Toespraak bisschop drs. A.L.M. Hurkmans t.g.v. 25 jarig bestaan van het CDA tijdens de oecumenische viering in de Sint-Jan te 's-Hertogenbosch op 15 oktober 2005.

Het is voor mij als bisschop van 's-Hertogenbosch een grote vreugde om u allen vandaag in deze kathedrale basiliek van St. Jan Evangelist te mogen verwelkomen. In deze oecumenische viering van Woord en gebed staan we stil bij de 25e verjaardag van de oprichting van het Christen-democratisch Appèl. Een jubileum, of om in Bijbelse termen te spreken, een jubeljaar is een moment van herinnering en hoopvol vooruitkijken. Herinneren betekent niet alleen terugkijken in dankbaarheid, maar ook terugkeren naar de bronnen van Gods Woord, om zo opnieuw bemoedigd en geïnspireerd de toekomst hoopvol tegemoet te kunnen treden.

Op deze feestdag wil ik u dan ook hartelijk groeten, een bijzonder woord van welkom richt ik tot onze minister-president dr. Balkenende, tot de overige ministers en staatssecretarissen hier aanwezig. Ik begroet de voorzitter van het CDA mevrouw Van Bijsterveldt en de overige leden van het partijbestuur van het CDA. Verder groet ik fractieleden van het CDA in de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten Generaal, de commissaris van de Koningin mevrouw Maij-Weggen, de burgermeester van deze stad Dhr. Rombouts, leden van het CDA en de leden van het CDJA en alle andere aanwezigen.

Toen op 1 juli 1529 een reusachtig koperen beeld van St. Jan op de toenmalige middentoren van deze kerk werd gehesen, kwam er een einde aan anderhalve eeuw bouwbedrijvigheid. De bouw van de gotische St. Jan had ambachtslieden en kunstenaars uit allerlei delen van de Nederlanden en de ons omringende landen naar deze stad gelokt. Zochten ze werk of misschien het avontuur? Was het hun geloof of de eer mee te mogen werken aan deze tempel Gods? We zullen het nooit weten. Een ding is zeker. Slechts weinigen hebben het uiteindelijke resultaat van hun werken mogen aanschouwen, omdat zij stierven voordat het werk was voltooid. Maar ze wisten dat ze door hun inzet een bijdrage leverden aan het aanzien van de stad en haar gemeenschap.

Ook vele andere instellingen in deze stad getuigden van een grote onderlinge solidariteit en een belangeloze inzet voor de naasten. Zo was er de zgn. Tafel van de Heilige Geest, een vroege voorloper van onze huidige voedselbanken, de gasthuizen waar zieken en pelgrims gratis werden verpleegd en natuurlijk de verschillende ambachtsgilden, die bekend stonden om hun beroepseer en onderlinge verbondenheid. Dit getuigenis van onderlinge solidariteit en gemeenschappelijke inzet voor het algemeen welzijn is in deze kerk als het ware versteend. Het is dan ook niet zonder betekenis dat u als Christen-democratisch Appèl juist deze plaats heeft uitgekozen voor deze viering ter gelegenheid van uw 25-jarig bestaansjubileum.

Ware gemeenschapszin ontstaat daar waar mensen worden gedreven door dezelfde gemeenschappelijke waarden. Daar waar mannen en vrouwen zich durven laten leiden door het evangelische gebod van de liefde tot God en de naasten naar het voorbeeld van Jezus Christus, worden verschillen in taal, cultuur en ras overwonnen.

Echter, daar waar God wordt doodgezwegen komt ook het leven van elke mens in gevaar. De door mensenhanden gemaakte hel van concentratiekamp en goelag hebben dat in de vorige eeuw op gruwelijke wijze bewezen. Ook in Nederland lijkt op God een actief uitzettingsbeleid van toepassing te zijn. God is op het vliegtuig gezet naar het eiland van de privé-sfeer. Het is ieder voor zich en God voor ons allen. Maar bouw je daarmee een menselijke samenleving op?

Een christen-democraat is eerst en vooral geroepen een godszoeker te zijn, in alle eenvoud, in het leven van alle dag, thuis of in zijn werk. De christelijke politicus weet zich geroepen om zich in zijn dagelijkse activiteiten niet te laten leiden door eigen belang of zucht naar macht, maar door een belangeloze inzet voor de samenleving. Onze tijd heeft behoefte aan politici die weten waarvoor ze staan, aan mannen en vrouwen die geloven in een betere wereld, die geloven in de revolutionaire kracht van de liefde.

Deze beschaving van de liefde zou het doel moeten zijn van al onze socio-culturele, politieke en economische inspanningen. Het is daarbij van belang ons te realiseren dat onze maatschappij alleen maar een echt menselijke maatschappij kan worden als we ons niet alleen laten leiden door waarden als rechtvaardigheid en wederzijds respect. Het evangelie van Jezus Christus nodigt ons uit nog een stap verder te gaan; het nodigt ons uit tot een werkelijk evangelisch liefde.

Ik ben blij dat het ministerie van Onderwijs scholen en leerlingen stimuleert tot het lopen van een maatschappelijke stage. Het is goed dat leerlingen in een tijd van individualisering, commercialisering en morele armoede, vrijwilligerswerk doen. Graag zou ik zien dat de politiek het ook financieel mogelijk maakt voor jongeren een jaar lang zo'n maatschappelijke stage te lopen. Bij een maatschappelijke organisatie, in een verzorgingshuis of bij een kerkgemeenschap. Laat jongeren niet alleen studeren voor een goed betaalde baan, laat ze ook ervaren wat het wil zeggen als je concreet meebouwt aan de samenleving. Het is zeker geen verloren jaar, dat naderhand misstaat op het CV. Het is een investering in een nieuwe generatie voor een menswaardige toekomst, waar mensen zorg voor elkaar dragen.

Onze samenleving heeft meer dan ooit behoefte aan mensen zoals u, mensen die op zoek zijn naar de echte waarden van het leven, die zich durven laten inspireren door de waarden van het evangelie en deze in de politiek gestalte durven geven. Het is voor mij dan ook een vreugde om samen met ds. Van der Burg in deze viering voor te mogen gaan, om samen met u te luisteren naar Gods Woord en om in dankbaarheid om de afgelopen 25 jaar te bidden om Gods zegen over de toekomst van het Christen-democratisch Appèl. Moge deze viering ons allen inspireren om Gods aanschijn te blijven zoeken, opdat we in deze wereld kunnen getuigen van de hoop die in ons leeft.

Ik feliciteer het CDA met haar 25-jarig bestaan!

---- --