Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk: IZ. 2005/1890
datum: 08-07-2005
onderwerp: Geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad, 18 juli 2005 te Luxemburg
Bijlagen:
Geachte Voorzitter,
Op 18 juli a.s. vindt in Brussel de volgende vergadering plaats van de Raad van Ministers voor Landbouw en Visserij van de Europese Unie. In deze brief informeer ik u over de onderwerpen die op de agenda staan en de Nederlandse inzet daarbij.
Het is mogelijk dat er nog onderwerpen aan de agenda worden toegevoegd of juist worden uitgesteld tot een volgende vergadering.
In deze eerste Landbouw- en Visserijraad onder Brits voorzitterschap zal het werkprogramma voor het komend half jaar worden toegelicht. Het landbouwdeel van de agenda staat voornamelijk in het teken van de presentatie van de nieuwe Commissievoorstellen voor de hervorming van de suikermarktordening. Voorts zal de Commissie een voorstel over de verbetering van het welzijn van vleeskuikens presenteren en de strategische richtsnoeren toelichten, die de Commissie voor plattelandsontwikkeling heeft opgesteld. Voor wat betreft visserij, zal de Raad de verordening van de Commissie inzake noodmaatregelen voor ansjovis in de Golf van Biskaje bespreken. Mogelijk komen ook de onderhandelingen over een visserijovereenkomst met Marokko aan de orde.
Werkprogramma van het voorzitterschap
(Presentatie)
De horizontale thema's van het Britse voorzitterschap zijn verbetering en vereenvoudiging van regelgeving, duurzame ontwikkeling en milieu. Tegen deze achtergrond zal de informele Raad van Landbouwministers (Londen, 10-12 september) worden gecombineerd met die van Milieuministers, met als thema de interactie tussen klimaatsverandering en de landbouw. Ten aanzien van de reguliere wetgevingsagenda wil het voorzitterschap de hervorming van de suikermarktordening afronden. Het voorzitterschap streeft naar een politiek akkoord in de Raad van november, zodat de EU een helder signaal afgeeft in aanloop naar de ministeriële WTO-conferentie die half december in Hongkong plaatsvindt.
Het voorzitterschap is verder voornemens de strategische richtsnoeren voor plattelandsontwikkeling vast te stellen en de voorstellen over dierenwelzijn voor vleeskuikens en bestrijding van aviaire influenza voor het einde van het jaar af te ronden. Ook hoopt men voortgang te boeken ten aanzien van de BSE-verordening, de autorisatie en het duurzaam gebruik van pesticiden, het onderhandelingsmandaat inzake Forest Law Enforcement, Governance and Trade en de bestrijding van aquatische dierziekten. Teneinde de jaarlijkse onderhandelingen over de TAC's en quota voor de visserij in december soepel te laten verlopen, wil het voorzitterschap de voorstellen hiervoor al eerder in de Raad bespreken.
Hervorming marktordening suiker
(Presentatie)
Op 22 juni jl. heeft de Commissie de langverwachte voorstellen voor de hervorming van de marktordening voor suiker gepresenteerd. Commissaris Fischer Boel zal haar voorstellen toelichten, die in een aantal opzichten verder gaan dan de mededeling van juli 2004. Om de discussie die hierop zal volgen enigszins te stroomlijnen, heeft het voorzitterschap drie vragen van algemene aard opgesteld. Allereerst worden de lidstaten gevraagd zich uit te spreken over de wenselijkheid van de vrijwillige opkoopregeling in combinatie met een forsere prijsdaling, in plaats van een verplichte pro rata korting in combinatie met een lagere prijsdaling. Ook ligt de vraag voor of het lange termijnperspectief in de vorm van een looptijd van de nieuwe marktordening tot 2014/15 op steun kan rekenen. Tot slot vraagt het voorzitterschap naar de mening van de Raad over het voorgestelde niveau van inkomenscompensatie voor de bietentelers.
Binnenkort zal ik in een brief aan uw Kamer uitvoerig ingaan op de voorstellen van de Commissie en de inzet van het kabinet daarbij. Daarin komen alle aspecten die samenhangen met deze hervorming uitvoerig aan bod. Vooruitlopend daarop kan ik in antwoord op de vragen van het voorzitterschap meedelen, dat ik streef naar een hervorming die resulteert in een meer concurrentiekrachtige Europese suikersector, die marktgericht opereert met een substantieel lager prijsniveau dan nu. Vanuit deze invalshoek gaat mijn voorkeur uit naar de voorgestelde vrijwillige opkoopregeling in combinatie met een forsere prijsdaling. Daarnaast ben ik van mening dat uit oogpunt van stabiliteit en zekerheid een lange termijnperspectief voor de suikersector van groot belang is. Met een looptijd van de nieuwe marktordening tot 2014/15 geeft de Commissie hier mijns inziens goed invulling aan. In antwoord op de derde vraag van het voorzitterschap ben ik van mening dat in het licht van de definitieve prijsdaling de inkomenscompensatie voor boeren procentueel hoger mag uitvallen. De bietentelers zien zich namelijk - in tegenstelling tot andere recent hervormde sectoren - niet alleen geconfronteerd met een forse prijsdaling, maar ook met een aanzienlijke quotumkorting. Daarbij steun ik de Commissie in het streven naar een budgetneutrale hervorming.
Dierenwelzijn vleeskuikens
(Presentatie)
De Commissie zal een voorstel presenteren over een minimum niveau van dierenwelzijn voor vleeskuikens. Dit voorstel stond aanvankelijk geagendeerd op de Raad van 20 en 21 juni jl., maar is toen op het laatste moment van de agenda gehaald.
Momenteel zijn slechts de algemene regels van dierenwelzijn van toepassing op vleeskuikens. Met dit voorstel worden specifieke welzijnseisen voor vleeskuikens vastgelegd, onder meer in de vorm van bepalingen ten aanzien van de maximale bezettingsgraad. Daarnaast worden eisen gesteld op het gebied van goed management en zijn voorwaarden opgenomen ten aanzien van licht, ventilatie, strooiselkwaliteit en uitvalpercentages. Ik hecht veel waarde aan een zo hoog mogelijk niveau van dierenwelzijn. Daarbij ik heb altijd aangegeven te streven naar een level playing field. Ik ben van mening dat goed moet worden gekeken naar consequenties voor de Nederlandse pluimveesector en de mogelijke administratieve lastendruk van dergelijke nieuwe regels. In het bijzonder moet worden gekeken naar de consequentie en wenselijkheid van de middelvoorschriften zoals de Commissie die voorstelt.
Strategische richtsnoeren plattelandsontwikkeling
(Presentatie)
Op 20 juni jl. heeft de Raad een politiek akkoord bereikt over de kaderverordening Plattelandsontwikkeling 2007-2013. Deze verordening bepaalt dat binnen vijf maanden na het vaststellen ervan, de Raad een besluit moet nemen over communautaire strategische richtsnoeren voor het plattelandsontwikkelingsbeleid.
De Commissie doet daar nu een eerste voorstel toe door zes richtsnoeren te formuleren: één per as uit de kaderverordening en twee algemene. Leidend daarbij is dat het GLB en het plattelandsbeleid bijdragen aan de prioriteiten zoals geformuleerd in de Lissabonstrategie, aangevuld met de Göteborg-principes van duurzaamheid. Het is van belang dat de richtsnoeren voldoende speelruimte bieden voor de Nederlandse situatie. Dit lijkt over het algemeen het geval.
Noodmaatregelen ansjovis
(Aanname)
Vanwege de recent sterk verslechterde situatie van het ansjovisbestand in de Golf van Biskaje, heeft de Commissie onlangs noodmaatregelen getroffen in de vorm van een visserijverbod voor de duur van drie maanden. Na deze periode moet wetenschappelijk onderzoek uitwijzen of verdere maatregelen nodig zijn. Frankrijk heeft bezwaar aangetekend tegen deze maatregel en wil dit op de Raad aankaarten. Nederland heeft geen directe visserijbelangen bij dit bestand en uit het oogpunt van duurzame visserij kan ik de maatregelen van de Commissie steunen.
Visserijovereenkomst EG-Marokko
(Aanname)
De Raad zal zich buigen over de richtsnoeren en de strategie voor de onderhandelingen met Marokko over een visserijovereenkomst. Al in 1999 heeft de Raad de Commissie gemandateerd om met Marokko te onderhandelen over een nieuwe partnerschapsovereenkomst op visserijgebied. Na maanden van intensieve besprekingen liepen de onderhandelingen in 2000 echter vast, waarop de Raad besloot voorlopig af te zien van een nieuwe overeenkomst. De Commissie acht na een impasse van vijf jaar het moment aangebroken om de besprekingen te hervatten. Ik kan instemmen met de richtsnoeren en de strategie die de Commissie voorstelt. Nederland heeft overigens beperkte visserijbelangen bij een nieuwe overeenkomst.
Diversen
Voorts ben ik voornemens om onder het agendapunt Diversen de Commissie te attenderen op de noodzaak om nader met elkaar van gedachten te wisselen over de voorwaarden waaronder pluimveevleesproducten aangeduid mogen worden als 'vers'. In dat verband zal ik de Commissie eveneens verzoeken te bezien in hoeverre oorsprongsetikettering een bredere toepassing kan krijgen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman