Universiteit Utrecht

Persbericht Universiteit Utrecht

Faculteit Geesteswetenschappen, Letteren

20 oktober 2005

Tolken in gezondheidszorg grote uitdaging

In de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) wordt bij patiënten van buitenlandse origine veel met tolken gewerkt. Hoewel tolken communicatieproblemen oplossen, leidt deze gespreksvorm ook weer tot zijn eigen specifieke problemen. Tolken zijn geen vertaalmachines maar zijn wel mede bepalend voor de organisatie en de inhoud van het gesprek. Dat stelt onderzoekster Hanneke Bot, die op 28 oktober promoveert aan de subfaculteit Letteren.

Fundamenteel anders

In haar dissertatie concludeert Bot dat gesprekken met een tolk fundamenteel anders zijn dan monolinguïstische gesprekken. Zij geeft aan welke problemen inherent zijn aan het inschakelen van een tolk en hoe daaraan tegemoet te komen. Die aanbevelingen zijn ook toepasbaar op andere terreinen waarin met tolken wordt gewerkt, zoals in de rechtspraak of bij vredesmissies.

Geen vertaalmachine

Psychotherapeut Hanneke Bot werkt veel met buitenlandse patiënten en tolken en raakte erdoor geïntrigeerd. In haar onderzoek analyseerde zij onder andere video-opnames van gesprekken. Ze zag hoe een tolk zowel de organisatie als de inhoud van het gesprek mede bepaalt. Een tolk blijkt geen vertaalmachine die probleemloos een geheel equivalente vertaling levert. Hulpverleners moeten zich realiseren dat tolken meestal niet op de hoogte zijn van wat psychotherapie inhoudt. Een onverwachte reactie van de patiënt kan het gevolg zijn van een vertaling die anders uitpakte dan de hulpverlener had bedoeld.

Aanbevelingen

Het is belangrijk dat een hulpverlener het gesprek zo organiseert dat de tolk zijn werk goed kan doen. Dit betekent vooral dat hij goed moet opletten dat zijn eigen beurten niet te lang zijn en dat hij helder formuleert. De tolk zal meestal aangeven wanneer hij de beurt wil overnemen van de patiënt - hij kan immers verstaan wat er wordt gezegd. Wanneer een patiënt doorpraat op het moment dat de tolk de beurt probeert over te nemen, doet de hulpverlener er goed aan de tolk hierbij te helpen. De tolk kan zich dan concentreren op zijn vertaaltaak. Het is bovendien belangrijk dat een hulpverlener uit een wat stroef verlopend gesprek niet te snel conclusies trekt over de psyche van de patiënt. Allerlei kleine verschuivingen in de vertalingen, kunnen tot misverstandjes leiden die moeilijk te traceren zijn gedurende het gesprek. Dit is inherent aan tweetalige communicatie.

Vrijdag 28 oktober 2005 om 16.15 uur

Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht

Promotie: 'Dialogue Interpreting in Mental Health'

Hanneke Bot, faculteit Geesteswetenschappen, Letteren

Promotores: prof.dr.mr. P.J. van den Hoven, prof.dr. A.B.M.Naaijkens en prof.dr. F.A.M.Kortmann

Copromotor: dr. A.J.Koole

Voorlichters: Johan Vlasblom, (030) 253 4073, j.l.vlasblom@uu.nl of Ewoud Verheij, (030) 253 9985, Ewoud.Verheij@let.uu.nl