Amsterdam, 11 oktober 2005
ABN AMRO presenteert actieprogramma voor versterking Limburgse economie
De Limburgse economie kan de komende jaren harder groeien dan de rest van Nederland. Dat
stellen economen van ABN AMRO in het rapport `Van Polymeer tot Preuvenemint Meer mogelijk
maken... in Limburg!' dat vandaag als eerste is aangeboden aan Leon Frissen, de nieuwe
Gouverneur van Limburg, tijdens een seminar in Theaterhotel de Oranjerie in Roermond.
De laatste jaren had Limburg, meer nog dan de rest van het land, last van de slecht draaiende
economie. In de eerste vier jaar van deze eeuw lag de economische groei van Limburg eenderde
lager dan in het hele land. Het aantrekken van zowel de buitenlandse vraag als de binnenlandse
bestedingen biedt echter perspectief, waardoor Limburg in 2006 de geraamde landelijke groei van 2%
moet kunnen evenaren. In de jaren daarna zijn zelfs betere prestaties mogelijk. ABN AMRO heeft in
samenwerking met de Limburgse Werkgevers Vereniging (LWV), een actieprogramma opgesteld dat
aangeeft hoe de economische potentie van Limburg versterkt kan worden. Hiermee wil de bank
aansluiten op de discussie die onlangs is ingezet door de Limburgse `Taskforce Versnellingsagenda'
van de provincie, LWV en Limburgse ondernemers.
De economen van de bank zijn van mening dat Limburg zijn concurrentiepositie de komende jaren
kan verbeteren door een zestal actiepunten te verwezenlijken.
· Als eerste roept ABN AMRO op tot bundeling van bedrijvigheid binnen èn tussen sectoren in
de clusters `Voeding & Flora' (agrifood, life science, verpakkingsindustrie, transport en
logistiek), `Slimme Materialen' (chemie, life science, maakindustrie, transport en logistiek) en
`Levenslust' (toerisme en recreatie, agrifood en zorg). Clustering bevordert de marktkracht en
bundelt kennis. Het bij elkaar brengen van bedrijven in deze clusters is natuurlijk niet genoeg.
De randvoorwaarden voor ondernemerschap moeten worden verbeterd.
· Zo heeft het kennisaanbod versterking nodig. De provincie heeft een uitdunnende, relatief
laag opgeleide beroepsbevolking. Er is behoefte aan een ruimer aanbod van
wetenschappelijke en beroepsopleidingen een grotere onderzoekscapaciteit en
samenwerking tussen bedrijven en publieke kennisinstellingen.
· Ook de infrastructuur vraagt om investeringen: de Miljoenennota 2006 biedt Limburg
onvoldoende middelen, terwijl de eisen in het goederenvervoer in de regio toenemen. Publiek
private samenwerking en het bij elkaar brengen van belanghebbende partijen zijn essentieel.
· Een vierde actiepunt ligt in het verruimen van het aanbod van kapitaal, vooral voor het mkb
en het vergroten van het bereik van (innovatiegerichte) instrumenten van de overheid en
commerciële banken.
· Het institutionele kader en regelgeving behoeft betere afstemming op de Limburgse situatie
vooral bij complexe bedrijvigheid, waar arbeids-, milieu- en veiligheidsregels de
bedrijfsvoering direct beïnvloeden, zoals de chemie en agrifood. Een forse verbeterslag is
mogelijk door beperking van het aantal loketten, het bieden van duidelijke aanspreekpunten
en het inzichtelijk maken van bevoegdheden en regels.
· Tot slot moet het woon- en verblijfsklimaat worden verbeterd om meer koopkrachtige
consumenten en hoger opgeleiden naar Limburg te trekken. Herbestemming van in onbruik
geraakte kloosters, kerken en carréboerderijen is daartoe een creatieve oplossing die
bovendien de verwaarlozing van Limburgs erfgoed te lijf gaat. Ook investeringen in culturele,
sportieve en recreatieve voorzieningen, zijn volgens de economen van wezenlijk belang.
Perscontacten: 020- 6288900
ABN AMRO
ABN AMRO