Ingezonden persbericht


Betreft: afronding berging Halifax
Plaats: Oranjepolder, Aakvlaaiweg in Hank
Datum/tijd: 6 oktober 2005, 15.00 en 16.00 uur

Werkendam, 6 oktober 2005


Defensiediensten, stichting en gemeente tevreden
Berging vliegtuigwrak succesvol afgerond

De berging van het Britse vliegtuigwrak uit de Tweede Wereldoorlog Halifax LV 905
MK III zit er op. Op 5 september 2005 startte de klus. De afgelopen vijf weken hebben de bergers botfragmenten, persoonlijke bezittingen van de bemanning, veel boordmunitie, alle vier de motoren en een grote hoeveelheid wrakstukken gevonden. Volgens bergingsofficier kapitein H. Spierings is 80% van het vliegtuigwrak naar boven gehaald. De zogenoemde 'kijkmiddagen' voor belangstellenden trokken veel publiek, terwijl de media door middel van persbriefings regelmatig van de ontwikkelingen op de bergingslocatie op de hoogte zijn gehouden.

De bommenwerper stortte in de nacht van 24 op 25 mei 1944 neer in de Oranjepolder bij het Brabantse Hank (thans deel uitmakend van de gemeente Werkendam).
Het Britse vliegtuig maakte deel uit van een armada van 432 vliegtuigen voor een bombardement op een spoorwegemplacement bij het Duitse Aken. Op de weg terug naar Engeland werd de Halifax door een Duitse nachtjager van het type Messerschmitt neergeschoten. Alle zeven bemanningsleden afkomstig uit Engeland, Canada, Zuid-Afrika en Rhodesië (nu Zimbabwe) van het toestel kwamen om het leven. Staartschutter sergeant George Hurbert Butler is het enige geïdentificeerde slachtoffer en ligt begraven op de erebegraafplaats Jonkerbos te Nijmegen. Nog een ander bemanningslid ligt als 'Unknown Soldier' op deze begraafplaats. Van de overige (vijf) bemanningsleden werd voor de start van de berging aangenomen dat de stoffelijke resten zich mogelijk in of om het wrak bevonden.

Identificatie
Over de identificatie van deze bemanningsleden valt op dit moment niets te zeggen. De Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht zal nog geruime tijd nodig hebben voor het onderzoek van de gevonden botfragmenten en van de persoonlijke bezittingen. De resultaten van het onderzoek worden eerst aangeboden aan de diverse ambassades. Deze nemen vervolgens contact op met de nabestaanden. Bij eventuele vervolgacties zal de gemeente Werkendam de huidige protocollen in de landen van herkomst van de slachtoffers respecteren. Conform geldende afspraken is de gemeente eigenaar van de wrakstukken. Met de Stichting Berging Halifax 1944 is reeds overleg gaande over passende bestemmingen voor de diverse tot de verbeelding sprekende gevonden wrakdelen.

De bergers hebben naast de vondst van stoffelijke resten en wrakstukken, ongewenste materialen en stoffen in de grond zoals asbest, radium, olie en brandstof volgens de geldende richtlijnen afgevoerd en gemeld bij het Ministerie van VROM. Asbest werd in kleine hoeveelheden gebruikt als isolatie tussen de motoren en de brandstoftanks en radium werd gebruikt voor het oplichten van de cockpitinstrumenten.

Omdat het hier ging om een vlucht na een bombardementsoperatie werd voor de bergingswerkzaamheden aangenomen dat er geen zware explosieven maar wel boordmunitie in het wrak zou bevinden. Die veronderstelling is juist gebleken.

Professioneel team
Volgens burgemeester drs. H.A.G. Hellegers van Werkendam hebben de betrokken diensten van de Koninklijke Luchtmacht en de Koninklijke Landmacht, het bergingsbedrijf Eerste Maas en Waalse, de Stichting Berging Halifax 1944, communicatiestrategen Kummel Partners en de gemeente "als één professioneel team geopereerd. Er is een waardige invulling gegeven aan het besluit van het gemeentebestuur om dit vliegtuigwrak te bergen ", aldus de burgemeester.

Volgens de heer Hellegers is de bergingsoperatie keurig binnen de begroting (credit gemeenteraad ¤ 225.000 en ¤ 25.000 bijdrage Stichting Berging Halifax 1944) gebleven. De gemeente heeft een beroep gedaan op het Bijdragebesluit Kosten Ruiming Explosieven Tweede Wereldoorlog van het ministerie van Binnenlandse Zaken om een deel van de bergingskosten te declareren.

Het project werd uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van burgemeester drs. H.A.G. Hellegers van Werkendam. Kapitein H. Spierings, Stafofficier van het Logistiek Centrum van de Koninklijke Luchtmacht had de leiding over de operatie terwijl de Eerste Maas en Waalse onderdeel van Heijmans Speciale Technieken te Opijnen de bergingswerkzaamheden voor zijn rekening nam.

Noot voor de pers
Op donderdag 6 oktober 2005 om 15.00 uur vindt er op de bergingslocatie in de Oranjepolder te Hank een afsluitende persconferentie plaats. Aansluitend (16.00 uur) organiseert de gemeente een informele bijeenkomst voor direct betrokkenen bij de berging en de media. Bij slecht weer vindt deze bijeenkomst plaats in dorpshuis 't Uivernest, Kerkstraat 9-11 in Hank en de persconferentie van 15.00 uur gewoon op de bergingslocatie.

Op alle bovengenoemde bijeenkomsten zijn aanwezig: burgemeester drs. H.A.G. Hellegers van Werkendam, kapitein H. Spierings, Stafofficier van de Koninklijke Luchtmacht, adjudant I.A. Maringka van de Bergings- en Identificatiedienst van de Koninklijke Landmacht, de heren J. van Heesbeen, directeur Heijmans Speciale Technieken en Ph. de Witt, secretaris Stichting Berging Halifax 1944.

Nadere informatie
www.werkendam.nl
www.hank.nl/halifax1944

Contactpersoon
Marcel Kummel, interim communicatieadviseur berging Halifax, tel. (06) 27 098 277
e-mail: mkummel@home.nl of info@kummelenpartners.nl.