Protestantse Kerk in Nederland
Kritiek op financiën Protestantse Kerk onterecht
(13-10-2005)
De kritiek van de Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk Beheer (VKB) op
de financiële situatie van de Protestantse Kerk is uit de lucht
gegrepen. Met dit ongenuanceerde verhaal creëert de VKB een stemming
die schade toebrengt aan het imago van de kerk, aldus Haaije Feenstra,
algemeen directeur van de dienstenorganisatie van de Protestantse
Kerk.
De VKB beweert vanochtend in dagblad Trouw onder meer dat er niets
terecht is gekomen van de reductie van het aantal formatieplaatsen van
de dienstenorganisatie, waartoe de commissie Van Dijk in 2002
adviseerde. In de praktijk is de formatie in drie jaar tijd van 540
ftes teruggebracht tot het huidige aantal van 390.
Volgens algemeen directeur Haaije Feenstra is er de afgelopen jaren
binnen de Protestantse Kerk in Nederland keihard gewerkt aan
verkleining van de organisatie en beheersing van de kosten. Dit beleid
heeft duidelijk zijn resultaten afgeworpen, en het artikel in Trouw
moet dan ook worden gezien als een klap in het gezicht van de
medewerkers van de dienstenorganisatie, die in de afgelopen vier jaar
hun afdelingen hebben zien krimpen, collegas hebben zien vertrekken,
zelf vaak gedwongen ander werk hebben moeten aanvaarden. Bovendien
neemt de werkdruk juist toe, ook doordat plaatselijke gemeenten in
toenemende mate een beroep op ondersteuning doen.
Feenstra benadrukt verder dat het bestuur van de dienstenorganisatie
en het moderamen van de synode zich zeer goed bewust zijn van de
moeite die veel plaatselijke gemeenten hebben om hun begroting
sluitend te krijgen en dat voor het bovenplaatselijke werk de komende
jaren ook minder geld beschikbaar zal zijn. De middelen voor de
landelijke kerk en de dienstenorganisatie zijn direct afhankelijk van
de inkomsten van de plaatselijke gemeenten. Wij houden hier
voortdurend rekening mee, ook in de begroting van 2006.
Feenstra wijst ook het genoemde tekort van 7 miljoen over 2004 naar
het rijk der fabelen. Er was over 2004 inderdaad een tekort van 1,1
miljoen. Daar zijn wij in juni zelf mee naar buiten gekomen. Het
betrof met name incidentele tegenvallers, die niet begroot waren. Ik
heb toen ook toegezegd dat we maatregelen gaan treffen om dit soort
tegenvallers in de toekomst te voorkomen. Deze maatregelen worden
morgen in de Kleine Synode besproken. Ook zullen we zorgen voor meer
helderheid in de financiële stukken, want dat die niet zo doorzichtig
zijn, daarin moet ik de VKB gelijk in geven.
Hoe de VKB aan die 7 miljoen komt, is voor Feenstra een raadsel. Het
grootste misverstand is waarschijnlijk dat ze bestedingen uit
bestemmingsfondsen als verlies opvatten. Maar dat is onjuist. Om een
voorbeeld te geven: in 2006 zal Kerkinactie onderdeel van de
dienstenorganisatie veel geld besteden voor de wederopbouw na de
Tsunami eind 2004. Voor een deel wordt dat betaald uit geld dat in
2005 is binnengekomen. Dit zal in de jaarrekening van 2005 als een
bestemmingsfonds worden weergegeven. Als je dat vervolgens in 2006
uitgeeft, is dat geen verlies: je doet met het geld waar het voor
bestemd is!