Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Contactpersoon

-
Datum
19 mei 2005
Ons kenmerk
DGW/ CF-2005/671
Doorkiesnummer

-
Bijlage(n)

1
Uw kenmerk

-
Onderwerp
Water in Beeld 2005

Geachte voorzitter,

Hierbij doe ik u de jaarlijkse voortgangsrapportage over het waterbeheer in Nederland Water in Beeld 2005 toekomen. De rapportage is goedgekeurd door de gezamenlijke partners in het waterbeheerder, zoals vertegenwoordigd in het Landelijk Bestuurlijk Overleg Water (LBOW). De onafhankelijke Adviescommissie Water onder voorzitterschap van Zijne Koninklijke Hoogheid de Prins van Oranje heeft over Water in Beeld 2005 advies aan mij uitgebracht. Op de belangrijkste conclusies in de voortgangsrapportage en het advies van de ACW ga ik hieronder in.

In het algemeen blijkt uit Water in Beeld 2005 dat de komende jaren een aanzienlijke inspanning nodig is door alle partners in het waterbeheer om de doelstellingen op het gebied van veiligheid, waterkwantiteit en waterkwaliteit te halen. Tegelijkertijd zijn in de afgelopen periode ook een aantal zeer noemenswaardige mijlpalen bereikt.

Op het gebied van de bescherming van Nederland tegen hoogwater zijn in 2004 de volgende vorderingen geboekt. In het kustgebied lag de nadruk op de aanpak van acht plaatsen waar versterking van de kustverdediging prioritair is en waar ook de ruimtelijke kwaliteit verbetering behoeft. In mei 2004 heeft het Bestuurlijk Overleg Kust het beleidskader hiervoor vastgesteld. Uitvoeringsbesluiten over de aanpak van de zwakke schakels worden in 2007 verwacht. In het rivierengebied kreeg met name de voorbereiding van de Planologische kernbeslissing Ruimte voor de Rivier veel aandacht. Verder is in 2004 op een aantal grote projecten belangrijke vorderingen geboekt. Zo werden in de periode tot

1 oktober 2004 vier trajecten van het Deltaplan Grote Rivieren (DGR) geheel afgerond. Daarmee voldoet nu negentig procent van de onderhavige dijken aan de nieuwe eisen.

De waterkwaliteit wordt op dit moment getoetst aan de normen zoals deze in de Vierde nota waterhuishouding (NW4) zijn opgenomen. Daarnaast wordt reeds geanticipeerd op de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Deze hoofddoelstelling van de KRW is dat de waterlichamen in 2015 een goede chemische en ecologische toestand hebben. Voor het bereiken van de KRW doelstelling zal het beleid op andere terreinen meer dan nu rekening moeten houden met de waterkwaliteitsdoelen. Deze externe integratie en de concrete uitwerking van de KRW zijn een grote inhoudelijke en bestuurlijke opgave, die om samenwerking tussen vele partijen vraagt.

De problematiek op het gebied van waterkwantiteit (overlast en tekorten) blijft actueel tegen de achtergrond van de voorspelde klimaatveranderingen. Wateroverlast in de rijks-wateren doet zich met name gelden in toenemende problemen met het handhaven van de streefpeilen op het IJsselmeer en op het Noordzeekanaal. Het voorkomen en bestrijden van wateroverlast in de regionale wateren is een belangrijk onderwerp in het nationaal Bestuursakkoord Water (NBW). Uit een inventarisatie van de Unie van Waterschappen blijkt, dat alle waterschappen invulling geven aan de NBW- afspraken. De ervaringen met de watertekorten in 2003 zijn vertaald in het beleid en het operationele beheer. Zo is een calamiteitendraaiboek opgesteld voor omstandigheden met te weinig of te warm water.

Tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap stond het waterbeheer hoog op de agenda. De lidstaten zijn akkoord gegaan met het opstellen van een Europees actieprogramma ten behoeve van het beheersen van overstromingsrisico's. Dit actieprogramma moet het risico op overstromingen en daaruit volgende schade zoveel mogelijk beperken. In
november 2004 werd voor de tweede keer een conferentie gehouden voor de Europese Mariene Strategie. Deze strategie moet zich ontwikkelen tot een flexibel mechanisme, dat zich richt op de balans tussen duurzaam gebruik en duurzame bescherming van het mariene milieu.

In de doorvertaling van het waterbeleid in provinciale en gemeentelijke plannen zijn in 2004 goede stappen voorwaarts gezet. De verdere uitwerking van het waterbeleid wordt geconfronteerd met vragen over de verdeling van bevoegdheden en de financiering van het waterbeheer. Met de uitvoering van de kabinetsvoornemens tot vermindering van de administratieve lasten is ook in het waterbeheer in 2004 een aanvang gemaakt.

De Adviescommissie Water (ACW) heeft in maart een advies gegeven over Water in Beeld 2005. Dit advies bevat de volgende hoofdpunten: De Adviescommissie Water merkt in algemene zin op dat Water in Beeld 2005 een redelijk beeld van de uitvoering van het waterbeleid in Nederland geeft;
De commissie is van oordeel dat bij het vaststellen van veiligheidsnormen en de toetsing van de niet-primaire waterkeringen te weinig voortgang wordt gemaakt. Later dit jaar zal de ACW een advies uitbrengen over veiligheid tegen overstromen;
De commissie stelt vast dat de verbetering van de waterkwaliteit achterblijft en adviseert om in Water in Beeld meer aandacht te schenken aan maatregelen die op regionale of lokale schaal kunnen worden genomen. Waar mogelijk is Water in Beeld 2005 reeds aangepast naar aanleiding van door de commissie gesignaleerde omissies. Op enkele onderdelen zal dit, voornamelijk vanwege het thans ontbreken van de benodigde gegevens, in de volgende voortgangsrapportage gebeuren.

Hoogachtend,

DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

mw drs M.H. Schultz van Haegen