Spreekpunten van staatssecretaris Van Geel (milieu) voor een
toekomstbijeenkomst van het Zadkine College in het stadion van Sparta
in Rotterdam in Rotterdam op 25 oktober 2005.
Dames en heren,
Spreken in het Sparta-stadion, dat is weer eens wat anders dan
debatten voeren in de Tweede Kamer. Nou heb ik zelf ook een voorliefde
voor voetbal, we zijn wat mij betreft alleen te gast bij de verkeerde
club. Maar daarover wijd ik niet uit, want ik kan het alleen niet
opnemen tegen een voetbalstadion boze Rotterdammers.
Op de wijze lessen die je uit de kunst van het voetballen kunt trekken
voor het onderwijs, ga ik verder ook niet in. Ik ga u onderhouden met
mijn visie op de toekomst. Niet de toekomst in het algemeen, maar de
toekomst van ons milieu en van onze leefomgeving in het bijzonder.
En laat ik beginnen met mijn wens en mijn verwachting voor u: Omdat de
jeugd de toekomst heeft en u met zijn allen - al is het indirect - die
toekomst kunt vormgeven, hoop ik dat u ook het belang van een goede
omgang met het milieu bij uw pupillen kunt inslijten. Want alleen met
hulp van u, en uw scholieren, kunnen we de strijd tegen
klimaatproblemen en luchtverontreiniging aan!
Nu over naar mijn toekomstvisie voor het milieu, en het bijbehorende
milieubeléid. Begin oktober heb ik de hoofdlijnen voor de
Toekomstagenda Milieu naar de Tweede Kamer gestuurd. De Toekomstagenda
zelf komt in februari gereed. Dan ligt er - als het goed is - een
verhaal over hoe het verder moet met het milieubeleid volgens dit
kabinet. En we hebben een duidelijke koerswijziging nodig. Om een
aantal redenen die ik u kort wil toelichten.
Het milieubeleid bestaat al tientallen jaren, en is met veel idealisme
- en vaak met frisse tegenwerking van het bedrijfsleven - tot stand
gebracht. De sporen van polemiek, en van ietwat betuttelende idealisme
zijn op tal van plaatsten in het beleid aanwezig. Nieuwere
onderwerpen, zoals bijvoorbeeld klimaatbeleid, worden aangepakt met
moderne, marktconforme instrumenten als de handel in uitstootrechten
voor het broeikasgas CO . Zoals u wellicht weet, die CO -uitstoot
door industrie en vooral onze auto's, heeft nadelige gevolgen voor het
klimaat.
Die moderne instrumenten om de problemen aan te pakken werken
effectief en efficiënt. Ze waren nog onhaalbaar toen andere, oudere
milieuonderwerpen op de politieke agenda kwamen, zoals bodem, afval en
geluid. Maar nu is de tijd rijp om het milieubeleid te veranderen. Het
door te lichten, effectiever, moderner en slimmer te maken.
Een voorbeeld: vroeger kocht u een nieuwe stofzuiger en de oude zette
u gewoon bij het vuilnis. U betaalde toen voor het ophalen en
verwerken van al dat vuilnis een totaalpost. Dat was een flink bedrag.
Die situatie is gewijzigd. Nú is de stofzuigfabrikant verplicht om uw
kapotte, oude apparaat terug te nemen. En hij is ook verantwoordelijk
voor de verwerking daarvan. Daarvoor betaalt u nu een
verwijderingsbijdrage. Dat is eerlijker, goedkoper én beter voor het
milieu. Want inmiddels hebben de leveranciers een systeem opgezet om
de spullen te demonteren en zo slim en goedkoop mogelijk te verwerken
tot nieuwe grondstoffen, energie en een beetje reststoffen.
Inmiddels weten we ook dat bedrijven zélf zoveel mogelijk kunnen
kiezen uit verschillende alternatieven om tot een oplossing te komen.
Dat is niet alleen een kwestie van de verantwoordelijkheid op de
juiste plaats leggen, maar ook de goedkoopste en meest efficiënte
manier. Marktconforme instrumenten, zoals de handel in CO , zullen
zich uiteindelijk bewijzen als de beste manier voor een efficiënt
milieubeleid!
Waarom kom ik eigenlijk juist op dit moment met mijn toekomstagenda?
Dat komt omdat ik een aantal belangrijke dingen heb geleerd uit de
eerste twee jaren als staatssecrataris voor het milieu. Wat heb ik
geleerd en ondervonden?
Allereerst: de omstandigheden waaronder het beleid tot stand komt,
zijn de laatste jaren sterk gewijzigd. De rol van Europa is in het
Nederlands milieubeleid in een paar jaar tijd drastisch veranderd.
Nederlands beleid is Europees beleid geworden, en andersom. We hebben
geleerd dat het steeds belangrijker wordt dat we aan de
onderhandelingstafel in Brussel goede afspraken en regels voor elkaar
krijgen. Die ook rekening houden met de specifieke omstandigheden in
Nederland. Het voorbeeld van de luchtkwaliteit laat dat wel zien.
Dat vraagt een duidelijke koersverandering van alle betrokkenen. Een
zwaardere inzet op de beleidsontwikkeling in de EU en een doortastende
en doordachte implementatie van het daar overeengekomen beleid.
Een tweede belangrijke ervaring: de kosten van ons milieubeleid.
Nederland geeft per euro BNP tweemaal zoveel aan milieu uit als het
EU-gemiddelde terwijl onze milieukwaliteit juist onder het
EU-gemiddelde blijft steken! Dat komt omdat we nu eenmaal een hoge
bevolkingsdichtheid hebben, relatief veel verkeer en industrie, we in
een deltagebied liggen en ook nog eens een enorme veestapel hebben. Om
onder die omstandigheden toch een gemiddelde milieukwaliteit aan de
bevolking te kunnen bieden, moeten we gewoonweg meer doen dan andere
lidstaten. Het is daarom extra belangrijk om te bekijken hoe ons
beleid zo resultaatgericht en goedkoop mogelijk kan.
Daarnaast moeten we kijken of we de voordelen van een intensief
milieubeleid niet kunnen vergroten. Milieubeleid leidt tot innovatie.
Milieumaatregelen veroorzaken een hele bedrijfstak die de
noodzakelijke milieutechniek levert en ook exporteert. Nederland is
een belangrijke speler op de waterzuiveringsmarkt omdat we in dit land
als een van de eersten met deze problemen werden geconfronteerd. We
moeten kijken of we het beleid zo kunnen vormgeven dat er ook in
andere milieusectoren sterke exporterende innovatieve bedrijven kunnen
ontstaan. Milieu als kans!
Milieutechnologie levert een belangrijke bijdrage aan de oplossing van
milieuproblemen. Er wordt bijvoorbeeld veel gemopperd op de auto, maar
wist u dat de auto van nu honderd keer minder vervuiling veroorzaakt
dan de modellen uit 1970? Een ander voorbeeld: nieuwe
elektriciteitscentrales halen meer dan negentig procent van de
verontreinigende stoffen uit hun schoorstenen. Dat percentage kan nog
verder worden opgevoerd tot zelfs vijfennegentig als het moet.
Voor mijn toekomstagenda neem ik ook de rol van de burger onder de
loep. De aanpak van ongeveer elk milieuprobleem is begonnen met een
aanzienlijke druk vanuit de bevolking. Niet alleen milieugroepen, maar
ook individuele burgers zijn in dat stadium zeer betrokken bij het
probleem. Later, als het probleem grotendeels is opgelost, ebt de
aandacht weg. Dat is logisch. Maar ook lastig, vooral als de
uitvoering van het beleid actieve deelname van die burger vereist. Uit
onderzoek blijkt dat steeds meer burgers vinden dat de overheid de
zaken maar moet regelen. En dat hun eigen rol zo beperkt mogelijk moet
blijven. Zeker bij de wat oudere problemen is daar eigenlijk best veel
voor te zeggen. Op een bepaald moment moet de burger er op kunnen
vertrouwen dat een probleem adequaat en tegen de laagst mogelijk
kosten wordt opgelost. We zijn toch ook niet dagelijks bezig met een
individuele bijdrage aan het bewaken van de dijken? Kortom: een beroep
doen op burgers moet zinvol, en noodzakelijk zijn.
Bij nieuwe milieuproblemen zoals klimaatverandering en biodiversiteit
ligt dat anders. Daar is de erkenning van het probleem nog niet zover
dat een adequate aanpak vanzelfsprekend is. Integendeel, zou ik
zeggen. Bij deze onderwerpen is een actieve en betrokken opstelling
van burgers en milieuorganisaties noodzakelijk om nationaal en
internationaal voldoende vooruitgang te kunnen bereiken. Het is dan
ook fantastisch om te zien dat de Nederlandse burgers massaal groene
stroom kopen. 38% van de huishouden heeft in 2004 gebruik gemaakt van
deze mogelijkheid. Andere, vergelijkbare initiatieven zijn ontwikkeld
of komen er aan. 'Trees for travel' biedt de mogelijkheid om de
klimaateffecten van vliegreizen geheel te compenseren: voor elke
vliegreis die je maakt worden ter compensatie bomen aangepland. Mijn
ministerie doet daar al aan mee sinds 2002 voor alle vliegreizen die
we als departement maken. Iedere organisatie kan dit doen. Nu denk ik
dat u als medewerkers van Zadkine niet zo vaak naar het buitenland
moet als ik, maar wie weet is het ook wat voor u!
Maar goed, initiatieven als 'Trees for Travel' zijn moderne manieren
om de burger als consument bij het milieubeleid te betrekken. Het
opgeheven vingertje is juist niet meer van deze tijd. En
'consuminderen' is slechts voor een paar milieufanaten echt
bespreekbaar. Toch is milieu-neutraal consumeren tegenwoordig
eenvoudig, en tegen heel redelijk kosten mogelijk.
De problemen waar het Nederlandse milieubeleid een aanvaardbaar
antwoord op moet vinden zijn groot. Het zijn vaak ingrijpende en
mondiale problemen (nogmaals, denk aan het broeikaseffect en de
problemen met onze luchtkwaliteit) die milieukosten voor de burger
zullen opleveren. Zelfs al bereiken we heel snel mondiale
overeenstemming over de aanpak, de gevolgen voor bijvoorbeeld de
energievoorziening zullen drastisch zijn. Als we met het oude beleid
door blijven gaan zal het vroeg of laat vastlopen. Daarom ook werk ik
aan mijn toekomstagenda. Ik zie het als een uitdaging zowel Kamerleden
als burgers ervan te overtuigen dat het beleid effectiever gemaakt kan
worden. En goedkoper. Waardoor het milieu niet als last en als
kostenpost wordt gezien, maar als kans!
Ik rond af. U geeft dagelijks les aan leerlingen die later in hun
beroep en in ieder geval als burger en als consument met het
milieubeleid van de toekomst te maken krijgen. Ik hoop dat u hen een
positieve boodschap over de waarde van natuur en milieu meegeeft. En
ook over ons milieubeleid. Want milieubeleid kàn voor een voldoende
schoon en gezond milieu zorgen. Voor een heel betaalbare prijs. Ook in
ons dichtbevolkte kikkerlandje. En zelfs als we voor een goed
milieubeleid ook van andere landen, en van Europa, afhankelijk zijn.
Misschien houdt u zich in uw werk helemaal niet bezig met het milieu,
en in uw dagelijks leven ook niet. Toch hoop ik, om met een
voetbalmetafoor af te sluiten, dat vandaag niet alleen de bal rond
was, maar mijn verhaal ook! En zo niet, dan heb elk nadeel ook zijn
voordeel, want u bent voor de rest van de avond van mij af.
Ik dank u voor uw aandacht.
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer