Ingezonden persbericht



---


PERSBERICHT

Amsterdam, 10 oktober 2005

Klinische studie toont aan:
BIJENSTEEKTHERAPIE HEEFT GEEN EFFECT OP ZIEKTEACTIVITEIT MS-PATIENTEN

Omdat de mogelijkheden van de klassieke geneeskunde beperkt zijn zoeken mensen met multiple sclerose (MS) vaak hun toevlucht tot alternatieve geneeswijzen. Bijensteektherapie wordt wereldwijd voor MS toegepast, alhoewel de mogelijke effectiviteit nog nooit wetenschappelijk was onderzocht. In deze studie werd met MRI-onderzoek aangetoond dat bijengif geen effect had op de ziekteactiviteit in de hersenen van MS-patiënten. Het aantal nieuwe haarden van ziekteactiviteit was niet verschillend tussen de periode zonder behandeling en de periode van de bijensteekbehandeling. Ook was er bij de deelnemers geen verschil in het aantal aanvallen (schubs), de neurologische beperkingen, de graad van invaliditeit, vermoeidheid en de kwaliteit van leven. (Zie bijlage I voor uitgebreide informatie over het onderzoek). Opmerkelijk is dat de meerderheid van de personen die deelnamen aan het onderzoek - dit in tegenstelling tot de feitelijke medische testuitkomsten - wel baat dacht te hebben bij de behandeling.

Deze klinische studie werd uitgevoerd door dr. Taco Wesselius, radioloog en imker, werkzaam in het Gemini Ziekenhuis in Den Helder, samen met de afdeling Neurologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen (dr. Thea Heersema, Marco Heerings, drs. Jop Mostert en prof.dr. Jacques De Keyser). De MRI scans werden blind geanalyseerd door radiologen van het Universitair Medisch Centrum in Leiden onder leiding van prof. dr. Marc van Buchem.

Stichting MSi financierde het ruim E 260.000 kostende onderzoek. Deze stichting zet alles in het werk om het dagelijks leven van de MS-patiënt zo dragelijk mogelijk te maken. Voor MS is nog geen medicijn gevonden dat de ziekte stopt. Bijensteek-therapie is een potentieel gevaarlijke therapie omdat allergische reacties kunnen ontstaan die in ernstige gevallen een dodelijke afloop kunnen hebben. Over de werking van bijengif doen al vele jaren positieve verhalen de ronde en veel MS patiënten denken eraan om deze behandeling te proberen. Nu beschikt de potentiële gebruiker in ieder geval over wetenschappelijk onderbouwde informatie dat deze behandeling niet geschikt is voor MS.

MSi is een onafhankelijke Nederlandse non-profit organisatie, opgericht in 1996 en gevestigd te Amsterdam. MSi bestaat uitsluitend dankzij donaties van bedrijven en particulieren. Alle ingezamelde gelden worden door MSi op verantwoorde wijze binnen Nederland aangewend voor projecten. In totaal werd in 2004 bijna E 2.8 miljoen besteed. MSi is van mening dat haar financiële beleid volstrekt transparant moet zijn en wil daarover graag verantwoording afleggen aan haar donateurs en andere geïnteresseerden. Vraag voor nadere toelichting op onze inkomsten en bestedingen onze financiële paragraaf aan.

Stichting Multiple Sclerose internationaal;
Katja Vledder - Bos, tel: 020 611 66 66, e-mail: info@ms-int.nl www.ms-int.nl .

Voor specifieke informatie over de bijensteektherapie wordt u via MSi doorverwezen naar Dr. Taco Wesselius of Dr. Thea Heersema.

Bijlage I Het onderzoek naar de werking van bijengif bij MS-patiënten

Na een gewenningsperiode en onder medische begeleiding werden bij de deelnemers van dit onderzoek gedurende een half jaar 3 maal per week 20 bijensteken toegediend. Om de 6 weken werd een MRI scan van de hersenen gemaakt. Voor en na de behandeling werd er een lichamelijk onderzoek uitgevoerd door de neuroloog. Doel van het onderzoek was om op een wetenschappelijke manier uit te zoeken of bijeensteektherapie een effect had op de ziekteactiviteit, de neurologische beperkingen, vermoeidheid en de kwaliteit van leven bij mensen met Multiple Sclerose.

De ziekteactiviteit werd primair gemeten aan de hand van 6-wekelijkse MRI-opnamen van de hersenen. Deze methode liet toe om in een periode van 6 maanden een uitspraak te doen of een interventie de ziekteactiviteit van MS al dan niet afremt. De belangrijkste parameter hierbij is het aantal nieuwe haarden van ziekteactiviteit die op de MRI van de hersenen verschijnen. Om een idee te geven over hoe bestaande medicijnen hierop werken: interferon Beta (Betaferon, Rebif, Avonex) veroorzaakt een reductie van 50% van deze nieuwe haarden van ziekteactiviteit. Natalizumab (Tysabri) een nieuw geneesmiddel tegen MS, waarvan de ontwikkeling voorlopig is stopgezet omwille van ernstige bijwerkingen, veroorzaakt een reductie van 90%.

Personen die deelnamen aan de studie waren tussen de 18 en 65 jaar oud, hadden een vorm van MS met exacerbaties (schubs), waren nog in staat enkele passen te lopen en hadden de laatste 1 a 2 jaar duidelijke ziekteactiviteit vertoond (schubs of aankleurende nieuwe haarden van ziekteactiviteit op de MRI). Personen mochten geen specifieke MS medicijnen hebben gebruikt gedurende de laatste 3 maanden, of corticosteroïden gedurende de laatste 2 maanden. Via Stichting MSi meldden zich 113 personen aan om aan deze studie deel te nemen. Deze personen werden in eerste instantie aangeschreven met een vragenformulier om te kijken of ze aan de specifieke voorwaarden voor de studie voldeden. 47 patiënten bleken hieraan te voldoen en werden verder uitgenodigd voor een klinisch onderzoek. Na deze klinische screening bleven nog 26 personen over die aan alle voorwaarden voldeden.

De deelnemende personen werden vervolgens gesplitst in 2 groepen. De eerste groep startte met bijensteken gedurende 6 maanden, de volgende 6 maanden kregen ze geen behandeling. De tweede groep moest het de eerste 6 maanden stellen zonder behandeling en kreeg de laatste 6 maanden de bijensteektherapie. De bijensteken werden toegediend door een imker in aanwezigheid van een arts die bij allergische reacties onmiddellijk kon optreden. Alle deelnemers droegen ook een auto-injector met epinefrine (EpiPen) bij zich, wat bij een eventuele anafylactische reactie kon worden toegediend. De bijensteken werden 3 keer per week toegediend in het bovenbeen en het aantal steken werd gradueel opgebouwd tot 20 per sessie.

In het algemeen werden de bijensteken goed verdragen. De meest frequente bijwerking was locale pijn, zwelling en roodheid. 4 mensen klaagden over locale jeuk, en 5 hadden last van griepachtige symptomen die in de volgende weken verdwenen. Er deden zich geen ernstige allergische reacties voor.

De MRI scans werden blind geanalyseerd door radiologen van het Universitair Medisch Centrum in Leiden onder leiding van prof. dr. Marc van Buchem. De klinische evaluatie van het effect van de bijensteektherapie gebeurde in Groningen.

Het onderzoek werd gedurende 2004/2005 uitgevoerd onder leiding van Dr. T Wesselius van de afdeling Radiologie van het Gemini ziekenhuis te Den Helder. Professor J.H.A. De Keyser en dr. D.J. Heersema van de afdeling Neurologie van het Universitair Medisch Centrum Groningen waren verantwoordelijk voor het evalueren van de klinische effecten van de behandeling.

Het MRI-onderzoek toonde aan dat bijensteektherapie geen effect had op de ziekteactiviteit. Het aantal nieuwe aankleurende lesies (nieuwe haarden van ziekteactiviteit) was niet verschillend tussen de bijensteekbehandelingperiode en de periode zonder behandeling. Ook was er geen verschil in het aantal exacerbaties (aanvallen, schubs), de neurologische beperkingen en de graad van invaliditeit, vermoeidheid, en de kwaliteit van leven. Toch dacht de meerderheid van de personen die deelnamen dat zij baat hadden bij deze behandeling, maar op de medische testen was er echter geen effect te zien. Het bijengif bevat wel een ganse reeks ontstekingsremmende stoffen, maar die hebben dus blijkbaar geen effect op de ziekteprocessen die betrokken zijn bij MS.

Deze studie toont dus voor het eerst aan dat bijensteektherapie niet effectief is als behandeling voor MS.

Bijengif als medicijn

Bijen zijn een meester in het fabriceren en verzamelen van biochemische stoffen. Honing, bijenwas, koninginnegelei en bijengif wordt door de bij zelf gemaakt. Propolis (kitstof) en pollen (stuifmeel) is afkomstig van bomen en planten. Het gebruik van deze bijen producten als medicijn voor de mens wordt apitherapie genoemd. (apis betekent in het Latijn bij.) Over de samenstelling en werking van het bijengif zijn honderden wetenschappelijke artikelen geschreven. Uit dierproeven is gebleken dat het bijengif ontstekingsremmende effecten heeft.. Deze bijensteektherapie wordt al duizenden jaren toegepast voor de meest uiteenlopende ziekten. MS patiënten zouden o.a. meer kracht krijgen en een verbeterde blaascontrole. Evenwichtsstoornissen en spasmen zouden afnemen. Ondanks de vele positieve verhalen over de bijensteektherapie werd nooit wetenschappelijk aangetoond dat deze therapie de symptomen van MS inderdaad verbetert.

Bijlage II Over Multiple Sclerose en Achtergrondinformatie Stichting MSi

Multiple Sclerose
Multiple Sclerose is een ziekte die het centrale zenuwstelsel aantast. De symptomen van MS - en dat kunnen verschillende, zeer uiteenlopende klachten zijn - worden veroorzaakt doordat de communicatie tussen de hersenen en de andere delen van het lichaam onderbroken wordt.

Vaak voorkomende verschijnselen zijn klachten met het zien, stuurloosheid in armen of benen, krachtsverlies, moeite om te lopen, gevoelsstoornissen (zoals tintelingen), dubbelzien, moeilijkheden met plassen, stijfheid en spasmen in de benen en vermoeidheid. Bij een deel van de patiënten evolueert de ziekte naar een fase waarbij het moeilijker wordt om te werken en de dagelijkse activiteiten uit te voeren. Sommige mensen met MS worden uiteindelijk rolstoelafhankelijk.

Over Stichting Multiple Sclerose internationaal (MSi) Hoofddoelstelling van Stichting MSi is het verbeteren van de kwaliteit van het leven van MS patiënten omdat de huidige medische wetenschap in een aantal gevallen geen afdoende oplossingen biedt. Stichting MSi biedt daarom vooral praktische ondersteuning, diensten en programma's aan de MS patiënt van vandaag. Naast het geven van uitgebreide voorlichting en het ondersteunen van onderzoek naar nieuwe of complementaire behandelmethoden zoals koeltherapie en bijensteektherapie richt MSi haar aandacht vooral op maatschappelijke projecten als mantelzorg en het kosteloos beschikbaar stellen van koelpakken.


---- --