Rechtbank Leeuwarden
Wel veroordeling maar geen straf voor Friese eierzoeker
Voor de economische politierechter te Leeuwarden diende op 20 oktober
2005 de zaak tegen een Friese eierzoeker, die ondanks het verbod,
kievitseieren had gezocht en geraapt. In artikel 12 van de Flora- en
faunawet is -onder meer- het zoeken en rapen van kievitseieren
verboden. Artikel 60 van voornoemde wet geeft echter aan dat
Gedeputeerde Staten een ontheffing kan geven. Op 17 december 2002 gaf
Gedeputeerde Staten een ontheffing, waartegen bezwaar werd ingesteld.
Bij beslissing van de bestuursrechter te Leeuwarden op 16 maart 2005
werd de verleende ontheffing geschorst, ingaande 18 maart 2005. Tegen
de beslissing van de bestuursrechter werd beroep ingesteld en een
uitspraak dient nog te volgen.
Hoewel verdachte wist van het verbod, nam hij op 27 maart 2005 toch
kievitseieren mee en kreeg daarvoor een transactievoorstel. Verdachte
hield ter zitting een emotioneel pleidooi over de eeuwenoude traditie
van het 'aaisykjen'. Ook vestigde hij de aandacht op de nazorg die
heel erg belangrijk is voor de vogelstand. Op de vraag van de
economische politierechter waarom verdachte toch de gang naar de
rechtbank maakte, terwijl hij wist dat hij in overtreding was,
verklaarde verdachte dat het niet alleen om het kievitsei ging maar om
de nazorg in het algemeen.
De officier van justitie achtte het telastegelegde feit bewezen en
vorderde een geldboete van ⬠110,-- subsidiair 2 dagen vervangende
hechtenis. De officier van justitie gaf daarbij aan dat de pers begin
dit jaar voldoende aandacht had besteed met betrekking tot de
mogelijkheden en de onmogelijkheden ten aanzien van het eierzoeken.
Na het laatste woord van verdachte werd de zitting voor een korte tijd
geschorst en na de hervatting deed de economische politierechter
uitspraak. De economische politierechter deelde mee dat juridisch
gezien weinig toe te voegen was aan het requisitor van de officier van
justitie. Er was een algemeen verbod en op 27 maart 2005 was er geen
sprake van enige ontheffing. Ook achtte de economisch politierechter
het feit een strafbaar feit en verdachte een strafbare dader. Gelet op
het feit dat verdachte niet eerder contacten met justitie had gehad en
gelet op de bijzondere situatie in maart, legde de economische
politierechter verdachte echter geen straf op. De beslissing van de
bestuursrechter, zo motiveerde de economische politierechter, werd in
het midden van het seizoen genomen en is in Friesland ingeslagen als
een bom. De eierzoeker werd voor de eerste keer geraakt door de
regelgeving.
Verdachte was wel schuldig maar kreeg geen straf opgelegd.
Bron: Rechtbank Leeuwarden
Datum actualiteit: 21 oktober 2005 Naar boven