat er iets minder mensen in de bouw blijven werken. Aan de voorzichtige kant dus: 3 procent duurder dan nu, half om half te verdelen tussen werkgevers en werknemers.

Werkgevers hebben om tot het standpunt 'onbetaalbaar want 28 procent' te komen, allerlei aannames veranderd. Aannames die CAO-partijen enkele maanden geleden nog gezamenlijk hadden vastgesteld, aldus John Kerstens: "Werkgevers waren het ermee eens. En ook het pensioenfonds, dat zich niet graag rijk rekent, vond het redelijke uitgangspunten. Verder hebben deskundigen van buiten ernaar gekeken." Die uitgangspunten hadden onder meer betrekking op het aantal mensen dat in de bouw werkt, het rendement dat op beleggingen wordt behaald en op de vorm van reserveringen van het pensioenfonds. "Daarmee zijn berekeningen uitgevoerd. En daaruit kwam de conclusie dat het vroegpensioen 21,9 procent gaat kosten."

Kerstens: "Voor die 28 procent premie gaan de werkgevers uit van een aantal 'onzekerheden'. Zo stellen ze dat er over enkele jaren veel minder mensen in de bouw werken, waardoor het draagvlak onder de pensioenregeling afneemt."

Die redenering is aanvechtbaar. Want voor de eigenlijke pensioenregeling maakt het niet uit omdat elke werknemer daarin voor zichzelf spaart. "Het maakt wel uit voor de overgangsregeling van alle mensen die zelf niet meer genoeg bij elkaar kunnen sparen." Dat zijn alle werknemers ouder dan twintig. Maar bovendien gaan werkgevers 'dubbelzinnig' om met het toekomstige aantal werknemers. Ze betreuren dat er minder vast personeel zal rondlopen, maar tegelijkertijd trekken ze ook uit het buitenland maar al te graag inleenpersoneel aan. "In de tweede plaats gaan de werkgevers nu uit van een lagere opbrengst van de beleggingen. Maar die wás al voorzichtig berekend. Hetzelfde geldt voor de zogeheten 'rekenrente'." En dan is er nog iets eigenaardigs met de overgangsregeling. Plan was om die 'voorwaardelijk' te maken. In dat geval geeft het pensioenfonds per jaar aan welke leeftijdsgroep het komende jaar recht krijgt op uittreding. Op die manier hoeft het fonds daarvoor geen dure extra reserve aan te houden. Nu willen de werkgevers dat recht opeens 'onvoorwaardelijk' maken, wat procenten duurder is in premie.

Kerstens: "Maar hoe ze zich een vroegpensioen dan wél voorstellen, hebben ze ons vorige week niet verteld. Uit hun persbericht hebben we begrepen dat ze koersen op 62 jaar."

De bouwbonden willen een regeling die zo dicht mogelijk zit tegen de huidige regeling. Kerstens: "Daarvoor hebben we óók een regeling voor levensloop nodig. Maar daar willen werkgevers al helemaal niet aan, zeggen ze." Lekkere boodschap voor hun eigen mensen, vindt de onderhandelaar: "Netto in loon achteruit, veel langer doorwerken en dan voor de 55-plussers nog eens de extra vrije dagen weg die ze nodig hebben voor een vierdaagse werkweek."

FNV Bouw
Postbus 520 - 3440 AM Woerden

Tel 0900 36 82 689 Fax 0348 423 610