06 oktober 2005
Nr. 05/170
De Geus wijzigt WW om start eigen bedrijf eenvoudiger te maken
Het wordt makkelijker om vanuit de WW een eigen bedrijf te beginnen.
Dit heeft minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
tijdens een overleg in de Tweede Kamer bekendgemaakt. De minister
geeft een uitkeringsgerechtigde maximaal zes maanden de tijd om de
levensvatbaarheid van het bedrijf te bewijzen. Gedurende die hele
periode mag de startende ondernemer opdrachten binnenhalen en
uitvoeren. De inkomsten worden verrekend met de uitkering en er hoeft
niet gesolliciteerd te worden.
De voorstellen zijn een concretisering en aanscherping van ideeën uit
een brief die eerder door staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid en staatssecretaris Van Gennip van Economische
Zaken aan de Tweede Kamer is gestuurd. Op dit moment hebben werklozen
namelijk alleen de mogelijkheid zich gedurende drie maanden te
oriënteren op het ondernemerschap. In die periode mogen zij echter
geen opdrachten proberen te verwerven. Dit werkt volgens de betrokken
bewindslieden belemmerend voor het starten van een eigen bedrijf.
Mocht het bedrijf uiteindelijk toch mislukken dan kan opnieuw een
beroep worden gedaan op de WW. Deze zogeheten herlevingstermijn ligt
tussen anderhalf jaar en maximaal ruim 3 jaar na de start van het
bedrijf. Dit is afhankelijk van het arbeidsverleden van de startende
ondernemer, en dus gunstig voor ouderen. De duur van de
werkloosheidsuitkering is afhankelijk van de WW-rechten die zijn
opgebouwd. Om in aanmerking te komen voor de regelingen heeft een
WW'er wel toestemming nodig van het Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV). UWV beoordeelt namelijk vooraf het
bedrijfsplan.
De wijzigingen moeten begin 2007 van kracht worden.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid