European Union

IP/05/1068

Brussel, 25 augustus 2005

Vogelgriep: Commissie maant lidstaten tot waakzaamheid

De Europese Commissie heeft vandaag in Brussel een vergadering van veterinaire deskundigen uit alle lidstaten gehouden om de situatie rond aviaire influenza (vogelgriep) in Azië en Rusland (Siberië) te bespreken en na te gaan welke maatregelen moeten worden genomen om te voorkomen dat de ziekte naar de EU overslaat. De Commissie heeft de lidstaten verzocht extra waakzaam te zijn en daarvoor geld beschikbaar gesteld. Op de vergadering werd een aantal maatregelen afgesproken; zo zullen de draaiboeken opnieuw worden bekeken en moet er scherper op worden toegezien dat de bestaande maatregelen, zoals invoerverboden, daadwerkelijk worden toegepast. Een algemene ophokplicht werd echter in verhouding tot het risico dat trekvogels de ziekte overbrengen een te zware maatregel geacht.

Markos Kyprianou, commissaris voor Gezondheid en consumentenbescherming, verklaarde: "Uiteraard zullen wij al het mogelijke doen om te voorkomen dat deze rampzalige epidemie de EU bereikt. Wij blijven de situatie nauwlettend volgen, zodat optimale risicobeperkende maatregelen genomen worden."

De veterinaire deskundigen hebben de situatie in Azië en Rusland (Siberië) doorgenomen en zijn het eens over de ernst daarvan. Er is echter niet voldoende informatie beschikbaar om uit te maken in hoeverre de ziekte door wilde vogels verspreid kan zijn. Uitvoerig is gesproken over de mogelijkheid dat trekvogels de ziekte naar de EU overbrengen. Op grond van de huidige kennis over de trekroutes van vogels die het risico zouden kunnen verspreiden, kwamen de deskundigen tot de conclusie dat het onmiddellijke risico in de EU al naar de streek zeer klein tot klein zal zijn. Wel hebben zij tot een aantal risicobeperkende maatregelen besloten, die hieronder worden toegelicht.

De EU is al in 2003 begonnen met intensieve bewaking van als huisdier gehouden en wilde vogels. De veterinaire deskundigen hebben zich gebogen over de destijds in de lidstaten ingevoerde bewakingsmaatregelen, die sindsdien jaarlijks zijn bijgesteld. Zij adviseerden alle lidstaten om de voor 2005/2006 geplande bewakingsprogramma's nog eens te bekijken en daarin plaats in te ruimen voor intensievere bemonstering van trekkende watervogels langs vliegroutes die gevaar voor insleep van de ziekte kunnen opleveren. De lidstaten moeten nauwer met elkaar samenwerken en de Commissie moet daarbij een coördinerende rol spelen.

Begin september zullen de experts nogmaals bijeenkomen met het oog op de coördinatie van die intensievere bewaking, waarvoor de EU geld beschikbaar gesteld heeft.

Zoals voorgeschreven door de EU-wetgeving hebben alle lidstaten maatregelen ingevoerd om aviaire influenza op te sporen en snel uit te roeien als die ziekte zich onder pluimvee voordoet. Vroege opsporing en snel ingrijpen zijn van doorslaggevend belang om uitbraken in te dammen.

De deskundigen namen kennis van de specifieke preventiemaatregelen die enkele lidstaten voor de pluimveesector hadden aangekondigd naar aanleiding van de uitbraak in Rusland. Zij waren echter van mening dat een algemene ophokplicht voor buiten lopend pluimvee in dit stadium buitenproportioneel zou zijn. Wel moeten alle lidstaten de bioveiligheidsmaatregelen op bedrijven (bv. ontsmetting van voertuigen die van het ene bedrijf naar het andere gaan) onder de loep nemen en zo nodig van geval tot geval aan de hand van een risicobeoordeling aanscherpen. Daarbij moet worden gekeken naar de trekroutes van watervogels en de plekken waar wilde vogels met als huisdier gehouden vogels in contact kunnen komen (bv. vijvers). In risicosituaties is vaccinatie eventueel ook een optie.

Verder adviseren de deskundigen de lidstaten om extra bewustmakingsprogramma's voor de veehouders te organiseren met het oog op betere bioveiligheidsmaatregelen op de bedrijven, om hun draaiboeken of rampenplannen voor aviaire influenza - die zij op grond van de EU-wetgeving hebben opgesteld - te actualiseren en om erop toe te zien dat de bestaande maatregelen en controles aan de buitengrenzen van de EU volledig worden toegepast, niet alleen wat de handel betreft maar ook als het gaat om particulieren die zelf vogels, en dan met name gezelschapsvogels, invoeren. In de draaiboeken moet de nodige aandacht worden besteed aan de bescherming van mensen die in de pluimveesector werken en aan risico's blootstaan. Ten slotte moeten de consumenten de nodige betrouwbare informatie over pluimveeproducten krijgen om te voorkomen dat zij hun vertrouwen daarin verliezen.