Provincie Friesland

PERSBERICHT

Nummer: 122 SW
Datum: 22 april 2005

Samenwerking agrariërs en Natuurmonumenten in polder Ravenswoud

De polder Ravenswoud in het Fochteloërveen blijft door boeren beheerd. Landinrichtingscommissie Fochteloërveen, LTO Noord, gemeente Ooststellingwerf, Natuurmonumenten en provincie Fryslân hebben dit vandaag op het Provinsjehûs bekrachtigd met de ondertekening van het Convenant Ravenswoud.

In het kader van het ROM-project Zuidoost Friesland wordt in de randzone van het Fochteloërveen ca. 500 ha. landbouwgrond omgezet in natuur. Daarnaast is Natuurmonumenten in de polder Ravenwoud binnenkort eigenaar van in totaal ca. 300 ha. landbouwgrond. Deze gronden grenzen aan het natuurgebied Fochteloërveen. Het is de bedoeling dat de gronden blijvend door agrariërs uit de buurt worden gebruikt. Omdat ze naast de landbouwkundige betekenis ook een natuur- en cultuurhistorische waarde hebben, is er afgesproken dat het agrarisch gebruik daar actief op inspeelt. Natuurmonumenten, LTO Noord, de provincie Fryslân, de gemeente Ooststellingwerf en de landinrichtingscommissie Fochteloërveen hebben in een convenant afspraken gemaakt over de wijze waarop de gronden worden gebruikt.

In verband met beperkte financieringsmogelijkheden is de aankoop en ook het werk van de landinrichtingscommissie Fochteloërveen geruime tijd vertraagd. Mede onder druk van de landinrichtingscommissie en van gedeputeerde Andriesen is hiervoor een oplossing bereikt. Volgens Jan Bruin, voorzitter van de Landinrichtingscommissie, zijn er tussen de boeren en Natuurmonumenten nu goede afspraken gemaakt. Met dit convenant ligt er volgens hem een goede basis voor een duurzame samenwerking.

Meervoudige betekenis

Natuurmonumenten heeft met de huidige eigenaar Bureau Beheer Landbouwgronden overeenstemming bereikt over de verwerving van ca. 220 ha. landbouwgrond in de polder Ravenswoud. De gronden waren voorheen in bezit van de verzekeringsmaatschappij Fortis AMEV. Met deze aankoop wordt Natuurmonumenten eigenaar van in totaal ca. 300 ha. landbouwgrond in dit gebied. De gronden in deze polder grenzen aan het natuurgebied Fochteloërveen. Ze hebben niet alleen een agrarische betekenis, maar zijn ze ook waardevol voor de natuur. Zo kan dit gebied onder meer dienen als voedselgebied voor dieren uit het Fochteloërveen. Door de ontginningsstructuur, met haar karakteristieke wijkenpatroon, is er daarnaast sprake van een grote cultuurhistorische waarde. Het is door de Rijksdienst Monumentenzorg aangewezen als beschermd monument. Het gebied maakt echter geen onderdeel uit van de ecologische hoofdstukstuur (EHS), het raamwerk van natuurgebieden in Nederland. De gronden in het gebied behouden daarom hun landbouwfunctie. Om het landbouwkundige gebruik voor de toekomst vast te leggen was er aanleiding om daar nadere afspraken over te maken.

Beheerscommissie

De hoofdlijnen voor het grondgebruik zijn in het convenant vastgelegd. De natste gronden zullen als grasland worden uitgegeven. Het graslandbeheer is gericht op het verkrijgen van bloemrijke graslanden. De drogere gronden kunnen als akkerland worden gebruikt. Er wordt gestreefd naar een gevarieerd akkerlandbeheer waarbij vooral rekening wordt gehouden met vogels. De uitgangspunten uit het convenant worden tussen Natuurmonumenten en de grondgebruikers in pachtcontracten uitgewerkt. De provincie zal een beheerscommissie instellen. Deze commissie, bestaande uit twee vertegenwoordigers van de grondgebruikers en twee van Natuurmonumenten, zal onder voorzitterschap van mevrouw G. Ploeg uit Drachten toezien op de naleving van het convenant.

Convenant

gebied 'Ravenswoud'

Voor het gebruik van de landbouwkundige gronden die in bezit zijn van Natuurmonumenten

Datum: 22 april 2005

Inhoud

Pagina

A. Partijen 3

B. Overeenkomst 4

A. Partijen


1. De gemeente Ooststellingwerf, vertegenwoordigd door de heer S. van Weperen hierna te noemen: gemeente.


2. De Land- en Tuinbouworganisatie Noord, vertegenwoordigd door de heer A. Schelhaas hierna te noemen: LTO Noord.


3. Vereniging Natuurmonumenten, vertegenwoordigd door de regiodirecteur de heer W. Alblas hierna te noemen: Natuurmonumenten.


4. De provincie Fryslân, vertegenwoordigd door gedeputeerde mevrouw A. Andriesen handelend ter uitvoering van het besluit van Gedeputeerde Staten (nr. 595359, d.d. 19 april 2005) hierna te noemen: provincie.


5. De landinrichtingscommissie Fochteloërveen, vertegenwoordigd door de heer J. Bruin hierna te noemen: landinrichtingscommissie.

B. Overeenkomst


1. Algemeen
In het kader van het ROM Zuidoost Friesland is in de gebiedsvisie Fochteloërveen voor het gebied Ravenswoud een richtinggevend kader opgenomen voor de aanpassing van de landbouwkundige structuur. Dit richtinggevend kader is van toepassing voor het gebied Ravenswoud tussen de Meester Lokstraat, de Lycklamavaart, de Menneweg en de Compagnonweg, met uitzondering van de bestaande bossen. Gesteld is dat dit gebied zijn landbouwkundige bestemming behoudt conform het bestemmingsplan.

De gronden in het gebied Ravenswoud die door Natuurmonumenten zijn verworven worden aan agrariërs in gebruik gegeven in de vorm van agrarisch gebruik met beperkingen. De gronden behouden hun agrarische functie, doch op de gronden rusten beperkingen met betrekking tot het agrarisch gebruik gericht op de realisering van de volgende doelstellingen: . Er wordt naar gestreefd om de cultuurhistorische waarde van het gebied Ravenswoud, waarin de gronden zijn gelegen, in stand te houden en waar mogelijk te versterken; . Het gebied gelegen tussen de Lycklemavaart en de bossen van Ravenswoud heeft grote waarde als foerageergebied voor het huidige natuurgebied Fochteloërveen en kan daarmee indirect bijdragen aan de versterking van de functie van het huidige natuurgebied, zonder afbreuk te doen aan de agrarische functie.


2. Convenant
Dit convenant is opgesteld door der landinrichtingscommissie Fochteloërveen. In dit convenant worden de afspraken tussen partijen en de voorwaarden voor het agrarisch gebruik op hoofdlijnen vastgelegd.


3. Gebruik
Belangrijke randvoorwaarden voor het gebruik van de gronden zijn geregeld in het vigerend bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Ooststellingwerf, dan wel de integrale herziening van het betreffende bestemmingsplan en het peilbesluit. De te hanteren zomer- en winterpeilen zijn vastgelegd in het peilbesluit van Wetterskip Fryslân. Met inachtneming van deze randvoorwaarden zal de Vereniging Natuurmonumenten de gronden onder nadere voorwaarden in gebruik geven. Uitgangspunt voor deze nadere voorwaarden is het richtinggevend kader voor het gebied Ravenswoud zoals dat in de de Gebiedsvisie Fochteloërveen is opgenomen. Om aan dit kader nadere invulling te geven wordt het volgende gebruik voorgesteld. De natste gronden zullen als grasland worden uitgegeven, drogere gronden kunnen als akkerland gebruikt worden. (zie kaart; nog toevoegen):

. Voor het akkerland wordt de voorkeur gegeven aan graanteelt, gecombineerd met een akkerrandenbeheer. Bij voorkeur wordt er organische mest gebruikt. Er dient wel een vruchtwisseling plaats te vinden met één maal per vier jaar een ander gewas (aardappelen, suikerbieten, rooivruchten etc). Het betekent eigenlijk dat er gestreefd wordt naar een gevarieerd akkerlandbeheer ten behoeve van vogels.

. Het graslandbeheer zal gericht zijn op het verkrijgen van bloemrijke graslanden. Bij voorkeur voeren de agrariërs hier een bedrijfsvoering die beantwoord aan praktijk van de biologische landbouw. Bemesting met organische mest heeft ook hier voorkeur. Het vaststellen van een maaidatum met betrekking tot de broedvogels ligt voor de hand. Een slootkantenbeheer gericht open oevervegetaties kanunnen zeer gunstig zijn voor water- en weidevogels. Een en ander wordt tussen Natuurmonumenten en de grondgebruikers verder uitgewerkt in een pachtcontract met bijzondere bepalingen.


4. Gebruiksovereenkomst
De gronden worden voor agrarisch gebruik uitgegeven zolang de agrarische bestemming op de betreffende percelen rust. De uitgifte van gronden vindt plaats middels het verstrekken van een pachtcontract. Hierbij zal sprake zijn van een pachtperiode van minimaal 6 jaar en maximaal 12 jaar of van erfpacht. Het pachtcontract wordt in principe verlengd als uit evaluatie als bedoeld onder 1.8.3. blijkt dat het gevoerde beheer voldoende bijdraagt aan de doelstelling van het gebied.


5. Gebruikers
Bij het inschakelen van landbouwers wordt in eerste instantie gedacht aan praktiserende landbouwers uit het gebied. Daarbij is het van belang dat er continuïteit in beheer ontstaat. Landbouwers die hun bedrijfsvoering op de geschetste doelen willen en kunnen afstemmen hebben de voorkeur. Een deel van de landbouwers in dit gebied willen binnen enkele jaren stoppen. Zij worden in de gelegenheid gesteld om de gronden die ze hebben ingeleverden nog enkele jaren met voorgestelde beperkingen te beheren. Met blijvers zal getracht worden om middels een passende bedrijfsopzet tot een duurzame samenwerking te komen. Daarnaast kunnen landbouwers uit verdere omgeving ingeschakeld worden om perceelsgewijs gronden te gebruiken. De pachtprijs zal in overleg worden vastgesteld. Bepalend hierbij is de mate van beperking, de marktsituatie en subsidiemogelijkheden voor beheer of producten.


6. Beheercommissie
Een in te stellen Beheercommissie Ravenswoud heeft als taak toe te zien op een goede naleving van het convenant. De Beheercommissie bestaat uit 5 leden, te weten, 2 leden van de grondgebruikers, 2 leden van de Vereniging Natuurmonumenten en 1 onafhankelijke voorzitter. Het secretariaat wordt gevoerd door de Dienst Landelijk Gebied, de provincie treedt op als adviseur van de commissie. De Beheercommissie komt 1 á 2 maal per jaar bij elkaar. Afhankelijk van de noodzaak tenminste 1 maal per jaar. Ook rapporteert de Beheercommissie 1 keer per jaar aan de provincie. De beheercommissie is minimaal in functie tot het moment waarop de eerste evaluatie van dit convenant heeft plaatsgevonden.


7. Waterhuishouding
De watergangen zullen zodanig beheerd worden dat genoemde functies: landbouw, cultuurhistorie en natuur, zoals eerder verwoord voor dit gebied zoveel mogelijk gezamenlijk tot hun recht kunnen komen. De waterpeilen worden, conform het huidige peilbesluit, afgestemd op het voorgestelde agrarisch gebruik van het gebied. Afwijking van de huidige peilen kan alleen na het volgen van de openbare peilbesluitprocedure zoals die geldt voor alle peilbesluiten.


8. Overige bepalingen

1. Partijen stemmen in met de uitgangspunten ten aanzien van het richtinggevend kader zoals deze staan verwoord in de gebiedsvisie Fochteloërveen.
2. Partijen stemmen in met de uitvoering van het convenant en handelen naar de inhoud van dit convenant.
3. De evaluatie van de uitvoering van het convenant vindt eenmaal in de tien jaren plaats. Bij de evaluatie wordt nagegaan in hoeverre de doelstellingen van de verschillende partijen zijn gerealiseerd. De eerste evaluatie vindt plaats in 2015. De uitkomsten van de evaluatie kunnen aanleiding geven tot het bijstellen van de convenantsafspraken.
4. Indien zich wijzigingen voordoen met betrekking tot beleidsinzichten, waaronder die op het gebied van natuur en milieu, de betrokken wet- of regelgeving of andere omstandigheden, die wezenlijke gevolgen hebben voor de uitvoering van dit convenant, dan overlegt de beheercommissie over de noodzaak tot wijziging van dit convenant.
5. Alle geschillen in verband met dit convenant of afspraken die daarmee samenhangen ten aanzien van welke de beheercommissie geen bevredigende oplossing vindt, worden beslecht door een bindend advies, te geven door drie door de partijen gezamenlijk aan te wijzen adviseurs. Een geschil bestaat indien een partij dat stelt en dat schriftelijk aan de andere partijen van het convenant meedeelt.
6. Er wordt naar gestreefd om de toeslagrechten voor dit gebied te behouden. Pachters zijn gehouden de toeslagrechten, die gebaseerd zijn op de van Natuurmonumenten gepachte gronden, bij voorgenomen vervreemding tegen marktprijs aan Natuurmonumenten aan te bieden.
7. Het convenant treedt in werking met ingang van de dag na de ondertekening. Het convenant eindigt op 1 mei 2030 en kan desgewenst worden verlengd.

Aldus overeengekomen en in vijfvoud getekend te Leeuwarden

Datum: 22 april 2005

Gemeente Ooststellingwerf
S. van weperen
....................

LTO-Noord
A. Schelhaas
...................

Vereniging Natuurmonumenten
W. Alblas
....................

Gedeputeerde Andriesen
Gedeputeerde Landelijk Gebied Provincie Fryslân

.....................

---- --