Wageningen Universiteit

Persbericht Wageningen UR: nr 041, 17 mei 2005

TIEN SUCCESFACTOREN VOOR EEN LOKALE INITIATIEFGROEP

Wie als initiatiefgroep voor het behoud van het multifunctioneel gebruik van bijvoorbeeld een fraai landgoed wil slagen, doet er goed aan een aantal succesfactoren voor ogen te houden, alvorens in de hitte van de strijd zich te verliezen in details, onmogelijk te combineren doelen en gebrek aan visie. Onderzoekers en studenten van Wageningen Universiteit brachten de factoren in kaart en leggen ze 18 mei voor aan de Vereniging Rondom Kraaybeek in Driebergen die de Wetenschapswinkel van Wageningen UR om advies vroeg.

De Vereniging Rondom Kraaybeek (VRK) in Driebergen zet zich in voor behoud van ecologische, cultuurhistorische en recreatieve waarden van het in 1840 gestichte landgoed Kraaybeek en omgeving. Door landgoedeigenaren, gemeente en andere belanghebbenden aan te sporen tot een gemeenschappelijke visie op het gebied hoopt de vereniging de huidige waarden veilig te stellen en een ontwikkelingstraject voor de lange termijn in gang te zetten. Een vereniging, zoals de VRK, kan echter een aantal mogelijkheden benutten om haar doel te bereiken.

De onderzoekers brachten de situatie in het gebied onder de A12 in Driebergen-noordoost in kaart en formuleerden een aantal succesfactoren met een algemeen geldend karakter voor het welslagen van een georganiseerd bewonersinitiatief.


1. Meedenken en meewerken om een gemeente te overtuigen Door alleen negatief te zijn en 'nee' te zeggen komt de discussie niet verder. De zelfstandigheid van de groep moet wel zijn geborgd.
2. Professionals in de initiatiefgroep
Onderliggende rapporten, proceduremogelijkheden en strategische afwegingen worden gemakkelijker eigen voor mensen die zich hier beroepshalve al mee bezighouden.
3. Benut netwerken
Persoonlijke contacten verlagen de drempel naar partijen en informatie.
4. Persoonlijke betrokkenheid van gemeentelijke medewerkers Met gedreven ambtenaren en beleidsmakers en een gemakkelijke omgang verlopen processen soepeler.
5. Een zichtbare achterban
Een herkenbare en grote groep kan gemeente en publieke opinie beïnvloeden.
6. De aanhouder wint
Een initiatiefgroep mag geen eendagsvlieg zijn. Structurele tijdsinvestering en inzet zijn vereist en wekken ontzag.
7. Concentreren op het doel door visie
Een oordeel over het doel en de middelen om die te bereiken moet helder zijn.
8. Inzet van de pers
Werkt vooral bij activiteiten, maar minder bij een vertrouwelijke omgang met de gemeente.
9. Contact met uitvoerenden bij de gemeente
Zichtbare en goede contacten op verschillende (ook uitvoerende) niveaus verhoogt de motivatie van de groepsleden.
10. Bezwaar- en beroepsmogelijkheden als drukmiddel. Dit werkt beter als stok achter de deur, want zelfs gewonnen zaken zijn in werkelijkheid niet altijd effectief.

De Wageningse onderzoekers stellen in de Kraaybeek-situatie dat door de diverse partijen met verschillende belangen in werkateliers bij elkaar te brengen er meer begrip is ontstaan voor elkaars standpunten. Dat heeft inmiddels geleid tot consensus over verbeteringen in bijvoorbeeld de waterhuishouding van het gebied. De studies dienen voorts als startpunt om minder vrijblijvend dan voorheen een plan voor het gebied uit te werken.