Gemeente Utrecht

Toelichting op besluiten van het college van burgemeester en wethouders

Persconferentie naar aanleiding van de collegevergadering om 16.00 uur in de perskamer van het stadhuis.


1. Oproep voor schonere bussen in Utrecht
Vanaf 2010 voldoen alle buslijnen die door de stad en regio Utrecht rijden aan de Europese normen voor de uitstoot van stikstofdioxiden en fijn stof in de lucht. Met deze wens richt het Utrechts college zich tot het Bestuur Regio Utrecht (BRU) dat verantwoordelijk is voor het openbaar vervoer in de regio Utrecht. Het BRU kan milieuvoorwaarden stellen bij het verlenen van (bus)concessies en bij het toelaten van andere vervoerders op het grondgebied van de regio. Het college verwacht dat de kosten voor schonere bussen, grotendeels kunnen worden terugverdiend via rijkssubsidies, accijnsverlaging of vermindering van brandstofkosten. Resterende kosten zouden door het BRU betaald moeten worden.

De luchtkwaliteit is een actueel onderwerp. Overschrijding van de normen dreigt vooral bij snelwegen en hoofdroutes door de stad. Dat is slecht voor het milieu en de gezondheid van omwonenden. Aangezien in Utrecht relatief veel bussen rijden, draagt het voorstel voor schonere bussen bij aan een verbetering van de luchtkwaliteit. Op de Graadt van Roggenweg bijvoorbeeld is het busverkeer verantwoordelijk voor zo'n 30% van de uitstoot van stikstofdioxiden en fijn stof. Ook op veel andere wegen waar de normen worden overschreden, speelt de bus een belangrijke rol. Bussen die op LPG en aardgas rijden, voldoen nu al ruimschoots aan de Europese normen. Ook de nieuwe dieselbussen kunnen aan de normen voldoen. Oudere dieselbussen dienen versneld te worden afgeschreven of moeten technisch worden aangepast.


2. Evaluatie: werkwijze huiswerkbegeleiding voldoet Utrechtse scholen voor voortgezet onderwijs verzorgen veelal via de eigen leerkrachten huiswerkbegeleiding en zij zijn daar tevreden over. Dit blijkt uit een evaluatie van de huiswerkbegeleiding op de Utrechtse scholen voor voortgezet onderwijs in het voorjaar van 2004. De scholen hebben de ruimte om huiswerkbegeleiding in te kopen bij externen zoals migrantenzelforganisaties (MZO's). Zij kunnen daarvoor hun subsidie voor onderwijsachterstandenbestrijding aanspreken. Maar de scholen geven de voorkeur aan de inzet van eigen docenten. Eigen docenten zijn op pedagogisch-didactisch terrein het meest deskundig, zo is de mening. Bovendien kunnen de eigen docenten het beste de verbinding maken tussen wat de school verlangt en wat de leerling nodig heeft.

De evaluatie is gehouden een jaar nadat het college heeft besloten dat migrantenzelforganisaties die huiswerkbegeleiding aanbieden, voor dit aanbod niet meer volledig gesubsidieerd worden door de afdeling Welzijnszaken. MZO's moeten nu hun aanbod te koop aanbieden aan de scholen die dan desgewenst uit hun LOA-budget (lokaal onderwijsachterstandengeld) dit aanbod kopen. Voor de evaluatie is een korte inventarisatie gehouden onder alle scholen voor voortgezet onderwijs in Utrecht die LOA-subsidie ontvangen.

De evaluatie wijst verder uit dat bijna de helft van de Utrechtse VO-scholen geen of nauwelijks huiswerk opgeeft en derhalve ook geen huiswerkbegeleiding biedt. De scholen die wel huiswerk opgeven, bieden ook ondersteuning. Deze ondersteuning wordt echter niet betaald uit gemeentelijke subsidie voor onderwijsachterstandenbestrijding, maar uit middelen die de scholen rechtstreeks van het rijk ontvangen.

Vanuit de vraag in hoeverre de migrantenzelforganisaties allochtone leerlingen bereiken met hun huiswerkbegeleiding, heeft de afdeling Welzijn begin 2005 aan de MZO's enkele vragen gesteld over huiswerkbegeleiding. Daaruit kwam naar voren dat 12 van de 120 MZO's in het afgelopen jaar aan totaal 361 allochtone leerlingen huiswerkbegeleiding hebben gegeven. De leeftijd van de leerlingen varieert van 6 tot 18 jaar. Slechts enkele migrantenzelforganisaties hebben met de scholen contact over de huiswerkbegeleiding. De MZO's zien hun aanbod als ondersteuning op onder andere het terugdringen van taalachterstand van de leerlingen en achten hun specifieke aanbod een voor allochtonen zinvolle aanvulling op hetgeen de school biedt.

Ook de scholen zijn begin 2005 opnieuw benaderd met de vraag in welke mate de eventuele huiswerkbegeleiding die de scholen bieden, ten goede komt aan allochtone leerlingen. De scholen blijken geen onderscheid te maken tussen allochtoon of autochtoon. Begeleiding wordt geboden aan een hele klas of aan een individu dat extra hulp nodig heeft. Enkele scholen zien naast hun eigen steun de meerwaarde van aparte huiswerkbegeleiding aan allochtone leerlingen door MZO's. De subsidiëring van de accommodaties voor MZO's die huiswerkbegeleiding verzorgen, wordt voortgezet.


3. Uitbreiding en opknappen scholen Lunetten
Het college heeft ¤ 2 miljoen beschikbaar gesteld om het Eifelcomplex in Lunetten op te knappen en uit te breiden. Daarnaast is ¤ 7 ton nodig om het gebouw asbestvrij te maken. In dit complex zijn drie basisscholen gehuisvest: OBS De Klim, De Baanbreker (PC) en De Spits (RK). In de afgelopen jaren is het aantal leerlingen in de wijk Lunetten zo sterk gestegen, dat een uitbreiding van het huidige gebouw noodzakelijk is. De leerlingen worden tijdelijk opgevangen in noodlokalen op het Zwarte Woud.

De opknapbeurt is tegelijk een goede aanleiding om het complex asbestvrij te maken. Op diverse plaatsen in dit gebouw uit de jaren 70 is asbest verwerkt om plaatsen tegen vocht of brandgevaar te beschermen. Het asbest in de Eifel heeft nooit gevaar voor de gezondheid opgeleverd, omdat het niet in de openlucht aanwezig was. Echter, volgens de huidige inzichten hoort asbest niet in gebouwen thuis.

De werkzaamheden zullen starten in het voorjaar van 2006 en in de loop van 2007 gereed zijn.


4. Groen nadrukkelijk verankerd in Visie Rotsoord Het centrale deel van Rotsoord blijft groen en dat betekent dat er ruimte blijft voor de kinderboerderij en de vogelopvang. Er liggen mogelijkheden tot verdere ontwikkeling van een 'groen' ontmoetingspunt. Wel wordt bekeken of het mogelijk is de volkstuinen te verplaatsen naar een locatie elders in Tolsteeg of Hoograven. Het college is enthousiast over het plan dat nu voorligt.

De aandacht voor groen is één van de punten uit de Visie Rotsoord, die door het college voor inspraak is vrijgegeven. Het gaat om een actualisatie van de Visie Rotsoord, die voorjaar 2003 in de inspraak is geweest maar nooit door het college is vastgesteld. Het college vond dat de oorspronkelijke visie te weinig ruimte bood voor particuliere initiatieven om het gebied te herontwikkelen.

Rotsoord is een strategisch gelegen bedrijvengebied aan de Vaartsche Rijn, op korte afstand van de binnenstad en het toekomstige NS station Vaartsche Rijn.

De visie Rotsoord moet er voor zorgen dat bij toekomstige ontwikkelingen deze strategische ligging goed wordt benut, zonder dat karakteristieke (industriële) bebouwing en de pluriformiteit van functies in het gebied verloren gaat.

In de geactualiseerde visie wordt op tal van punten tegemoet gekomen aan inspraakreacties. Zo is in het programma voor het gebied geen corporatiehotel meer opgenomen. Wel is er ruimte voor teminste 60 sociale huurwoningen, waarover met corporatie Mitros in het kader van het wijkontwikkelingsplan Hoograven afspraken zijn gemaakt. De uitgangspunten voor bouwhoogten worden gebaseerd op de hoogte van de huidige bebouwing in en rond Rotsoord met accenten op kruising Baden Powellweg -Vaartsche Rijn en op kruising Briljantlaan-Diamantweg. Het voorkomen van parkeeroverlast is in de Visie Rotsoord als belangrijk uitgangspunt opgenomen.

De gemeente treedt over de uitvoering van de visie met grondeigenaren en initiatiefnemers in overleg. Naast de sociale woningbouw op de hoek Diamantweg-Briljantlaan gaat het om het Viconaterrein ( gemengde functies met accent op wonen), om Pastoe ( uitbreiding van het designcentrum), garage Bol ( mogelijke locatie voor artplex-bioscoop en hotel), terrein de Boo, waarbij de mogelijkheden van de ruimtelijke visie Rotsoord medebepalend zijn voor de investeringsbeslissing om al dan niet te verhuizen.

Voor de uitvoerbaarheid van de ruimtelijke visie Rotsoord zijn de reacties van bewoners en andere belanghebbenden mede bepalend. Het is al weer een poosje stil geweest rondom de ontwikkeling van het gebied. Daarom start in september een nieuw inspraaktraject over de geactualiseerde visie. Aan het begin van die periode wordt een stadsplan met informatie verspreid en krijgen betrokkenen een uitnodiging voor een inloopavond.


5. Nieuwe bestemmingen Hamlaangebied (Vleuten) Het college heeft de inpassingsstudie Hamlaan vastgesteld. Hiermee stemt het college in met een globale invulling voor het gebied Hamlaan. In het gebied krijgen in ieder geval een plek: de Verlengde Parkweg, een watergang, een recreatiegebied, een begraafplaats en een manege. De bestaande dierenweide blijft op de huidige plek. De locatie Hamlaan ligt tussen Vleuten en Haarzuilens en wordt begrensd door de spoorlijn, de buurt Odenvelt/Nieuwe Vaart, de Parkweg en de Hamlaan.

In het gebied Hamlaan heeft de gemeente gronden aangekocht voor de aanleg van de Verlengde Parkweg en een watergang tussen Leidsche Rijn en de Haarrijnseplas. In de inpassingsstudie is onderzocht of op de aangekochte gronden ook ruimte gevonden kan worden voor de aanleg van een begraafplaats, een manege voor de Voornruiters en een recreatiegebied zoals bedoeld in het Landinrichtingplan Haarzuilens. Het college heeft nu ingestemd met inpassing van deze functies in het gebied. De manier waarop ze een plek krijgen is vastgelegd in een zogenoemd vlekkenplan. Dat is een globaal plan, dat nog verder uitgewerkt moet worden naarmate duidelijker wordt wat ruimtelijk gezien precies nodig is per functie.

Zo is nu nog niet duidelijk hoe de begraafplaats wordt vormgegeven en geëxploiteerd. In ieder geval komt er ruimte voor de begraafplaats van de Hervormde Gemeente Vleuten aan de Europaweg, die daar, door de ontwikkeling van Vleuterweide, niet kan uitbreiden. Ook de loop van de watergang aan de noordzijde van de Parkweg moet nog worden bepaald. Voor het Landinrichtingsplangebied - dat een klein deel van het onderzoeksgebied omvat - stelt de Dienst Landelijk Gebied (DLG) nog een gedetailleerd inrichtingsplan op. Tenslotte moeten met de Voornruiters nog definitieve afspraken gemaakt worden over invulling van de manege. Het vlekkenplan vormt het kader voor de verdere planvorming.

De inpassingsstudie Hamlaan met het vlekkenplan, ligt van 24 augustus tot en met
20 september ter inzage bij het Wijkservicecentrum Vleuten-De Meern, Dorpsplein 1 in Vleuten. Op woensdag 14 september wordt in het Wijkservicecentrum van 17.00 uur tot 21.00 een inloopavond gehouden, waar belangstellenden een toelichting kunnen krijgen op het plan en de gelegenheid hebben om hun mening hierover kenbaar te maken.

Op 20 september vergadert de raadscommissie Stedelijke Ontwikkeling. Wanneer de commissie besluit de inpassingsstudie te agenderen, worden belanghebbenden hierover in een aparte brief geïnformeerd.

Nadat belanghebbenden hun mening hebben gegeven, wordt - in opdracht van het Projectbureau Leidsche Rijn - gestart met het maken van een zogenoemd stedenbouwkundig programma van eisen. Hieraan is een formeel inspraaktraject gekoppeld.


6. Wijziging procedureregeling planschadevergoeding Op een aantal belangrijke onderdelen verandert per 1 september 2005 de gemeentelijke procedureregeling voor het verkrijgen van planschadevergoeding. Via de planschaderegeling kunnen belanghebbende onder bepaalde voorwaarden aanspraak maken op vergoeding van schade als gevolg van wijziging of vrijstelling van een bestemmingsplan. De verandering van de procedureregeling is het gevolg van een recente wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

De veranderingen zijn:

- voortaan beslist het college in plaats van de gemeenteraad over verzoeken tot planschade. De verschuiving van bevoegdheid betekent ook dat niet langer de gemeenteraad maar het college de procedureregeling vaststelt. Utrecht volgt overigens de modelregeling zoals die is opgesteld door de Vereniging Nederlandse Gemeenten.


-elke aanvrager moet voorafgaand aan behandeling voortaan ¤ 300 betalen. Dit bedrag wordt teruggegeven bij een geheel of gedeeltelijk positieve beslissing over de aanvraag tot planschadevergoeding.


- vijf jaar na wijziging of vrijstelling van een bestemmingsplan vervalt de mogelijkheid tot het indienen van een planschadevergoeding.

Planschadeverzoeken die vóór 1 september 2005 worden ingediend zullen nog worden afgewikkeld naar oud recht, dat wil zeggen door de gemeenteraad en zonder het vereiste bedrag van ¤ 300.


7. Extra geld voor intensieve doorbemiddeling ex ID- en ex WIW-werknemers De gemeente Utrecht heeft drie bedrijven bereid gevonden om als (tijdelijk) werkgever op te treden voor ex I/D-ers en ex WIW-ers. Het gaat om een groep, die ondanks een bemiddelingstraject in de periode 1 juli 2004- 1 juli 2005 geen nieuwe baan gevonden hebben. UW-traject-BV, Wijkwerkbedrijf Utrecht en Stichting Gids verzorgen naast het (tijdelijk) werkgeverschap ook een intensieve begeleiding en doorbemiddeling naar een ´gewone´ baan of naar werk met een lagere loonkostensubsidie. Voor deze intensieve doorbemiddeling ontvangen de bedrijven extra subsidie naast de loonkostensubsidie (Subsidieregeling Reïntegratieverordening 2004) die ze als werkgever ontvangen. Het college van burgemeester en wethouders heeft met de extra subsidie ingestemd vanwege de inzet als gemeente Utrecht om alle I/D-ers en WIW-ers betaald werk te laten houden. De extra kosten van deze afwijking van de Subsidieregeling Reïntegratieverordening 2004 blijven binnen de door de gemeenteraad goedgekeurde begroting.