Economische samenwerking rijke landen helpt armen niet
06-10-2005 * "Als we de kat niet vragen om de muizen op te voeden in
plaats van ze op te eten, waarom zou dan economische samenwerking van
de rijkste landen van de wereld wel een geschikt instrument zijn om de
armen en machtelozen van de wereld te hebben?" Die vraag stelde
SP-senator Kox deze week aan de secretaris-generaal Johnston van de
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO)
tijdens de najaarssessie van de Raad van Europa in Straatsburg.
Tiny Kox De OESO is het economisch samenwerkingsverband van dertig
rijke landen en voortgekomen uit het naoorlogse Marshallplan. Daarmee
financierden de Verenigde Staten de wederopbouw van Europa in ruil
voor haar erkenning als economisch, militair en politiek wereldleider.
Later traden ook Japan, Zuid-Korea, Canada en Mexico tot de
economische alliantie toe.
De OESO-landen controleren samen driekwart van de wereldhandel en zijn
de thuishavens van vrijwel de 500 grootste multinationals. Met niet
meer dan twintig procent van de wereldbevolking binnen hun grenzen,
bepalen de dertig OESO-landen in belangrijke mate leven en welzijn van
honderd procent van de wereldbevolking.
De OESO ontwikkelt economische analyses, rapporten, adviezen en
verdragen voor zijn lidstaten en voor landen met wie samengewerkt
wordt. Via het werk van de OESO wordt neoliberale globalisering
wereldwijd gepromoot, tot tevredenheid van de Verenigde Staten, die
nog steeds hoofdsponsor van de OESO zijn en opdraaien voor vijftig
procent van de kosten.
Een keer per jaar dient de parlementaire assemblee van de Raad van
Europa als internationaal parlementair toezichtorgaan op het werk en
de koers van de OESO. De assemblee wordt dan versterkt met
parlementaire delegaties uit de niet-Europese OESO-staten. Opmerkelijk
genoeg ontbreken de Amerikanen daarbij altijd. Volgens senator Kox is
dat een duidelijk teken dat de Verenigde Staten geen behoefte aan dit
toezicht hebben. Het zou wijs zijn dat te onderkennen en niet langer
als parlementaire façade voor de OESO te dienen.
Kox: "Niemand gelooft dat George Bush luistert naar wat wij hier
zeggen, en dat geldt ook voor Chirac en de Duitse bondskanselier, wie
dat ook wordt. Laten we daarom naar betere wegen zoeken om de OESO te
controleren of nog beter werken aan de opheffing van dit overblijfsel
uit de naoorlogse tijd. De OESO zegt dat het over het algemeen heel
goed gaat met de door haar beïnvloede wereldeconomie. Maar de armen
van de aarde merken daar niets van en de vernieling van natuur en
milieu door ongerichte economische groei gaat almaar verder."
Hij stemde dan ook als woordvoerder van de fractie van Verenigd
Europees Links tegen voorstellen om op de oude voet met de OESO verder
te gaan. Een grote meerderheid van de parlementaire assemblee stemde
daar wel voor, inclusief de sociaal-democratische delegatie.
Socialistische Partij