Toespraak van de minister van Verkeer en Waterstaat, Karla Peijs, bij de
presentatie van de verkeersveiligheidscijfers 2004
Dames en heren,
Misschien had u het aan mijn gezicht al zien, maar er staat hier een
erg blije minister voor u. Ik heb u namelijk heel goed nieuws te
melden. In 2004 zijn er in Nederland wéér minder verkeersdoden
gevallen dan de laatste jaren. Niet een beetje minder, maar véél
minder. Vorig jaar moest ik u voor het eerst in jaren nog een kleine
stijging melden naar 1088 doden in 2003. In 2004 waren dat er 881, een
verschil dus van meer dan 200. Daar ben ik echt verschrikkelijk
tevreden over. Dat zult u begrijpen.
Als je de cijfers analyseert, zien we over bijna de hele linie een
daling. Maar een paar dingen vallen nog eens extra op. Dat is - om te
beginnen -de daling van het aantal dodelijke slachtoffers in een paar
risicoleeftijden. Het aantal doden onder kinderen tot 12 jaar is 23.
Dat waren er in 2003 nog 42. Onder jongeren in de brommerleeftijd van
16 en 17 jaar daalde het aantal doden in 2004 van 49 naar 28. En bij
de beginnende automobilisten van 18-19 jaar gaat het om een daling van
66 naar 48. Wat ook opvalt, zijn de cijfers voor het bestelverkeer. In
2003 vielen er nog 157 verkeersdoden bij ongelukken met bestelauto's.
Vorig jaar waren dat er 61.
Een enkele uitschieter in negatieve zin is er ook. Er overleden
namelijk opvallend veel fietsers na een aanrijding met een
rechtsafslaande vrachtwagen. In die categorie zitten we met 16 doden
weer op het niveau van vóór de verplichte dodehoekspiegel.
Ik zal hier niet alle cijfers met u gaan doorakkeren. Die krijgt u ook
op papier. Maar het beeld is duidelijk: een forse daling op bijna alle
fronten, een spectaculair verhaal op onderdelen en een zorgwekkende
ontwikkeling op een enkel punt. Daar ben ik al met al blij mee. Héél
blij. En kijkend naar het cijfer van 881 onder de streep, ben ik er
ook wel een beetje trots op, dat mag u rustig weten.
Uw vraag aan mij is natuurlijk meteen: hoe komt het? Wat zijn de
oorzaken? En is hier sprake van toeval of hebben we het over een
structureel gegeven? Dat wil ik natuurlijk ook weten en ik heb alle
specialisten die ik in huis heb aan het werk gezet om dat uit te
zoeken. Helaas is het tot nu toe onmogelijk gebleken om één duidelijke
oorzaak of combinatie van oorzaken aan te wijzen. Als ik
opportunistisch was, zou ik het succes helemaal toeschrijven aan het
verkeersveiligheidsbeleid van de afgelopen jaren. Natuurlijk helpt dat
beleid en er gebeurt ook heel veel: van campagnes als Bob en Goochem
en vernieuwingen in de rijopleiding tot de aanleg van veilige
infrastructuur. Maar eerlijk is eerlijk, daarmee kan ik niet het grote
verschil ten opzichte van 2003 verklaren. Dat geldt ook voor andere
factoren. Het weer heeft bijvoorbeeld ook een positieve rol gespeeld,
maar die invloed is net zo goed beperkt. Op onderdelen is nog meer
onderzoek nodig en dat zal ik ook laten uitvoeren.
Het enige wat ik wel al met zekerheid kan zeggen, is dat de
verkeersveiligheidscijfers 2004 in lijn zijn met een paar andere
relevante gegevens. Zo zie we ook het aantal snelheidsovertredingen
dalen. Met name op de beruchte black spots waar de pakkans door
trajectcontroles veel groter is geworden. Verder krijgen verzekeraars
minder claims binnen en daalt het aantal verkeersdoden ook in andere
Europese landen fors. Dat zijn hoopgevende signalen, maar het is echt
te vroeg om van een trendbreuk te spreken.
We hebben ook al vaker gezien dat na een daling toch weer een stijging
optrad. Dat was zelfs vorig jaar nog het geval. Ik wil me dus niet
rijk rekenen. Één zwaluw - hoe mooi ook - maakt nog geen zomer. Ik ga
dus gewoon door met de verkeersveiligheidsplannen die nog in de
pijplijn zitten. Sterker nog: deze cijfers motiveren mij nog eens
extra om er hard aan te blijven trekken. Want 881 doden, dat zijn er
gemiddeld nog steeds 2,4 per dag. De wereld van verdriet die daar
achter schuilgaat, is nog steeds niet te overzien. Dat moeten we ons
wel goed blijven realiseren.
En daarmee, dames en heren, kom ik op de reden waarom we u op deze
locatie hebben uitgenodigd. Hoe lager het aantal verkeersslachtoffers,
des te meer kijken we naar de techniek en andere slimme oplossingen
voor verdere verbetering. Daarmee is echt nog winst te halen en dat
willen we u heel graag laten zien. Ik heb net bijvoorbeeld een
simulatierit gemaakt in de vrachtwagensimulator waarmee ik meteen een
nieuw project heb afgetrapt: `Deartruck'. Dat staat voor detection
around the truck. Een hele mond vol, maar feitelijk komt het neer op
allerlei technische snufjes, waardoor de chauffeur precies weet wat er
om hem heen gebeurt. Van achterzichtcamera's tot parkeersensoren. Een
soort hoogtechnologische dodehoekspiegel rondom dus. Daar gaan we
vanaf vandaag praktijkproeven me doen. Minder spectaculair om te zien,
maar zeker niet minder belangrijk, zijn de ontwikkelingen rond de
`slimme camera's' die we hier presenteren. Met dat soort middelen
kunnen we in de toekomst bijvoorbeeld nieuwe stoeptegelincidenten te
lijf gaan. En zo ziet u hier nog veel meer innovaties die - hoe
verschillend ook - één ding gemeenschappelijk hebben: ze zijn allemaal
gericht op nóg meer verkeersveiligheid.
Ik wil daar wel nog iets aan toevoegen. Want slimme oplossingen
bedenken is één ding en daar zijn we in Nederland ook behoorlijk goed
in. Maar voor de grootschalige ontwikkeling en toepassing moeten we
toch echt samenwerken in Europees verband. Iedereen vraagt zich deze
weken af waarom je op 1 juni vóór die Europese Grondwet zou moeten
stemmen. Mijn antwoord daarop is: omdat we heel veel praktische zaken
alleen in Europa goed kunnen regelen. Ook de stimulering en invoering
van slimme voertuigtechnologie. Maar dan moet de EU wel een beetje
soepel blijven marcheren en dáár is die Grondwet voor. Wie dus op 1
juni `ja' zegt tegen dit document zegt ook `ja' tegen meer veiligheid
op onze wegen. Zo direct is dat verband echt en vandaar dat ik ook
vandaag iedereen wil oproepen om op 1 juni `ja' te stemmen.
Dames en heren,
Nederland doet het al jaren heel erg goed op het gebied van
verkeersveiligheid. Als je het aantal slachtoffers afzet tegen het
aantal inwoners zitten we in Europa al jaren in de top. En nog niet
zo lang geleden wees nota bene een Australisch onderzoek uit dat we
zelfs het meest verkeersveilige land ter wereld zijn als je kijkt naar
het aantal slachtoffers per gereden kilometer. Ik vermoed dat we die
koppositie met de cijfers over 2004 alleen maar versterken. Daar mogen
we best trots op zijn. En dat ben ik dus ook. Maar zoals ik ook al
zei: er is geen enkele reden om rustig achterover te gaan leunen. En
neemt u maar van mij aan dat we dat ook niet gaan doen.
Dank u wel.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat