Ingezonden persbericht


Amersfoort, 29 augustus 2005

Overheveling forensische ggz naar Justitie schijnoplossing De overheveling van de middelen voor forensische ggz van de AWBZ naar de begroting van Justitie biedt geen oplossing voor de huidige capaciteitsproblemen binnen de forensische ggz, waaronder de tbs. De timing van dit besluit is bovendien ongewenst op een moment dat het parlementair onderzoek naar de oorzaken van de tbs-problematiek nog in overweging is. Dat zegt GGZ Nederland als reactie op de voornemens die Justitie, VWS en Financiën op 25 augustus bekendmaakten.

De overheveling van de financiering van de forensische ggz (psychiatrie en verslavingszorg, inclusief tbs) komt voort uit het advies van de commissie Houtman. Dit advies geldt als antwoord op de motie-Van de Beeten (juli 2004), waarin wordt gevraagd om meer samenhang tussen de reguliere ggz en de ggz voor mensen in detentie.

Capaciteitstekorten

Dankzij de jarenlange intensieve samenwerking tussen tbs-klinieken en ggz-voorzieningen is een samenhangende zorgketen ontstaan van reguliere ggz, ggz voor mensen met een civielrechtelijke titel (gedwongen opnemingen) en ggz voor mensen met een strafrechtelijke titel (enerzijds mensen die een delict hebben gepleegd op grond van een stoornis, anderzijds gedetineerden die ggz nodig hebben los van het gepleegde delict). De huidige problemen met de tbs komen onder meer voort uit capaciteitstekorten voor verschillende categorieën patiënten waardoor in de gehele keten opstoppingen ontstaan. Ondanks herhaalde aansporingen en concrete initiatieven uit het veld hebben de ministeries van VWS en Justitie jarenlang verzuimd samenhangend beleid te ontwikkelen voor dit probleem.

Geen vertrouwen

Het huidige voornemen komt neer op het doorknippen van de keten; met de financiering wordt ook de aansturing van de forensische psychiatrie volledig buiten het zorgkader geplaatst. GGZ Nederland heeft geen grond erop te vertrouwen dat Justitie deze aansturing vorm zal geven met behoud van kwaliteit van zorg, noch dat Justitie zorg zal dragen voor continuïteit in de financiering. Het feit dat de commissie Houtman wil dat ggz-instellingen verplicht worden tot het opnemen van patiënten met een strafrechtelijk vonnis geeft al aan dat de commissie er zelf evenmin vertrouwen in heeft dat justitie voldoende capaciteit in zal kopen.

Schijnoplossing

Al met al is hier sprake van een schijnoplossing die de verstoppingen in het systeem verergert en onzekerheid oplevert voor instellingen die in deze zorg moeten investeren. Zoals aangeven in haar Visienota TBS/Forensische psychiatrie vindt GGZ Nederland dat het fundament van de forensische zorg goed is. Er is geen noodzaak tot ingrepen op het gebied van financiering en aansturing, maar tot concrete maatregelen op het vlak van de uitvoering. Dat zijn: capaciteitsuitbreiding voor met name uitbehandelde patiënten, een veiligheidssysteem gebaseerd op risicotaxatie en incidentenanalyse en het betrekken van deskundigen bij het beoordelen van proefverlof. GGZ Nederland roept de politiek op om stelling te nemen tegen de overheveling van de financiering van de forensische psychiatrie naar Justitie en financiering binnen de AWBZ te handhaven.