Productschap Margarine


11.10.2005

MEP voor plantaardige olie drastisch omlaag

Minister Brinkhorst heeft met een brief aan de Tweede Kamer aangekondigd om de concept-MEP-regeling op een aantal punten aan te scherpen zodat overstimulering van opwekking van elektriciteit uit biomassa kan worden voorkomen en tevens de budgettaire problematiek van de MEP wordt verminderd. Het gaat met name om een verlaging van de subsidiebedragen van bestaande grootschalige biomassaprojecten.

Verlagen subsidiebedragen grootschalige biomassaprojecten De minister heeft de mogelijkheid om de subsidiebedragen van bestaande MEP-beschikkingen in de categorie biomassa-grootschalig drie jaar na invoering van de MEP (per 1 juli 2006) generiek aan te passen. Hij wil van deze mogelijkheid gebruik maken, omdat handhaving van de huidige subsidiebedragen voor grootschalige biomassaprojecten zijns inziens tot forse overstimulering zou leiden. Grootschalige biomassaprojecten hebben een onrendabele top die overwegend bepaald wordt door brandstofkosten en relatief minder door investeringskosten.

ECN en KEMA hebben de minister daarover advies gegeven. Uit het advies blijkt dat Brinkhorst de subsidiebedragen voor bestaande grootschalige biomassa-beschikkingen per 1 juli 2006 voor de meeste projecten belangrijk kan en - met het oog op het milieusteunkader van Brussel - ook moet verlagen. Het gaat met name om centrales die afvalhout en agro-reststromen inzetten en/of bio-oliën meestoken. Het subsidiebedrag voor deze categorie wordt verlaagd tot 2,5 ct/kWh. Alleen schoon hout krijgt een hoog tarief (6,1 ct/kWh ).

Daarnaast wil de minister dat bij lopende projecten waar er aanwijzingen zijn dat die vóór de datum van 1 juli 2006 ongeoorloofde subsidievoordelen hebben genoten een zogenaamde milieusteunkadertoets wordt uitgevoerd. De eventueel teveel verkregen subsidie zal worden teruggevorderd.

Verlagen subsidietarief kleinschalige biomassaprojecten ECN en KEMA hebben tevens advies gegeven over de onrendabele top bij de inzet van oliën en vetten van plantaardige en dierlijke herkomst in zelfstandige biomassacentrales kleiner dan 50 MW. De onrendabele top blijkt aanzienlijk lager te liggen dan de huidige subsidie, namelijk 0,041 per kWh ten opzichte van 0,097 per kWh nu. In de voorliggende conceptregeling wordt daarom artikel 2 van de Ministeriële regelingen subsidiebedragen MEP 2005, 2006, en 2007 uitgebreid met een nieuwe categorie, inzet van oliën en vetten van plantaardige en dierlijke herkomst in zelfstandige biomassacentrales, met een subsidiebedrag van 0,041 per kWh. De invoering van de voorgestelde maatregel heeft alleen betrekking op nieuwe projecten om nieuwe aanvragen onder de oude voorwaarden te voorkomen.