Socialistische Partij
Plan kinderopvang door bijstandsmoeders ondoordacht en onzinnig
12-10-2005 * Jan de Wit, Tweede-Kamerlid voor de SP, heeft deze week
in het vragenuurtje staatssecretaris van Hoof (Sociale Zaken) stevig
aan de tand gevoeld over diens laatste luchtballon. "Vorig jaar was
het minister Zalm die opperde dat bijstandsmoeders aan de slag moesten
in de thuiszorg omdat zij thuis toch ook stofzuigen. Van Hoof moet
gedacht hebben: wat Zalm kan, kan ik ook." Zijn voorstel is volgens De
Wit inderdaad net zo simplistisch en onbruikbaar.
Eerder deze week verkondigde de staatssecretaris dat bijstandsmoeders
met kinderen jonger dan vijf jaar aan de slag moeten in de
buitenschoolse opvang. Mét behoud van uitkering wel te verstaan. De
moeders kunnen wat betreft de staatssecretaris 's ochtend, `s avonds
en in de namiddag enkele uren werken. Wat te doen met hun eigen
kinderen? Die kunnen de moeders gewoon meenemen. "Dan is dat ook geen
probleem meer," meent de staatssecretaris.
De alleenstaande ouders hebben echter niet voor niets van hun gemeente
een tijdelijke vrijstelling gekregen van de sollicitatieplicht. Ook
zij hebben recht om voor hun eigen jonge kind te zorgen. En wat te
doen bij hele jonge baby's? Moeten alleenstaande ouders die ook mee
nemen naar de naschoolse opvang? Of komt er weer een aparte crèche
binnen de buitenschoolse opvang, speciaal voor de bijstandsmoeders?
Een ander groot kritiekpunt heeft alles te maken met de kwaliteit: het
werk waar de staatssecretaris het over heeft, is gekwalificeerd werk.
Het is een normale baan waar een normaal loon tegenover moet staan.
Als je daar ongediplomeerde mensen aan de slag laat gaan, neemt straks
geen enkele instelling meer gekwalificeerde mensen in vaste dienst. De
werkloosheid in de kinderopvangsector is ruim zes procent en is zelfs
gegroeid het laatste jaar. Laat de staatssecretaris dat aanpakken.
Van Hoof is nog steeds van mening dat er geen sprake is van
verdringing. Al gaf hij uiteindelijk wel toe dat er sprake moest zijn
van gediplomeerde krachten. Over het recht op zorg zei hij dat de
bijstandsmoeders buiten de werkuren in de opvang nog voldoende tijd
overhielden voor hun kinderen. Hij heeft schoorvoetend toegezegd dat
de gemeenten de mogelijkheid houden om een alleenstaande ouder met
jonge kinderen vrij te stellen.
Uiteindelijk werd duidelijk dat er in de Tweede Kamer onvoldoende
steun is voor het voorstel.