Gemeente Utrecht

Toelichting op besluiten van het college van burgemeester en wethouders

Persconferentie naar aanleiding van de collegevergadering om 15.30 uur in de perskamer van het stadhuis.


1. Kredietaanvraag voor betere huisvesting peuterspeelzalen en voorscholen Peuterspeelzalen en voorscholen mogen projectvoorstellen indienen om hun huisvesting te verbeteren. Het college stelt hiervoor ¤ 444.000 beschikbaar. Het geld voor huisvesting kan bijdragen aan een betere afstemming tussen voor- en vroegschoolse educatie. Ook moeten de peuterspeelzalen en voorscholen voldoen aan de Arbowetgeving en nieuwe eisen die worden gesteld aan de binnen- en buitenruimtes. Voor de gewenste kwaliteitsverbetering is soms herinrichting ofwel een facelift nodig; sommige zalen zijn wat achterop geraakt met de aankleding en het materiaal. Eerder heeft de gemeenteraad ingestemd met de reservering van geld voor het opknappen van peuterspeelzalen en aanpassingen van gebouwen. In totaal gaat het om ¤ 1.748.000 waarvan inmiddels al ¤ 874.000 beschikbaar is gesteld. De kredietaanvraag voor betere huisvesting wordt nog aan de gemeenteraad voorgelegd.


2. Behoud toeristisch kamperen voorwaarde voor herontwikkeling Camping De Berekuil Het college heeft besloten in principe medewerking te verlenen aan een verzoek om op camping De Berekuil 100 recreatiewoningen, 20 trekkershutten en 6 appartementen te realiseren. Voorwaarde is dat minimaal 1,8 hectare van de camping wordt ingericht voor toeristisch kamperen. Voor camping De Berekuil is uitgangspunt dat er een toeristisch deel in stand blijft van een dusdanige omvang dat in het hoogseizoen voldoende ruimte is voor kampeerders met tenten, caravans e.d. Camping De Berekuil behoudt daarmee zijn primaire campingfunctie en krijgt daarnaast de mogelijkheid om recreatiewoningen te bouwen. Het verzoek is afkomstig van een potentiële koper van de camping die met de huidige campingeigenaar in onderhandeling is over overname van de camping. De gemeente heeft eerder besloten de permanente bewoning op camping De Berekuil te beëindigen en aanschrijvingen uit te laten gaan tegen illegale gebouwen. De procedures hiervoor lopen. Indien de plannen doorgaan dient de nieuwe eigenaar mee te werken aan deze procedures.


3. Winkels Woonboulevard krijgen tijdelijke vrijstelling voor zondagsverkoop Het college heeft ingestemd met het verzoek van de Vereniging Woonboulevard Utrecht om een vrijstelling te verlenen voor verkoop op vier extra zondagen. Aanleiding voor het verzoek van de Vereniging Woonboulevard zijn de wegwerkzaamheden aan de Europalaan en het Europaplein. De wethouders Van den Bergh en Gispen zijn tegen dit besluit omdat dit volgens hun overtuiging strijdig is met de uitslag van het over de koopzondagen gehouden referendum en het risico van predecent-werking bestaat gezien het bereiksbaarheids- en onderhoudsprogramma.

Door extra zondagsopenstelling van winkels op de woonboulevard spreiden de bezoekers meer in het weekend. Spreiding van bezoekers is positief voor de doorstroming van het verkeer op werkdagen en dat is weer goed voor het halen van de planning van de wegwerkzaamheden. De vrijstelling die het college nu verleent is mogelijk binnen de bestaande regelgeving op grond van de bijzondere situatie rond de meubelboulevard. Bij de aanleg van de HOV-busbaan in de binnenstad heeft het college indertijd ook gebruik gemaakt van de bevoegdheid vrijstelling te verlenen en waren de winkels ook daar vaker op zondag open.

In juni heeft de Utrechtse bevolking zich uitgesproken tegen uitbreiding van het aantal koopzondagen in de binnenstad en een aantal stadsstraten. Voor deze uitbreiding zou een aanpassing van de Utrechtse winkeltijdenverordening noodzakelijk zijn geweest en zou het gaan om een permanente situatie. Het gaat nu bij de meubelboulevard om een tijdelijke maatregel die past binnen de bestaande regelgeving. De vier zondagen waarvoor vrijstelling is verleend zijn: 30 oktober 2005, 13 november 2005, 20 november 2005 en 11 december 2005. De tussenliggende zondagen is de woonboulevard ook geopend vanwege al toegekende wijkthemakoopzondagen. Op de eerste zondag van de maand is de woonboulevard altijd al geopend.


4. Aantrekkelijker vestigingsklimaat ondernemers Amsterdamsestraatweg Vanaf 1 oktober jl. kunnen ondernemers en winkeleigenaren op de Amsterdamsestraatweg gebruik maken van een aantrekkelijke regeling om hun winkel en/of pand op te knappen. Ook is het mogelijk een vergoeding te ontvangen als een pand tijdelijk niet verhuurd is. Zo kan langer gezocht worden naar een huurder die er een winkel of bedrijf wil vestigen die past binnen het brancheplan.

Dit alles is mogelijk door de regeling 'Subsidiëring Bedrijvigheid Amsterdamsestraatweg-Midden (deel Marnixlaan- spoorwegviaduct)'. Deze regeling is een middel om de uitstraling van bedrijfspanden te verbeteren en aantrekkelijke winkels en bedrijven te stimuleren zich aan de Straatweg te vestigen. Naast de regeling is een brancheplan ASW-Midden gemaakt. Hierin staat de gewenste ontwikkeling van de straat beschreven. Voorbeelden van maatregelen die daaraan kunnen bijdragen zijn o.a.: minder belhuizen en afhaalzaken, niet meer maar wel kwalitatief betere horeca en versterking van het dagelijks winkelaanbod op het centrale deel van de Amsterdamsestraatweg.

Beide initiatieven passen in het project Straatmanagement Amsterdamsestraatweg, dat het winkelgebied moet verbeteren. Het straatmanagementproject is onderdeel van de aanpak van de Amsterdamsestraatweg onder het motto 'schoonvegen, verbeteren en goed houden'. Deze aanpak is nodig omdat de leefbaarheid, veiligheid, winkelaanbod, inrichting en uitstraling in delen van de Straatweg beneden de maat zijn. Om van de Amsterdamsestraatweg weer een aantrekkelijke (winkel)straat te maken is de gemeente actief bezig met handhaving en met stimulering en ondersteuning van ondernemers en eigenaren.


5. Programma's wijkveiligheid 2006
Het college heeft de programma's Utrecht Veilig! Gebieds- en doelgroepgerichte aanpak 2006 en Veilig ondernemen 2006 vastgesteld. In deze programma's laat de gemeente zien welke activiteiten ze onderneemt om Utrecht veiliger te maken. Naast de bestaande urgentiegebieden krijgt ook de veiligheid in Zuilen en Overvecht volgend jaar extra aandacht. Voor de gehele stad blijft een basisniveau van inzet van mensen en middelen gelden.

Utrecht is in de afgelopen jaren veel veiliger geworden. Volgens recente cijfers van het CBS is de geregistreerde criminaliteit in Utrecht in de periode tussen 2000 en 2004 meer gedaald dan in de andere grote steden. Toch ervaren Utrechters onveiligheid nog steeds als hun grootste zorg. Dat sluit aan bij landelijke ontwikkelingen. Uit onderzoek blijkt dat het grootste probleem waarmee Nederlanders zich geconfronteerd voelen de toename van agressief gedrag in de samenleving is. In Utrecht zien we dit terug in de toename van jongerenoverlast, mishandelingen en bedreigingen (onderdeel van geweldscriminaliteit). Jongeren veroorzaken soms ernstige vormen van overlast in de woonomgeving of bewegen zich in criminele sferen.

Als vervolg op de huidige aanpak heeft het college van burgemeester en wethouders voor 2006 twee prioriteiten benoemd: de aanpak van jongerenoverlast en de aanpak van geweldscriminaliteit. Met de uitvoering van deze programma's wil het college dat geregistreerde criminaliteit daalt. Vooral het aantal slachtoffers van geweld en het aantal mensen dat jongerenoverlast ervaart moet verminderen. Om de effectiviteit en de zichtbaarheid van de aanpak te versterken, worden de activiteiten gebundeld ingezet in die gebieden binnen wijken waar de problemen het grootst zijn en zijn ze gericht op de groepen die de meeste problemen veroorzaken.

Nieuw in de gebiedsgerichte aanpak is dat de inzet in de wijken wordt onderscheiden in drie niveaus: een basisniveau, geldend voor de hele stad; een aandachtsniveau voor gebieden met een gemiddeld tot ernstige veiligheidsproblematiek en een urgentieniveau voor gebieden met zeer ernstige problematiek. Naast de bestaande urgentiegebieden Kanaleneiland Noord, Stationsgebied en Nieuw Hoograven, zijn Zuilen Noord/Oost en Zambesi-Tigrisdreef als urgentiegebied aangewezen. Daarnaast krijgen de volgende gebieden in 2006 extra aandacht: Amsterdamsestraatweg, Binnenstad, Lombok Oost, Geuzenwijk,Wolga-Donaudreef, Staatsliedenbuurt, Abstede, Breedstraatbuurt, Transwijk, Kanaleneiland Zuid en Parkwijk Zuid. Afhankelijk van de ontwikkelingen kunnen zonodig gebieden worden toegevoegd. Hoewel zowel de politiegegevens als de uitkomsten van de Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven 2004 aantonen dat het de goede kant op gaat, is Veilig Ondernemen nog steeds een actueel onderwerp dat de gemoederen van ondernemers in Utrecht bezig houdt. Veilig ondernemen richt zich op winkelcentra, bedrijventerreinen en kantoorclusters. Het aantal Keurmerk veilig ondernemen-projecten wordt verder uitgebreid. De doelgroepgerichte aanpak richt zich vooral op jongeren die de meeste overlast veroorzaken en jongeren die zich aan crimineel gedrag schuldig maken. Daarnaast krijgen ook veelplegers, zowel onder jongeren als onder de verslaafden en/of daklozen, extra aandacht.


6. Nobelstraat blijft open voor alle motorvoertuigen De Nobelstraat blijft open voor alle auto's, stadsbussen en vrachtverkeer. Dat besloot het college naar aanleiding van een verzoek van een bewoner van de Nobelstraat om deze weg af te sluiten voor dieselauto's, danwel -stadsbussen en -vrachtauto's zonder roetfilter. Als gevolg van het afsluiten van de Nobelstraat voor gemotoriseerd verkeer zonder roetfilter, zou de belasting van de luchtkwaliteit verschuiven naar andere plekken in de stad. Dat past niet in de gemeentelijke aanpak van de luchtkwaliteitsproblematiek. Bovendien is het afsluiten van de Nobelstraat voor dieselmotorvoertuigen niet wenselijk vanwege de ligging van deze weg in het Utrechtse kernwinkelapparaat. Gemeente Utrecht richt zich bij de aanpak van luchtkwaliteitsproblemen op het oplossen van knelpunten in de stad waar de wettelijke normen voor stikstofdioxide worden overschreden. De Nobelstraat behoort hier niet toe. Wel worden in de Nobelstraat net als op veel andere locaties in de stad de normen voor fijn stof overschreden. Veruit de belangrijke oorzaak hiervan is de vervuiling die van elders komt, bijvoorbeeld van de autosnelwegen rondom Utrecht. Hoewel het Rijk verantwoordelijk is voor het terugdringen van fijn stof, probeert ook de gemeente daaraan bij te dragen. Zo stelt Utrecht eisen aan het openbaar stadsvervoer en pleiten we bij het Rijk voor een snelle introductie van roetfilters en het invoeren van de maximum snelheid van 80 km per uur op nabijgelegen snelwegen. Ook op andere manieren probeert Gemeente Utrecht de luchtkwaliteit in de stad te verbeteren. Daarbij kan worden gedacht aan maatregelen om het gebruik van de fiets te stimuleren, het instellen van groene golven voor een betere doorstroming van verkeer, verkeersdosering en het hanteren van een parkeerverwijssysteem.