Vereniging Nederlandse Gemeenten

VNG reactie op rapport vrijwilligers bij de brandweer

Uit de rapportage Vinden en binden van vrijwilligers bij de brandweer in 2005 blijkt dat steeds minder korpsen problemen ondervinden bij het werven van vrijwilligers. De VNG is hier verheugd over. Wel baart de verwachting dat het werven in de toekomst moeilijker zal worden zorgen. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat deze verwachting ook in onderzoeken uit begin en eind jaren negentig werd uitgesproken, en nu dus geen bewaarheid is gebleken.

Het blijkt dat het vrijwilligerschap bij de brandweer goed is te combineren met een hoofdberoep elders. De opmerking van minister Remkes bij de presentatie van het rapport dat werknemers uit de publieke sector sterk ondervertegenwoordigd zijn klopt echter niet. Van de vrijwilligers heeft 13 % zijn hoofdberoep in de publieke sector, tegen 10% van de werknemers in Nederland. De publieke sector is dus eerder licht oververtegenwoordigd.

Ondanks dat het vrijwilligerschap goed te combineren is met een hoofdberoep elders blijkt de beschikbaarheid overdag, tijdens kantooruren, een groot probleem. Het verbeteren van het relatiebeheer met de hoofdwerkgever kan dus, zoals de opstellers van het rapport aangeven, belangrijk zijn. Aan de bereidheid van de hoofdwerkgevers om hun medewerkers ter beschikking te stellen, blijkt het volgens het rapport niet te liggen. Naar de redenen waarom de beschikbaarheid overdag dan wel afneemt, wordt slechts gegist. Dat maakt het moeilijk om op basis van dit rapport concrete aanbevelingen te doen over het relatiebeheer met de hoofdwerkgever. Overigens is door de NVBR hiervoor een zeer bruikbare handleiding ontwikkeld.

De VNG zal zich in de toekomst ook richten op diversiteit specifiek bij de brandweer, samen met andere betrokken partijen, in het project van binnen naar buiten. De brandweer dient een afspiegeling te zijn van de maatschappij. Een grotere diversiteit (vrouwen, allochtonen) is onderdeel van sectoraal beleid via het A&O Fonds Gemeenten.