Socialistische Partij

Uitkleden sociale werkvoorziening onacceptabel

13-10-2005 * Vandaag praat de Tweede Kamer over de "modernisering" van de Wet Sociale Werkvoorziening. Onder deze noemer wil staatssecretaris Van Hoof de sociale werkvoorziening uitkleden. Uiteraard verzet SP-Kamerlid Jan de Wit zich fel tegen deze uitkleedoperatie.

Jan de Wit

Hier de bijdrage van Jan de Wit aan de eerste termijn van het Kamerdebat:

Dit is geen modernisering, maar ouderwetse dwang. Dit voorstel brengt geen zekerheid, maar grote onrust onder personeel, directies en gemeenten. Mijn eerste vraag is: voor welk probleem is dit een oplossing?

De problemen in de SW-branche zijn groot. Drie van de vier sociale werkplaatsen zit in financiële problemen. Het wordt steeds moeilijker om aan opdrachten te komen. Een deel van het werk verdwijnt naar Oost-Europa. Gemeenten sturen steeds vaker mensen in de bijstand, en anderen zonder WSW-indicatie, naar de sociale werkplaats. Dat geeft onrust onder het personeel en de voormannen. In de sociale werkplaatsen gebeuren meer bedrijfsongevallen dan ergens anders. Gemeenten hebben onvoldoende aandacht voor de arbeidsomstandigheden en begeleiding van de mensen die in de WSW zitten. Steeds meer directeuren krijgen een salaris dat hoger is dan dat van de minister-president. De medewerkers gaan er juist in koopkracht op achteruit.

De zogenaamde modernisering lost deze problemen niet op. Wat gaat u doen aan het verdwijnen van werk? Hoe ziet nu die Chinese muur van u eruit, de muur die moet voorkomen dat de echte SW-ers gescheiden zijn van Work-first-projecten en reinegratieactiviteiten? En wat gaat u doen aan mensen uit Polen en uitzendkrachten die door SW bedrijven worden ingeschakeld?

De zogenaamde modernisering schept alleen maar extra problemen.

Problemen voor de werknemers van voor 1998 die geherindiceerd worden. Zij komen op een schopstoel te zitten. Als er geen baan te vinden is, en die kans is natuurlijk heel groot, lopen zij in het bedrijf rond met het gevoel dat ze er eigenlijk niet mogen werken.

Problemen voor gemeenten. Voor mensen met een herindicatie moet vervangend werk in het reguliere bedrijf worden gevonden en als dat niet lukt, draait de gemeenten voor de kosten op. U dwingt de gemeenten in een onmogelijke positie. Ze krijgen een bonus als werknemers de sociale werkplaatsen worden uitgewerkt en ze krijgen een straf als dat niet lukt.

Problemen voor de mensen met een handicap, die theoretisch nog een verdiencapaciteit hebben. Aan hen wordt de toegang tot de SW ontzegd.

Problemen voor de directies. Het gemiddelde niveau van de SW werkers zal dalen door de modernisering. Het zal daardoor nog moeilijker worden om opdrachten binnen te krijgen en te concurreren.

Problemen voor het begeleidende personeel. Zij krijgen niet alleen te maken met mensen met een handicap maar ook mensen uit de bijstand, alcohol- en drugsverslaafden en allerlei mensen met een problematiek waar de SW niet voor is opgericht. En de voormannen niet zijn opgeleid.

Uw brief van 7 oktober met een nadere toelichting biedt geen oplossing.

Een gedeeltelijk arbeidsongeschikte kan door de strenge beoordelingscriteria voor de WAO en WIA heel goed iemand met een handicap zijn die geschikt is voor de SW. Waarom eerst deze gedeeltelijk arbeidsongeschikte het commerciële reintegratietraject in jagen, waarvan de successen zo bedroevend laag zijn en geld nutteloos wordt besteed? Waarom geeft u gedeeltelijk arbeidsongeschikten niet het recht om zich vrijwillig te melden voor de SW? Daar hebben ze meer kans op aangepast werk dan bij reguliere werkgevers.

De beperking van de herindicatie van de oude doelgroep die u in uw brief van 7 oktober aankondigt is evenmin een geruststelling. Een levenslange WSW-indicatie is inderdaad geen voorrecht. Maar het is ook geen voorecht om binnen de SW boventallig verklaard te worden en er achter te komen dat werkgevers jou, met 10 jaar SW op je CV, consequente afwijzen. De cijfers over begeleid werken bewijzen toch mijn gelijk op dit punt? U schrijft dat de herindicatie betrekking heeft op 4.200 mensen van de 61.000 van voor 1998. Maar in uw brief van 15 juni schrijft u, ik citeer: "Op grond van de resultaten van de herindicatie van deze groep zal worden bezien of het in de rede ligt om eventueel ook andere werknemers van voor 1998 op termijn voor herindicatie in aanmerking te komen"(p10) Begrijp ik het nu goed dat u deze zin schrapt? Dus dat u het plan om op termijn alle mensen van voor 1998 nu intrekt?

Tot slot.

U kondigt een verkenning aan of het betalen van functieloon wel in alle gevallen nodig is. Wat bedoelt u daar nu mee? Is dit een aanzegging tot loonsverlaging? En zo nee, wat is het dan?

Acht u het niet méér op zijn plaats dat de beloningen van directeuren onder de loep worden genomen? Bij de SW in Noord Oost Overijssel heeft Price Waterhouse Coopers op verzoek de gemeenten een onderzoek gedaan naar de beloning van de directeur: in 2002 kreeg hij 185.000 euro en 2003 en 2004 153.000 euro. Ruim meer dan de minister-president.

Het klikt mooi, van de sociale werkvoorziening een `mensontwikkelbedrijf' maken. Maar mensen zijn geen fotorolletjes. Zie ook:
* www.wswplein.nl