Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Ormel (CDA) over Iraanse martelaarcommando's in Navo-lidstaten op 24 augustus 2005 met kenmerk 2040520180.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Ormel (CDA) over Iraanse martelaarcommando's in NAVO-lidstaten.

Vraag 1
Hebt u kennis genomen van de interview1 met Mohammed-Reza Ja'afari, commandant van het Iraanse commando 'zoekers naar martelaarschap', waarin hij verklaart 'snelle reactiemachten' te hebben gevormd in landen die lid zijn van de NAVO?

Vraag 2
Welke landen worden hier bedoeld? Hebt u aanwijzingen dat Nederland tot deze landen behoort?

Antwoord
In het interview wordt primair gesproken over de vorming van 'snelle reactiemachten' van de organisatie 'Zoekers naar martelaarschapcommando' in Iran zelf. Het verklaarde doel is Iraniërs te bewegen hun land en de Islam te verdedigen tegen vijandelijke dreiging. Er zijn geen aanwijzingen dat de 'Zoekers naar martelaarschapcommando' een bedreiging vormen voor Nederland.

Vraag 3
Wat is de mening van de Iraanse autoriteiten over deze uitspraken van Mohammed-Reza Ja'afari?

Vraag 4

Wat is uw mening over het aanmoedigen tot Shehada (martelaarschap) door Mahmoud Ahmadi-Nejad tijdens zijn tweede televisie-interview als president van Iran?2

Antwoord

In de uitspraken van President Ahmadinejad kan geen directe aanmoediging worden gelezen van de organisatie 'Zoekers naar martelaarschapcommando'. De context van de uitspraken van de President was een ontmoeting met Iraanse kunstenaars.


1) MEMRI (Middle East Media Research Institute) nr. 958, 16 Augustus 2005, Partow-e-Sokjan (Iran), 10 Augustus 2005.
2) 25 juli jl., Channel 1 Iraanse televisie, MEMRI nr. 945, 29 juli 2005


---- --