Ministerie van Buitenlandse Zaken

Bij deze wil ik u, zoals toegezegd tijdens het algemeen overleg van 9 maart jl. en het verlengd algemeen overleg van 30 maart jl. over de VN-Mensenrechtencommissie, (MRC) nader informeren over een aantal mensenrechtenkwesties. Gaarne wil ik achtereenvolgens ingaan op de ondertekening van het optioneel protocol bij het Anti-folterverdrag; de ontwikkeling binnen de VN-mensenrechtencommissie (MRC) van normen voor het internationaal bedrijfsleven; mensenrechten en de strijd tegen het terrorisme; de Nederlandse inzet inzake het mandaat van het EU-grondrechtenbureau en uitspraken van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens; en tenslotte EU-mensenrechtenrapportages inzake de landen waarmee de Europese Unie een Associatieakkoord heeft gesloten.

Optioneel protocol bij het Anti-folter verdrag

Mede naar aanleiding van de motie-Cörüz/Van der Laan heb ik de kwestie van de ondertekening van het optioneel protocol bij het Anti-folterverdrag opgebracht in de Ministerraad, waarbij ik heb aangegeven dat Nederland zich zal inzetten voor het voorkomen van dubbele werklast voor landen die ook partij zijn bij het inspectieregime van de Raad van Europa. Samen met mijn meest betrokken collega's tref ik op dit moment de laatste voorbereidingen zodat de Ministerraad hierover zo spoedig mogelijk een definitief besluit kan nemen.

Mensenrechtennormen voor het bedrijfsleven

Zoals het zich nu laat aanzien kan de resolutie inzake mensenrechten en transnationale ondernemingen op brede steun in de huidige zitting van de MRC rekenen. De Europese Unie heeft een voortrekkersrol gespeeld bij het vormgeven van deze resolutie. De tekst, zoals die inmiddels voorligt, voorziet in de aanstelling van een door de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties te benoemen Speciale Vertegenwoordiger die met name zal worden belast met het verduidelijken van standaarden voor mensenrechten waaraan het internationale bedrijfsleven zich zou moeten houden. Nederland verwelkomt de aanstelling van een Speciale Vertegenwoordiger. Deze resolutie zal vermoedelijk op korte termijn in stemming worden gebracht.

Mensenrechten en terrorisme

Met betrekking tot mensenrechten en de strijd tegen terrorisme kan worden opgemerkt dat de door Mexico ingediende resolutie terzake op 20 april in stemming zal worden gebracht. In deze ontwerpresolutie wordt voorgesteld de onafhankelijk expert voor dit onderwerp te vervangen door een Speciaal Rapporteur met een duidelijk versterkt mandaat. De Speciaal Rapporteur zou de mogelijkheid krijgen tot het doen van algemene en landenspecifieke aanbevelingen, het afleggen van landenbezoeken en het signaleren van situaties die zouden kunnen leiden tot mensenrechtenschendingen in de strijd tegen het terrorisme. Om invulling te geven aan zijn mandaat zal de Speciaal Rapporteur samenwerken met regeringen en VN-organen, gespecialiseerde instellingen, ngo's en regionale instellingen. Nederland en de EU steunen deze ontwerpresolutie actief. Wel vindt momenteel nog overleg plaats tussen Mexico en de geïnteresseerde co-sponsors van deze ontwerpresolutie of en op welke wijze tegemoet kan worden gekomen aan met name voorliggende Russische tegenvoorstellen. Het is voor mij in dit stadium niet mogelijk om uitspraken doen over de uitkomsten van dit overleg en de bereidheid van met name Mexico en de Rusland om een compromis te bereiken.

Europees Grondrechtenbureu

Zoals ik u al eerder per brief (DMV/MR-05/011, 1 februari 2005) berichtte, heeft de regering haar positie met betrekking tot het Grondrechtenbureau aan de Commissie medegedeeld: een onafhankelijk agentschap dat op grond van een breed thematisch mandaat de mensenrechtensituatie in de lidstaten effectief kan monitoren. De regering heeft haar positie tijdens een recent bezoek aan de Commissie nog eens onderstreept. Tijdens dat bezoek is gebleken dat de Commissie voornemens is voor de zomer voorstellen aan de Raad voor te leggen. De inschatting is dat de Commissie zal voorstellen het mandaat van het Grondrechtenbureau te beperken tot Unie-instellingen en de lidstaten, in die gevallen waarin zij Uniewetgeving toepassen. Volgens de Commissie is er geen rechtsbasis in het Verdrag voor het monitoren van de mensenrechtensituatie in lidstaten. De regering heeft hierover reeds haar teleurstelling uitgesproken. Het is bovendien de vraag of de Commissie het Nederlandse initiatief tot het invoeren van een systeem van 'peer review' zal overnemen.

De discussie over het Grondrechtenbureau is echter nog niet afgelopen. Verschillende commissies van het Europees Parlement (EP) hebben zich ook over de mededeling van de Commissie uitgesproken. De Commissie Buitenlandse Zaken van het EP benadrukt dat het Grondrechtenbureau zich zou moeten kunnen uitspreken over individuele lidstaten, kandidaat-lidstaten en landen die onderdeel zijn van het Europees Nabuurschapsbeleid. De Commissie Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken heeft een uitvoerig rapport opgesteld over het Grondrechtenbureau en organiseert op 25 en 26 april een seminar over het Grondrechtenbureau.

De regering heeft de suggestie van het lid Van der Laan om te onderzoeken of niet-naleving van arresten van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg (EHRM) door EU-lidstaten via het Grondrechtenbureau aan de kaak kan worden gesteld bij de Commissie neergelegd. De regering onderkent dat de politieke druk op lidstaten die EHRM-arresten niet of slechts gedeeltelijk naleven, vergroot zou kunnen worden door niet-naleving ook via het Grondrechtenbureau aan de orde te stellen. Hierbij past echter een aantal kanttekeningen.

De regering is van mening dat niet-naleving door een EU-lidstaat ook in de toekomst in eerste instantie in het Comité van Ministers van de Raad van Europa aan de orde gesteld zou moeten worden, omdat het EHRM immers een instelling van de Raad van Europa is. Ten tweede dient het eindoordeel bij het Comité van Ministers te blijven. Ten derde is voor het creëren van politieke druk cruciaal dat het advies en/of de aanbevelingen van het Grondrechtenbureau ook op Raadsniveau binnen de EU worden besproken. Het is de vraag of de Commissie dit in haar voorstellen zal overnemen.

Na ontvangst van de voorstellen van de Commissie zult u via het BNC-traject geïnformeerd worden over de positie van de regering.

Rapportages Associatieakkoorden

Uw verzoek om EU-rapportages over de mensenrechtensituatie in landen waarmee de Europese Unie een Associatieakkoord heeft gesloten, zal ik in Brussel op Raadswerkgroepniveau aan de orde stellen. Daarnaast wijs ik u er op dat juist onder Nederlands voorzitterschap binnen de EU overeenstemming is bereikt om periodiek en systematisch de mensenrechtendialogen van de EU in het algemeen te bespreken. Voorts herinner ik u graag aan mijn toezegging om u zelf jaarlijks te informeren over de stand van zaken op het terrein van mensenrechten in de landen waarmee de EU een Associatieakkoord heeft. De eerstvolgende rapportage zal u eind deze zomer toegaan.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot


---- --