Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij, mede namens de de staatssecretaris van Economische Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Velzen over de ITEC-beurs in Amsterdam. Deze vragen werden ingezonden op 29 maart 2005 met kenmerk 2040511610.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

Antwoorden van mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, mede namens mevrouw Van Gennip, staatssecretaris van Economische Zaken, op vragen van het lid Van Velzen (SP) over de ITEC-beurs in Amsterdam.

Vraag 1
Deelt u de opvatting van de burgemeester van Amsterdam dat de International Training and Education Conference (ITEC)-wapenbeurs, die op 26 april a.s. in Amsterdam wordt gehouden, ongewenst is en dat het laten doorgaan van een dergelijke beurs haaks staat op een beleid dat gericht is op de bestrijding van agressie en geweld? Zo neen, waarom niet? 1)

Vraag 2
Volgt u de beleidslijn die de toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking, de heer Pronk, heeft uitgezet, te weten dat een high-tech wapenbeurs in Nederland in strijd is met 'een coherent beleid gericht op conflictpreventie en vredeshandhaving' 2) en dat hoewel hij als minister voor Ontwikkelingssamenwerking niet bevoegd is een wapenbeurs te verbieden hij zich daarentegen wel bevoegd acht 'de politieke boodschap van de noodzaak van coherentie in het internationale ontwikkelingsbeleid systematisch uit te dragen'? 3) Zo ja, bent u bereid om net als de voornoemde toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking en de burgemeester van Amsterdam publiekelijk uitspraken te doen over de onwenselijkheid van een dergelijke beurs in Nederland? Zo neen, waarom niet?

Vraag 3
Bent u bereid om op basis van de wens van plaatselijke bestuurders de beurs geen doorgang te laten vinden, te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn geen vergunning af te geven voor de import van vergunningsplichtige apparatuur die bedoeld is om in Amsterdam tentoongesteld te worden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Zoals bekend heeft de regering coherentie tussen het beleidsterrein Ontwikkelingssamenwerking en overige beleidsterreinen hoog in het vaandel staan. Ten aanzien van wapenexporten wordt die coherentie met name bevorderd door zorgvuldige toetsing van vergunningaanvragen aan criterium acht van de Europese Gedragscode inzake wapenexport (verenigbaarheid met technische en economische capaciteit van het ontvangende land). In dat licht wordt, als het om vergunningaanvragen met betrekking tot ontwikkelingslanden gaat, ook de minister voor Ontwikkelingssamenwerking betrokken bij het advies van het ministerie van Buitenlandse Zaken aan de staatssecretaris van Economische Zaken. Onder erkenning dat ook ontwikkelingslanden legitieme behoeften hebben inzake veiligheid en defensie, speelt bij deze landen uiteraard eerder de overweging dat hoge defensie-uitgaven per saldo middelen onttrekken aan voor de duurzame ontwikkeling van een land belangrijke terreinen als onderwijs en gezondheidszorg.

In het kader van het beleid gericht op conflictpreventie en vredeshandhaving is ook toetsing van aanvragen aan criteria 3 en 4 van de EU Gedragscode van belang. Deze criteria hebben betrekking op het effect van een bepaalde exporttransactie op de interne en regionale stabiliteit.

Omtrent beleidscoherentie zij voorts opgemerkt dat Nederland zich in het bijzonder inzet voor aanscherping van internationale afspraken ten aanzien van de bestrijding van illegale handel in kleine en lichte wapens, met name ter ondersteuning en uitwerking van het VN actieprogramma . Met name in ontwikkelingslanden leidt de ongecontroleerde verspreiding van deze wapens tot grote politieke, sociale en economische problemen.

Eventuele vergunningaanvragen zullen op basis van het reguliere beleid worden beoordeeld.

Wat de ITEC-beurs betreft, is voor de regering van belang dat men zich houdt aan de vigerende wet- en regelgeving. Uitspraken van burgemeester Cohen over het beleid van de gemeente zijn voor zijn verantwoordelijkheid.

Vraag 4
Is het waar dat toenmalig minister-president Kok een Eindhovense vredesactiviste schriftelijk heeft laten weten dat de diverse protesten tegen deze wapenbeurs de International Training and Education Conference (ITEC) er in het jaar 2000 al toegebracht hebben de beurs niet meer in Nederland te organiseren? Zo ja, wat was de reden om toch in Nederland naar een onderkomen te zoeken? Heeft de Nederlandse overheid daarover contact gehad met de ITEC-organisatie? Zo ja, wat was het onderwerp van correspondentie en wat was de opvatting van de regering?

Antwoord
Dat is inderdaad de strekking van hetgeen toenmalige minister-president Kok heeft geschreven. Over de motieven van de organisatie om dit jaar de ITEC-beurs in Nederland te houden is ons niets bekend. Hierover is geen contact geweest met de regering.

Vraag 5
Bent u bereid deze vragen ruim voor het begin van deze beurs te beantwoorden?

Antwoord
Ja.


1) Het Parool, 18 maart jl. "Cohen tegen wapenbeurs".
2) de Volkskrant, 31 januari 1998
3) Aanhangsel-Handelingen nr. 668, vergaderjaar 2004-2005


-----------------------
United Nations Programme of Action to Prevent, Combat and Eradicate the Illicit Trade in Small Arms and Lights Weapons in all its Aspects, aangenomen in juli 2001.


---- --