Andere houding gewenst; musea gedragen zich teveel als eigenaren
Raad voor cultuur
DEN HAAG, 17 oktober 2005 - Musea gedragen zich teveel als particuliere eigenaren en te
weinig als rentmeesters. Museumcollecties zijn echter publiek bezit. Daarom is het van
belang dat overheden musea vragen om regelmatig publiekelijk verantwoording af te leggen
over hun collectiebeleid en aan te geven wat ze waarom en waartoe bewaren, verwerven of
afstoten. Als musea in gebreke blijven, moet dat consequenties hebben. Dat schrijft de
Raad voor Cultuur aan staatssecretaris Van der Laan.
In zijn advies Een vitaal museumbestel, advies over museale strategie gaat de Raad voor
Cultuur nader in op de rol en legitimatie van musea in de toekomst en de
verantwoordelijkheid van de rijksoverheid.
Musea geven betekenis aan collecties in een voortdurende wisselwerking met de samenleving.
Voor een vitaal museumbestel moeten musea hun banden met de samenleving bestendigen en
permanent vernieuwen. Om hun maatschappelijke verankering te versterken moeten musea niet
alleen onderling meer samenwerken, maar ook de samenwerking zoeken met andere
maatschappelijke organisaties.
Het rijk hoeft niet de directe verantwoordelijkheid op zich te nemen voor alle musea van
nationale statuur, maar moet musea helpen hun taken nog beter uit te voeren. Daarnaast
moet het rijk, bijvoorbeeld via de bekostigings- en beoordelingssystematiek, voorwaarden
scheppen waaronder musea kunnen inspelen op de veranderingen in de samenleving.
De Raad benadrukt dat de belangrijkste functie van musea moet liggen in hun bijdrage aan
cultuuroverdracht en hun makelaarsrol in de kennissamenleving. De Raad pleit voor een
veel sterkere internationale en multi-culturele oriëntatie van musea. Het is tijd
voor een nieuwe fase in het beleid gericht op culturele diversiteit: de prioriteit ligt
niet zoals voorheen bij volkenkundige musea of musea die zich bezighouden met religie.
Alle musea behoren zich af te vragen of en hoe ze hun prestaties in een steeds diverser
samengestelde en tegelijk grenzeloze wereld op dit terrein kunnen verbeteren.
Als musea zichzelf onvoldoende of onrealistisch profileren, zal het rijk in gesprek met
musea meer inhoudelijk moeten sturen in de prestatieafspraken bij subsidiebeschikkingen.
Als het erop aankomt kan het rijk zelfs zijn collecties realloceren of musea dwingen tot
samenwerking of fusie.
De veranderende samenleving beïnvloedt ook de invulling van het begrip cultureel
erfgoed. Het is van belang dat musea die veranderingen weerspiegelen, onder meer in hun
collecties en maatschappelijk opereren. Dat betekent bijvoorbeeld dat ze meer oog hebben
voor het toenemende belang van immaterieel en roerend erfgoed. Om nieuwe
aandachtsgebieden goed te kunnen onderscheiden en waarderen beveelt de Raad aan om het
Instituut Collectie Nederland een Erfgoedbalans, een algemeen waardestellend kader voor
roerend erfgoed, te laten opstellen.
Noot voor de redactie,